De kern van de armoedebestrijding in 2018 was het bieden van inkomensondersteuning op maat voor Rotterdammers met een laag inkomen. De gemeente verleent hiervoor bijzondere bijstand: zowel de individuele vergoedingen van gemaakte kosten, als collectieve inkomensondersteuning (bijvoorbeeld het AOW- en Jeugdtegoed).

De kern van het schulddienstverleningsbeleid was het vergroten van de financiële zelfredzaamheid van Rotterdammers. Schulddienstverlening bestaat uit schuldpreventie, vroegsignalering van (problematische) schulden, ondersteuning bij het aanpakken van problematische schulden en schuldbemiddeling door de Kredietbank Rotterdam (KBR)

Doelstellingen product

Prioriteiten

  • vergroten financiële zelfredzaamheid
  • vroeg signalering van (problematische) schulden
  • werken moet lonen
  • zichtbaar maken van ondersteuning in het maatschappelijk middenveld (bijvoorbeeld scholen, huisartsen, verenigingen, religieuze organisaties)

 

Ontwikkelingen

  • interne ontwikkelingen
  • externe ontwikkelingen

Wat hebben we bereikt en wat hebben we daarvoor gedaan?

Vergroten financiële zelfredzaamheid

Door in te zetten op het vergroten van financiële zelfredzaamheid zijn (problematische) schulden te voorkomen. Het vergroten van de financiële zelfredzaamheid vindt onder andere plaats door middel van schuldpreventie. Hoe eerder wordt geïnvesteerd in financiële zelfredzaamheid hoe beter. De gemeente heeft daarom in 2018 bijvoorbeeld gastlessen aan groep 7 en 8 van de basisschool aangeboden. Maar ook digitaal door middel van Startpunt geldzaken (https://rotterdam.rondkomen.startpuntgeldzaken.nl) worden Rotterdammers over geldzaken geïnformeerd. Daarnaast heeft de gemeente ondersteuning geboden bij het aanpakken en verder oplopen van schulden. Het ondersteunen bij het vergroten van de financiële zelfredzaamheid (gedrag, kennis en vaardigheden) vindt onder andere plaats vanuit het wijknetwerk, de wijkteams en de zorgaanbieders. Wanneer blijkt dat financiële zelfredzaamheid niet mogelijk is, biedt de gemeente langdurig passende ondersteuning. Dit kan ondersteuning door een vrijwilliger (maatje) zijn of professionele ondersteuning (bijvoorbeeld budgetbeheer basis).

Met name het voorkomen en aanpakken van schulden bij jongeren is een aandachtspunt (programma ‘Elke jongere telt’ en meerjarenbeleidsplan schulddienstverlening). Voor jongeren worden specifieke producten en diensten ontwikkeld die aansluiten bij deze doelgroep. Zo is de inhoud en vormgeving van de trainingen en workshops van de KBR aangepast naar aanleiding van de resultaten van een social marketing onderzoek over financiën onder MBO-studenten. Daarnaast worden sinds dit jaar de trainingen ook ingezet om de financiële vaardigheden van HBO-studenten te verbeteren.

 

Vroegsignalering van (problematische) schulden

Vroegsignalering voorkomt maatschappelijke kosten en ongewenste gevolgen van schulden. Hoe eerder schulden in beeld komen, hoe eenvoudiger ze zijn aan te pakken. Dit is de reden waarom het college heeft ingezet op het vroegsignaleren van schulden. Bij vroegsignalering wordt er gebruik gemaakt van een specifiek signaal van financiële problemen. Voorbeeldenzijn de convenanten die de gemeente heeft afgesloten met Evides en de woningcorporaties met betrekking tot waterafsluiting respectievelijk huisuitzettingen op basis van huurachterstand. Daarnaast is ervaring opgedaan met het outreachend benaderen van huishoudens die meerdere betalingsachterstanden hebben in de vaste lasten (pilot Vindplaats Schulden). Deze werkwijze is veelbelovend en wordt na afloop van de pilot gecontinueerd en doorontwikkeld. Ook zijn er afspraken gemaakt in het kader van het programma ‘Stevige Start’ met onder andere kraamzorg en verloskundigen in het signaleren van financiële problemen en doorverwijzen naar schulddienstverlening.

 

Werken moet lonen

Het is belangrijk dat het loont om vanuit een uitkering uit te stromen naar werk. Daarom heeft het college aandacht voor de groep werkenden met een laag inkomen. Voorbeelden hiervan zijn de armoedeval-regeling (compenseren eventuele daling inkomen uit werk bij uitstroom uit bijstand) en de individuele inkomenstoeslag. In 2018 is de doelgroep die voor deze toeslag in aanmerking komt verruimd en het bedrag verhoogd (Zomerakkoord en collegeakkoord Nieuwe Energie voor Rotterdam).

 

Zichtbaar maken van ondersteuning in het maatschappelijk middenveld

Ondersteuning van Rotterdammers met een laag inkomen is niet alleen een taak van de overheid. Naast de ondersteuning van de gemeente aan Rotterdammers met een laag inkomen zijn er op dit terrein ook diverse (particuliere) initiatieven in de stad. Deze initiatieven variëren per gebied. De gemeente bundelt deze initiatieven en maakt ze zichtbaar en toegankelijk voor wie daaraan behoefte heeft.

Dit is op twee manieren gebeurd. Het bundelen en zichtbaar maken van de initiatieven heeft vorm gekregen door het bieden van ondersteuning bij het opzetten van armoedeplatforms in meerdere gebieden van de stad. In 2018 is op basis van het goede voorbeeld van het armoedeplatform Prins Alexander in IJsselmonde, Delfshaven en Charlois een gelijksoortig armoedeplatform opgezet. In de gebieden Hoogvliet en Kralingen-Crooswijk zijn netwerkbijeenkomsten georganiseerd rondom het thema armoede en schulden. Dit heeft daar niet geleid tot de opzet van een formeel armoedeplatform. In het gebied Noord is gekozen om een tweede brede netwerk rondom welzijn en zorg op te zetten waarbij armoede een van de grootste aandachtspunten is.

Het bundelen en zichtbaar maken van initiatieven heeft vorm gekregen door verbetering van de informatievoorziening van de website rondkomen (https://www.rotterdam.nl/wonen-leven/rondkomen).

Toelichtingen ontwikkelingen

Externe ontwikkelingen

Het aantal huishoudens dat van een bestaansminimum moet rondkomen is al sinds enkele jaren rond de 18% van het totale aantal Rotterdamse huishoudens. Het aantal Rotterdammers onder beschermingsbewind is sinds 2014 flink toegenomen door onder andere verruiming van de criteria van de wet (te weten problematische schulden of financiële verkwisting). Hierdoor stegen ook de uitgaven aan bijzondere bijstand voor bewindvoerderskosten. Gebleken is dat deze uitgaven in 2018 min of meer gestabiliseerd zijn ten opzichte van 2017. We werken aan samenwerkingsafspraken met de rechtbank en bewindvoerderskantoren om zo enerzijds de Rotterdammers die schulden hebben en/of (tijdelijk) niet in staat zijn om de eigen financiën te beheren de best passende ondersteuning te bieden. Anderzijds willen we hiermee meer grip krijgen op de uitvoering en kosten van bewindvoering te kunnen krijgen. De samenwerkingsafspraken richten zich op de instroom in, maar ook op de door- en uitstroom uit beschermingsbewind. De afspraken worden vastgelegd in een intentieverklaring of convenant, dat naar verwachting in de tweede helft van 2019 wordt ondertekend.

De beslagvrije voet wordt bij schulden niet altijd correct - meestal te laag - toegepast door deurwaarders of de overheid, zoals de Rijksbelastingdienst. Het gevolg hiervan is dat mensen met schulden nog verder in de schulden terechtkomen. De implementatie van de nieuwe wijze van berekenen van de beslagvrije is helaas met twee jaar vertraagd omdat aanpassing van de incassosystemen bij het Rijk meer tijd vergt.

De gemeente heeft van het Rijk extra structurele financiële middelen ontvangen voor de bestrijding van armoede bij kinderen (€ 6,1 mln). Deze middelen worden geïnvesteerd langs de volgende drie sporen:

   

spoor

   

Begroot

   

Besteed

 

Lange termijn investering in de ontwikkeling van kinderen ter preventie van armoede

   

1300

   

1300

   

Korte termijn investering in het wegnemen van belemmeringen als gevolg van armoede op de participatie kinderen;

   

3100

   

2500

   

Lange termijn investering in de financiële zelfredzaamheid en de preventie van schulden van gezinnen

   

1700

   

1700

 

Op het eerste spoor zijn in 2018 middelen toegevoegd aan uitvoering van het beleidskader Jeugd. Armoede is hierin benoemd als risicofactor voor de ontwikkeling van kinderen. Met de extra middelen zijn extra interventies ingezet gericht op het versterken van de sociaal-emotionele competenties van kinderen. Dit is vooral gebeurd via de wijkprogrammering in wijken waar armoede en financiële problematiek het grootst is.

Vanuit het tweede spoor zijn extra middelen ingezet voor uitbreiding van het Kindpakket. Dit kindpakket bestaat uit de gemeentelijke regeling Jeugdtegoed, de gemeentelijke bijdrage bijdrage aan het jeugdcultuurfonds, het jeugdsportfonds en stichting Meedoen in Rotterdam. Deze drie jeugdfondsen hebben meer kinderen bereikt dan in het jaar daarvoor. Tevens hebben de drie jeugdfondsen de opdracht gekregen meer samen te werken en een plan op te stellen om meer kinderen te bereiken. Dit heeft geleid tot de oprichting van het Jeugdfonds Rotterdam en uitvoering van het eerste deel van de campagne om meer intermediairs te bereiken. Tevens is een pilot gestart met spreekuren in de huizen van de wijk. Hierdoor is er  een toename van het aantal professionals die een aanvraag kan doen voor kinderen bij het Jeugdfonds Rotterdam.

 

Interne ontwikkelingen
In 2018 heeft de gemeente door middel van het programma ‘Samenhang Schulddienstverlening’ onderzocht hoe en in de vorm van pilots ervaring op gedaan in het verbeteren van de toegang schulddienstverlening en het voorkomen van uitval. Inmiddels is er een ketenregisseur aangesteld voor het herinrichten van de keten met als doel de toegang te vergemakkelijken en uitval te voorkomen.

Zomerakkoord
In 2017 en 2018 is als gevolg van het Zomerakkoord in totaal € 10,6 miljoen extra geïnvesteerd in armoedebestrijding en schulddienstverlening. Deze investering betreft het ophogen van het AOW- en het Jeugdtegoed, uitbreiden van de doelgroep voor individuele inkomenstoeslag, het gedeeltelijk omzetten van de leenbijstand naar gift. De extra investering in schulddienstverlening is ingezet voor ondersteuning gericht op de toegang tot schulddienstverlening.

Wat heeft het gekost?

Overzicht van baten en lasten

Overzicht baten en lasten ArmoedebestrijdingRekening
2017
Oorspr.
Begroting 2018
Bijgestelde
Begroting
2018
Realisatie
2018
Afwijking
Baten exclusief reserves1.6491.076962732-231

Totaal baten 1.649 1.076 962 732 -231
Bijdragen rijk en mede-overheden 148 110 61 137 76
Financieringsbaten 580 320 465 226 -239
Opbrengsten derden 921 646 437 368 -69
Overige baten 0 0 0 1 1
Lasten exclusief reserves56.16869.75661.34759.482-1.864

Apparaatslasten 9.324 11.078 13.664 12.936 -728
Inhuur 585 2.435 2.325 1.758 -567
Overige apparaatslasten 238 213 283 257 -26
Personeel 8.501 8.430 11.057 10.921 -136
Interne Lasten 1.870 713 1.392 1.998 606
Overige doorbelastingen 1.870 713 1.392 1.998 606
Programmalasten 44.974 57.965 46.290 44.548 -1.743
Inkopen en uitbestede werkzaamheden 6.975 3.865 1.732 2.928 1.196
Kapitaallasten 313 100 400 572 172
Overige programmalasten 658 0 86 561 476
Sociale uitkeringen 34.439 48.260 39.185 29.978 -9.207
Subsidies en inkomensoverdrachten 2.589 5.740 4.888 10.508 5.621
Saldo voor vpb en reserveringen -54.518 -68.679 -60.384 -58.751 1.634
Vennootschapsbelasting00000
Saldo voor reserveringen -54.518 -68.679 -60.384 -58.751 1.634
Mutaties reserves
Saldo voor overhead -54.518 -68.679 -60.384 -58.751 1.634

Toerekening overhead aan ArmoedebestrijdingRekening
2017
Oorspr.
begroting
2018
Bijgestelde
Begroting
2018
Realisatie
2018
Afwijking
Overhead concernondersteuning en concernhuisvesting 7.336 6.802 6.802 6.802 0
Overhead clustermanagement en ondersteuning 2.834 2.730 4.066 3.869 -197
Saldo na overhead -64.689 -78.211 -71.251 -69.421 1.830

Overzicht van afwijkingen

Overzicht afwijkingenAfwijking batenAfwijking lastenAfwijking saldo
Afwijking baten en lasten -231 -1.865 1.634
1. Individuele Inkomenstoeslag 0 -1.012 1.012
2. Middelen kinderen in armoede 0 -579 579
3. AOW - Jeugd tegoed 0 604 -604
4. Diverse afwijkingen -231 -878 647
Saldo voor overhead -231 -1.865 1.634

Toelichting op overzicht van afwijkingen

1. Individuele Inkomenstoeslag
Het aantal verstrekking voor Individuele inkomenstoeslag is blijven steken op ruim 22.000. Hierdoor is er sprake van een onderschrijding van € 1,0 mln.

 

2. Middelen kinderen in armoede
De aanvullende middelen kinderen in armoede zijn in 2018 niet volledig ingezet. Een extra oproep aan de stad een aanvraag te doen voor Jeugd subsidies, heeft tot extra verleningen geleid. Wel is er een onderbesteding van € 579. Voor deze onderbesteding wordt een bestemmingsvoorstel gedaan, zodat deze middelen ook in 2019 beschikbaar zijn.

 

3. AOW – Jeugdtegoed
De overschrijding op het AOW- Jeugdtegoed is het gevolg van de extra uitkering van 75 euro op het AOW-tegoed.

 

4. Overig
Dit betreft een optelling van diverse onder- en overschrijdingen. Dit zijn onder andere onderschrijdingen op Kwijtschelding Afvalstoffenheffing en de Bijzondere Bijstand.

Bijstellingen

Overzicht bijstellingen Armoedebestrijding8-maands 201810-maands 2018Totaal
Coalitieakkoord: Basispad- 120- 12
Extra kosten maatwerkvoorzieningen - 12 0 - 12
Ramingsbijstellingen onvermijdelijk 3.400 4.736 8.136
Actualisering budgetten 0 293 293
dekking coalitieakkoord uit onderbesteding Armoedebestrijding 3.400 0 3.400
Kosten en dekking Digitaliseringsagenda en HR Uitvoeringsagenda 0 587 587
Lagere inzet op bijzondere verstrekkingen 0 3.856 3.856
Totaal 3.388 4.736 8.124

Toelichting op overzicht van bijstellingen

Extra kosten maatwerkvoorzieningen

Het Rijk en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) hebben in het Interbestuurlijk Programma afgesproken dat gemeenten de kostenstijging als gevolg van het nieuwe eigen bijdrage beleid (abonnementstarief) en de nieuwe loonschaal voor huishoudelijke hulp moeten betalen uit de jaarlijkse indexatie van de algemene uitkering van het Gemeentefonds. De bijstelling is conform gerealiseerd.

 

Actualisering budgetten

Met een correctie in de doorbelasting van apparaatslasten is een meer evenredige belasting van deze lasten op de programma's gerealiseerd.

 

Dekking coalitieakkoord uit onderbesteding Armoedebestrijding

De onderbesteding op de Individuele Inkomenstoeslag wordt veroorzaakt door een lagere verzilvering van de regeling dan verwacht.

 

Kosten en dekking Digitaliseringsagenda en HR Uitvoeringsagenda

In 2018 is een start gemaakt met de uitvoering van de Digitaliseringsagenda en HR Uitvoeringsagenda. De hiermee samenhangende kosten en dekking zijn gerealiseerd binnen verschillende producten. Dit is met deze begrotingswijziging verwerkt in de begroting 2018. Voor dit product betekende dit (per saldo) een bijstelling van € 587. Voor de uiteindelijke realisatie van deze bijstelling wordt verwezen naar het product concernondersteuning.

 

Lagere inzet op bijzondere verstrekkingen

De onderschrijding wordt met name verklaard door een lagere inzet op bijzondere verstrekkingen, zo stijgen de lasten voor beschermingsbewindvoering minder hard en zijn de verstrekkingen voor onderdeel wonen lager. Er is minder gebruikgemaakt van de kwijtschelding afvalstoffenheffing en verstrekkingen Individuele Inkomenstoeslag.

Beleidskaders, beleidsmonitoren en wet- en regelgeving

Beleidskaders

Schulddienstverlening

Beleidsmonitoren    

 

Wet- en regelgeving

Wet gemeentelijke schuldhulpverlening