Grondslagen

Als basis voor het opstellen van de begroting zijn diverse algemene grondslagen van toepassing, waaronder verschillende bepalingen vanuit de Gemeentewet, het Besluit begroting en verantwoording (BBV), de begrotingscirculaire vanuit de provincie Zuid-Holland, de Verordening financiën Rotterdam en Regeling financiën Rotterdam. Daarnaast zijn er verschillende specifieke kaders en uitgangspunten. Deze uitgangspunten zijn terug te vinden in de paragrafen. In dit onderdeel worden enkele algemene principes toegelicht die voor alle programma’s en taakvelden gelden.

Overhead

Alle overheadkosten worden apart in de BBV paragraaf (onderdeel BBV Programmaplan) weergegeven. Overhead omvat zowel de algemene (concernbrede) bedrijfsvoeringsondersteuning als het management en -ondersteuning van alle organisatieonderdelen binnen het concern.

Indexering

Bij de Voorjaarsnota 2023 zijn op basis van de CPB-raming maart 2023 meerjarig bedragen gereserveerd voor indexatie 2024. Het uitgangspunt is dat de begroting wordt geïndexeerd op basis van de CPB inflatiecijfers van maart. De verwerking naar de betreffende programma’s vindt plaats bij de Begroting 2024/ Tweede Herziening 2023.

Sinds april 2023 is er een nieuw cao-akkoord 2023. De gevolgen hiervan voor 2023 zijn verdeeld over de programma's en bedragen in totaal € 35 mln. Voor de jaren 2024 en verder vindt de verwerking hiervan plaats bij de Begroting 2024/Tweede Herziening 2023. 

Onderstaand zijn de percentages van veelvuldig gebruikte indexen opgenomen:

 

Indexcategorie Percentage 2024
Personeel (inclusief inhuur) 7,23
Tarieven belastingen, leges en retributies 8,50
Zorgbudgetten 6,50
Subsidies 7,61
Materieel 8,50

Omslagrente

Het renteomslagstelsel is geregeld in de gemeentelijke regelgeving. Dit stelsel houdt in dat de vermogenskosten aan de gemeentelijke programma's worden doorberekend op basis van de boekwaarde van de onderliggende investeringen. De rente die hiervoor wordt gehanteerd is de omslagrente investeringen. Deze rente wordt jaarlijks vastgesteld op basis van richtlijnen van de commissie BBV.

Als gevolg van de stijgende marktrente wordt de omslagrente investeringen met ingang van 2024 verhoogd van 1,50% naar 2,00%. Ook de bespaarde rente die wordt berekend over de reserves en voorzieningen wordt met ingang van 2024 verhoogd van 1,50% naar 2,00%. Het begrote interne omslagpercentage dat wordt toegerekend aan de bouwgronden in exploitatie (BIE) stijgt met ingang van 2023 van 0,8% naar 1,2%. Verder bestaan er specifieke regels voor het toerekenen van rente aan de pensioenvoorziening bestuurders. Het hiervoor geldende rentepercentage wordt met ingang van 2023 verhoogd naar 2,472%.

Bij Voorjaarsnota 2023 zullen de financiële effecten voor het gehele concern verwerkt worden op het programma Algemene Middelen. Bij Begroting 2024/2e Herziening 2023 zal verrekening plaatsvinden op de betrokken programma’s.

Raming gemeentefonds

De raming van het gemeentefonds is gebaseerd op de decembercirculaire 2022 en inschattingen voor loon- en prijsontwikkelingen op basis van de CPB-raming maart 2023.