Maatwerkdienstverlening 18-

Beleidskaders, -monitors en wetgeving

Versterken van next skills en jong leiderschap.

Passende, tijdige en integrale hulp van het lokale wijknetwerk, om het beroep op dure gespecialiseerde jeugdhulp te verminderen (verschuiving van de achterkant naar de voorkant).

Wijkprogrammering is meer en meer sturend voor samenwerking en maatwerk in wijknetwerken.

  • Versterken van next skills en jong leiderschap: de stijgende lijn van investeringen in de sociaal-emotionele vaardigheden van kinderen en jongeren in de stad is in 2020 minstens op hetzelfde niveau gehouden. Dit betreft vooral preventieve interventies die effectief zijn om risico's tegen te gaan zoals angst, depressie, agressie en probleemgedrag. De cijfers uit de Staat van de Jeugd 2020 laten zien dat in 2019 de psychische gezondheid van kinderen op hetzelfde niveau is gebleven. Vanuit een innovatiesubsidie heeft de gemeente geïnvesteerd in het initiatief van het Erasmus MC voor de GrowIt App die de psychische gezondheid van kinderen en jongeren meet en ze helpt met sociaal-emotionele strategieën. Vanwege de coronacrisis heeft het innovatieplatform Walstroom, waarbinnen de gemeente met professionals uit de praktijk en de wetenschap samen werkt aan verbeteringen op het gebied van jeugd, een informatiepunt opgezet voor leren tijdens en na corona, gericht op de sociaal-emotionele vaardigheden van kinderen omdat deze vaardigheden door de crisis extra onder druk staan: https://www.rotterdam.nl/werken-leren/sociaal-emotioneel-leren/
  • Ook in 2020 was meer dan 3 miljoen euro beschikbaar voor het vergoeden van kinderopvangkosten voor kinderen van ouders met een sociaal of medische indicatie. Deze ouders hebben forse beperkingen bij de opvoeding van hun kinderen die van verschillende aard kan zijn: het kan gaan om psychische problematiek, maar ook om een somatische aandoening. Deze zogenaamde SMI-indicatie vergoedt een deel van de kinderopvangkosten voor de groep ouders die niet in aanmerking komen voor een tegemoetkoming van de overheid, omdat zij niet beiden werken of een opleiding volgen. In het belang van ouders, maar vooral ook kinderen, stelt Rotterdam geld beschikbaar, zodat deze kinderen gebruik kunnen maken van een tweede opvoedmilieu. Het betreft jaarlijks meer dan 650 Rotterdamse kinderen. Voor deze kinderen is het eveneens mogelijk om een plusindicatie te krijgen: als er sprake is van zorgen over de ontwikkeling kan het kind geplaatst worden op een kinderopvang plus locatie waar meer aandacht en ook meer expertise beschikbaar is.
  • Passende, tijdige en integrale hulp van het lokale wijknetwerk, om het beroep op dure gespecialiseerde jeugdhulp te verminderen (verschuiving van de achterkant naar de voorkant). Hoe doen we dat? In alle gebieden organiseren wij met het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) wijkgerichte bijeenkomsten op het verstevigen van de ketensamenwerking tussen partners die een rol spelen bij het opgroeien en opvoeden van kinderen en jongeren.
  • Deze wijkgerichte bijeenkomsten zijn vanwege de Coronamaatregelen in het teken komen te staan van het gezamenlijk (met onderwijs en kinderopvang en peuterspeelzalen) in beeld brengen en houden van de kwetsbare kinderen/gezinnen, deze te voorzien van passende ondersteuning en hulp en zo nodig toe te leiden naar het wijkteam. Daarmee is de focus van de inzet van CJG meer komen te liggen op de kwetsbare kinderen/gezinnen en wordt in de wijken en gebieden maatwerk geleverd op basis van de signalen van CJG professionals en ketenpartners. Een andere doelgroep waar CJG zich nu specifiek op richt is de -9 maanden doelgroep in kader van het programma Stevige Start. De geboortecontactpersonen van CJG halen de contacten met verloskundigen verder aan om samen zo vroeg mogelijk signalen van kwetsbaarheid op te kunnen vangen. Deze situatie is nog altijd actueel gezien de huidige omstandigheden rondom covid-19.
  • Om de samenwerking binnen de wijknetwerken te optimaliseren is in 2019 per gebied een ‘Lokale verbeteragenda’ gemaakt. Omdat de zwaarte van de opgaven en de netwerken per gebied of wijk verschillend zijn is gekozen voor lokaal maatwerk. In het ene gebied is de agenda het verbeteren van op- en afschaling van het wijkteam en in het andere gebied de kennis over vroegsignalering. De contacten en de netwerksamenwerking in de wijken worden met de Wijkprogrammering als de spin-in-het-web steeds steviger. Deze manier van werken wordt meer en meer leidend, bevordert de samenwerking en maakt gedeelde belangen op een gezamenlijke preventie aanpak voor iedereen zichtbaar. De bijeenkomsten van de wijknetwerken worden door de veiligheidsmaatregelen rond de corona-crisis bemoeilijkt. Zoveel mogelijk worden de contacten met de wijknetwerkpartners in de gebieden onderhouden en wordt hun inzet en samenwerking door gebiedsadviseurs Jeugd met MS Teams en andere digitale communicatiemiddelen geïnventariseerd, gecoördineerd en onderling uitgewisseld. Veiligheidsrisico’s in buurten worden in kaart gebracht en waar mogelijk gedeeld. Professionals in wijken zoals het jongerenwerk spelen hierin een belangrijk rol. Het belang van goed partnerschap, presentie en samenwerking in wijken wordt met deze crisis extra onderstreept.  De methodiek Wijkprogrammering heeft een sturend effect op de gezamenlijke inzet. De wijknetwerken werken hierdoor met elkaar aan de gestelde doelen/maatschappelijk resultaten, maar ook hier zien we dat er veel creativiteit en extra inzet nodig is om de jeugd te bereiken en te kunnen ondersteunen in deze coronatijd.
  • Op 11 december 2020 heeft de Jongerentop010, in verband met de coronamaatregelen, online en in kleiner verband op locatie plaatsgevonden. Ter voorbereiding op de Jongerentop010 hebben wijkgesprekken plaatsgevonden om op te halen welke thema’s momenteel onder jongeren leven. Hiertoe is als overkoepeld thema ‘Het effect van de coronacrisis op jongeren’ voortgekomen en 5 deelthema’s.

Wat hebben we bereikt?

Jeugdhulp

Preventie

Wat hebben we daarvoor gedaan?

Prestatie indicatoren

Jeugdhulp

Preventie

 

Effectindicatoren

 

 

2018

2019

2020

2021

2022

2023

Doelrealisatie Jeugdhulp*

 

Realisatie

 Nvt

nvt 

nnb

 

 

 

Uitval Jeugdhulp**

 

Realisatie

 Nvt

nvt 

nnb

 

 

 

* Regionaal is aangesloten op de landelijke outcome indicatoren voor het meten van outcome. Deze indicatoren en de levering hier van zijn nog in ontwikkeling. Het betreft de volgende indicatoren:

  1. Reden beëindiging jeugdhulp
  2. Cliënttevredenheid
  3. Doelrealisatie
    1. De mate waarin cliënten na jeugdhulp zonder hulp verder kunnen;
    2. De mate waarin er na beëindiging van de jeugdhulp geen nieuwe start hulp is;
    3. De mate waarin er sprake is van afname problematiek / toename zelfredzaamheid / toename participatie;
    4. De mate waarin de overeengekomen doelen zijn gerealiseerd.

 

Voor 2019 zijn de indicatoren doelrealisatie 1 t/m 3.2 uitgevraagd voor de regionaal ingekochte specialistische jeugdhulp. De respons was nog onvoldoende om over te rapporteren. Dit is in lijn met de landelijke trend: CBS heeft in 2019 een vergelijkbare uitvraag gedaan, de respons was zeer laag. Er wordt regionaal gestuurd op een betere registratie en levering van deze indicatoren. Lopende 2020 is er een toename in registraties te zien. De GRJR is in gesprek met aanbieders over kwantiteit en kwaliteit van deze gegevens. Voor het jaar 2020 heeft de GRJR nog geen cijfers gepubliceerd, daarom ontbreken deze nog in bovenstaande tabel.

** De indicatoren 3.3 en 3.4 zijn nog niet opgenomen in het landelijk protocol beleidsinformatie Jeugd omdat de ontwikkeling van deze indicatoren op landelijk niveau nog niet is afgerond. Deze indicatoren zijn om die reden nog niet uitgevraagd.

 

Prestatie-indicatoren 20192020202120222023
Aantal huisartsen met een POH GGZ* Streefwaarde 15 25 35 40  
Realisatie 20 34      

Toelichting indicatoren

*2020 Door het coronavirus worden huisartsen minder bezocht, het is denkbaar dat de inzet van POH daardoor ook lager is dan we hadden verwacht en begroot.

Wat heeft het gekost?

Overzicht van baten en lasten Maatwerkdienstverlening 18-Oorspr.
Begroting
2020
Bijgestelde Begroting
2020
Realisatie
2020
Afwijking
Baten exclusief reserves201594566-27

Bijdragen rijk en medeoverheden 201 594 559 -35
Overige opbrengsten derden 0 0 8 8
Lasten exclusief reserves49.29849.55045.350-4.200

Apparaatslasten 675 1.366 1.430 64
Inhuur 97 29 29 0
Overige apparaatslasten 8 16 11 -5
Personeel 570 1.320 1.389 69
Intern resultaat 707 485 494 9
Intern resultaat 707 485 494 9
Programmalasten 47.916 47.700 43.426 -4.273
Inkopen en uitbestede werkzaamheden 15.023 5.138 4.439 -699
Overige programmalasten 0 0 188 188
Sociale uitkeringen 28.512 36.053 33.550 -2.503
Subsidies en inkomensoverdrachten 4.382 6.510 5.250 -1.260
Saldo voor vpb en reserveringen -49.097 -48.956 -44.784 4.173
Saldo voor reserveringen -49.097 -48.956 -44.784 4.173
Reserves2.582-2.739-4.384-1.644

Onttrekking reserves 6.966 1.644 0 -1.644
Toevoeging reserves 4.384 4.384 4.384 0
Saldo -46.515 -51.696 -49.167 2.528

Overzicht afwijkingen

Overzicht afwijkingenAfwijking batenAfwijking lastenAfwijking reservesAfwijking saldo
1. Jeugdhulp lokaal -27 -4.200 -1.644 2.528
Totaal afwijkingen -27 -4.200 -1.644 2.528

Toelichting overzicht afwijkingen

1. Jeugdhulp lokaal

De druk op het budget jeugdhulp lokaal is groot. Deze budgetten zijn gedurende 2020 daarom fors naar boven bijgesteld. Financiering hiervoor kon dit jaar worden gevonden uit bij 1e herziening voor 2020 (en 2021) toegevoegde budgetten in verband met stijgende zorgvraag.

Ten opzichte van het opgehoogde budget is dit jaar een overschot van € 4,2 mln zichtbaar. Oorzaken hiervan:

  • Terugvorderingen over 2019 van (zorg)aanbieders, met name op het aandachtsveld Jeugd met een Beperking en Onderwijszorgarrangementen.
  • Voor Sociaal Medische Indicatie waren extra lasten voorzien: de locaties kinderdagopvang waren dicht tijdens de 1e coronagolf dit voorjaar. Een inhaalslag voor afgeven nieuwe indicaties leek zich pas tegen het einde van het jaar voor te doen. Extra lasten zijn daarom niet in 2020 gerealiseerd.

De bestemmingsreserve Wmo en Jeugdhulp is gevormd voor schommelingen in de zorg op te vangen bij de Wmo en de Jeugdhulp. Er is aan deze bestemmingsreserve € 4,5 mln minder onttrokken dan begroot. Hiervan heeft (de begrote) € 1,6 mln betrekking op dit taakveld. De tekorten jeugdhulp op taakveld Geëscaleerde zorg 18- konden binnen het programma Volksgezondheid en zorg worden opgevangen door overschotten (meevallende tekorten) op dit taakveld, het taakveld Wijkteams en Wmo-loketten en het taakveld Geëscaleerde zorg 18+.

Beleidskaders, beleidsmonitoren en wet- en regelgeving

Beleidskaders

Beleidsmonitor

Wet- en regelgeving

Omschrijving taakveld

Elke jonge Rotterdammer moet gezond, veilig en kansrijk kunnen opgroeien. Dit doen we door stevige preventie in te zetten: gericht op de meest relevante factoren (beschermende factoren en risicofactoren) die bijdragen aan een kansrijke, veilige en gezonde ontwikkeling van jeugdigen. Met het beleidskader Jeugd ‘Rotterdam Groeit’ zetten we in op het voorkomen van problematiek en het versterken van perspectief. We stimuleren jonge Rotterdammers daarom mee te doen in de stad, bieden lichte ondersteuning als dat zelfstandig of als gezin niet voldoende lukt en wanneer de omgeving dat zelf niet kan bieden. Als het noodzakelijk is, zetten we jeugdhulp in. Vormen van jeugdhulp die onder dit taakveld vallen zijn doelgroepenvervoer jeugd, jeugdhulp in gezinsarrangementen, PGB Jeugd, Kinderopvang Sociaal Medische Indicatie en Onderwijs Zorg arrangementen.

Tegelijkertijd scheppen we de juiste voorwaarden voor jeugdigen waarmee het wel goed gaat, zodat zij zich nog beter kunnen ontwikkelen.