Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar

In onderstaande tabel zijn de kortlopende vorderingen weergegeven volgens de voorgeschreven onderverdeling naar vorderingen op overheidslichamen, rekening-courant verhoudingen en overige vorderingen. De posten zijn onder de tabel afzonderlijk toegelicht, waarbij de overige vorderingen nog verder zijn gespecificeerd.

 31-12-2020Nominaal bedragVoorziening oninbaarheid31-12-2021
Vorderingen op openbare lichamen 182.912 203.676   203.676
Rekening-courant verhoudingen met niet-financiële instellingen 12.216 14.145   14.145
Overige vorderingen 199.693 466.237 228.957 237.280
Totaal uitzettingen  394.821 684.058 228.957 455.101

Toelichting verloopstaat

Vorderingen op openbare lichamen:

De vorderingen op openbare lichamen bestaat voor het grootste gedeelte uit een vordering van €160,5 mln op het BTW- compensatiefonds en op het Gemeentefonds van € 15,3 mln. Het restant van € 27,9 mln heeft met name betrekking op ministeries, provincies, gemeenten, belastingen en waterschappen.

Rekening-courant verhoudingen met niet-financiële instellingen:

De post rekening-courant verhoudingen met niet financiële instellingen heeft voor € 5,0 mln betrekking op het NRF (Nationaal Restauratiefonds), en voor € 8,8 mln op het SVN (Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten) en € 0,3 mln ETF-regeling (Energietransitiefonds).

 31-12-202031-12-2021
Uitzettingen in Rijks Schatkist met looptijd <1 jaar 2.000 85.000
Bijstandsvorderingen 37.402 49.983
Belastingaanslagen 40.715 30.480
Parkeren 11.630 14.284
Huren en exploitatiekosten 15.064 9.937
Vergunningen en Toezicht 7.130 6.520
Wonen en Bouwen 1.806 5.363
Overige vorderingen kleiner dan € 5 mln 83.946 35.713
Totaal199.693 237.280

Overige vorderingen:

Onder de balanspost overige vorderingen is een grote verscheidenheid aan vorderingen opgenomen, waarvan onderstaand de grootste posten (na aftrek voorziening) zijn toegelicht.

 

Uitzettingen in RijksSchatkist met looptijd < 1jaar:

Schatkistbankieren Rijk € 85,0 mln, volgens de regeling schatkistbankieren. Gemeenten zijn gehouden aan deze regeling om hun overtollige liquidemiddelen aan te houden in  de schatkist bij het Rijk. Afloop van het saldo van schatkistbankieren ligt aan de liquiditeitspostie van de gemeente Rotterdam.

Bijstandsvorderingen:

De vorderingen bedragen in totaal € 133,5 mln (inclusief Tozo vorderingen van € 22,1 mln) waarvan € 83,5 mln als oninbaar is voorzien (aandeel Tozo in de voorziening bedraagt € 12,1 mln). De stijging t.o.v. vorig boekjaar heeft vooral te maken met Tozo levensonderhoud vorderingen.

Belastingaanslagen:

Opgelegde gemeentelijke belastingaanslagen van € 46,2 mln verminderd met de voorziening die is gevormd van € 15,8 mln voor oninbaarheid.

 

Parkeren:

Het betreft hier door de gemeente Rotterdam opgelegde parkeerboetes en uitgegeven abonnementen, bezoekerspassen en vergunningen. Het gepresenteerde bedrag is verminderd met de voorziening voor oninbaarheid van € 13,9 mln.

Huren en exploitatiekosten:

Binnen de gemeente Rotterdam zijn vastgoed objecten in beheer die verhuurd of verkocht worden aan diverse partijen. Het gepresenteerde bedrag is verminderd met de voorziening voor oninbaarheid van € 3,5 mln.

Vergunningen en Toezicht:

Het betreft hier vergunningen vanuit Bouw en Woningtoezicht (BWT). Het gepresenteerde bedrag is verminderd met de voorziening voor oninbaarheid € 3,1 mln.

Wonen en Bouwen:

Vorderingen met betrekking tot Gebiedsontwikkeling € 5,3 mln. Facturatie  in december.

Overige vorderingen kleiner dan € 5 mln:

De overige vorderingen zijn niet toe te rekenen aan een specifieke soort vordering, maar wel te categoriseren naar taakvelden. De grootste taakvelden hebben een aandeel van € 15,0 mln in het saldo. Afval-Grondstoffen bedrijfsreinigingsrecht € 3,6 mln, Grondzaken € 2,9 mln, Openbaar groen en (openlucht) recreatie € 2,7 mln, Afval-Grondstoffen € 2,6 mln, Beheer overige gebouwen en gronden € 2,2 mln en Verkeer en Vervoer € 1,0 mln.

Voorziening oninbaarheid:

Deze voorziening is getroffen op basis van de vastgestelde kaders voor dubieuze debiteuren.