Financiën
Overzicht baten en lasten
Overzicht van baten en lasten Werk en inkomen | Realisatie 2021 | Begroting 2022 | Begroting 2023 | Raming 2024 | Raming 2025 | Raming 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Baten exclusief reserves | 663.640 | 553.193 | 547.527 | 547.312 | 549.084 | 550.499 |
|
Bijdragen rijk en medeoverheden | 655.170 | 545.030 | 535.888 | 535.559 | 538.111 | 540.856 | |
Financieringsbaten | 3 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Overige opbrengsten derden | 8.497 | 8.163 | 11.638 | 11.752 | 10.973 | 9.642 | |
Overige baten | -29 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Lasten exclusief reserves | 848.598 | 800.438 | 790.890 | 777.778 | 777.196 | 774.819 |
|
Apparaatslasten | 170.051 | 180.371 | 171.764 | 161.438 | 160.394 | 159.398 | |
Inhuur | 21.194 | 16.827 | 3.401 | 3.564 | 3.449 | 3.317 | |
Overige apparaatslasten | 4.292 | 5.346 | 4.947 | 4.633 | 4.636 | 4.633 | |
Personeel | 144.566 | 158.198 | 163.415 | 153.241 | 152.308 | 151.448 | |
Intern resultaat | -314 | -6.075 | -3.929 | -3.929 | -3.929 | -3.929 | |
Intern resultaat | -314 | -6.075 | -3.929 | -3.929 | -3.929 | -3.929 | |
Programmalasten | 678.861 | 626.142 | 623.056 | 620.269 | 620.732 | 619.350 | |
Financieringslasten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Inkopen en uitbestede werkzaamheden | 34.538 | 44.358 | 40.317 | 36.587 | 36.694 | 35.457 | |
Kapitaallasten | 2.378 | 16 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Overige programmalasten | -1.017 | 104 | 107 | 107 | 107 | 107 | |
Salariskosten WSW en WIW | 49.383 | 49.378 | 56.450 | 55.240 | 53.441 | 51.098 | |
Sociale uitkeringen | 584.411 | 521.131 | 516.191 | 516.191 | 516.191 | 516.191 | |
Subsidies en inkomensoverdrachten | 9.169 | 11.154 | 9.990 | 12.144 | 14.298 | 16.497 | |
Saldo voor vpb en reserveringen | -184.958 | -247.245 | -243.364 | -230.466 | -228.112 | -224.321 | |
Saldo voor reserveringen | -184.958 | -247.245 | -243.364 | -230.466 | -228.112 | -224.321 | |
Reserves | 3.099 | 14.613 | 2.157 | 1.451 | 1.451 | 540 |
|
Onttrekking reserves | 7.337 | 9.538 | 2.157 | 1.451 | 1.451 | 540 | |
Toevoeging reserves | 4.533 | 4.627 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Vrijval reserves | 296 | 9.703 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Saldo | -181.858 | -232.632 | -241.207 | -229.015 | -226.661 | -223.781 |
Toelichting overzicht baten en lasten
Baten
De baten bestaat voor het merendeel uit rijksbijdragen in het kader van de Bundeling Uitkeringen Inkomensvoorzieningen Gemeenten (BUIG) voor de uitvoering van de Participatiewet. Vanuit deze bijdrage worden o.a. de bijstandsuitkeringen en loonkostensubsidies betaald. De overige opbrengsten hebben vooral betrekking op de omzet van Rotterdam Inclusief.
Lasten
De programmalasten bestaan voor het grootste deel uit de sociale uitkeringslasten. Daarnaast zet de gemeente re-integratieinstrumenten (inkoop en uitbesteed werk) in om werkzoekenden te begeleiden naar - al dan niet gesubsidieerd - werk. Bovendien maken de salarislasten van de sociale werkvoorziening (WSW) deel uit van de programmalasten. De apparaatslasten hebben betrekking op personeel en inhuur die worden ingezet voor uitvoering van de Participatiewet (zowel voor inkomenszekerheid als begeleiding naar werk).
Reserves
De reserves bestaan uit met name uit de bestemmingsreserve BUIG (voor het dekken van eventuele tekorten op de BUIG) en de bestemmingsreserve Doorlopende werkzaamheden Tozo-regeling (ter dekking van uitvoeringskosten van doorlopende werkzaamheden Tozo na 2020).
Meerjarig verloop
Het meerjarig verloop van de programmalasten en baten wordt vooral beïnvloed door de geraamde ontwikkeling van het bijstandsvolume en het BUIG-budget. Vanwege de grote onvoorspelbaarheid van de ontwikkeling van het bijstandsvolume (en daarmee de bijbehorende budgetten/uitgaven) wordt in de huidige begrotingssystematiek de begroting alleen voor het lopende begrotingsjaar en volgende begrotingsjaar bijgesteld. Voor de jaren daarna wordt de ontwikkeling in de verwachte rijksbaten gelijkgesteld aan de ontwikkeling van de verwachte lasten. De lasten van de sociale uitkeringen worden geraamd op basis van de verwachte volumeontwikkeling vanuit het Centraal Planbureau. Het BUIG-budget voor deze jaren is gebaseerd op de laatst verkregen informatie van het Rijk, waarbij een inschatting wordt gemaakt voor het volgende jaar.
Het meerjarig verloop op de apparaatslasten wordt voornamelijk veroorzaakt door de mutatie in de formatie en de aan het personeelsbestand gerelateerde kosten (loonkosten, overige personele kosten, inhuur). De formatie is gebaseerd op de benodigde capaciteit voor het bedienen van het geraamde bijstandsvolume. Deze formatie wordt vervolgens vertaald in het benodigde loonkostenbudget. Omdat het bijstandsvolume over de jaren heen fluctueert wordt een deel van de formatie ingevuld met inhuur. Dit om frictiekosten te vermijden.
Financiële bijstellingen
Bijstellingen Werk en inkomen | Begroting 2022 | Begroting 2023 | Raming 2024 | Raming 2025 | Raming 2026 |
|||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Eerste Herziening 2022 (na conversie) | -233.810 | -225.231 | -214.810 | -212.895 | -212.840 | |||
Bijstellingen Tweede Herziening 2022 / Begroting 2023 | 1.178 | -15.976 | -14.205 | -13.766 | -10.940 | |||
Leerwerktrajecten statushouders | Coalitieakkoord - Hoofdstuk 2 | 0 | -1.500 | -1.500 | -1.500 | -1.500 | ||
Meer sociaal rechercheurs | Coalitieakkoord - Hoofdstuk 2 | -1.000 | -1.212 | -1.274 | -1.274 | -1.274 | ||
Ondersteunen nieuwkomers | Coalitieakkoord - Hoofdstuk 2 | -200 | -600 | -600 | -600 | -600 | ||
RAP010 - uitvoeringskosten | Coalitieakkoord - Hoofdstuk 2 | 0 | -390 | -390 | -390 | -390 | ||
Regionaal Bureau Zelfstandigen | Coalitieakkoord - Hoofdstuk 2 | -1.656 | -473 | 0 | 0 | 0 | ||
Werkpremie | Coalitieakkoord - Hoofdstuk 2 | 0 | -600 | 0 | 0 | 0 | ||
Tekort Zorg | Coalitieakkoord - Hoofdstuk 5 | 0 | 0 | -64 | -96 | -128 | ||
Organisatie | Coalitieakkoord - Hoofdstuk 7 | 0 | 1.514 | 1.623 | 1.921 | 2.216 | ||
Aanpassing omzetdoelstellingen Rotterdam Inclusief | Coalitieakkoord – Overig | -2.600 | -2.600 | -2.600 | -2.600 | -2.600 | ||
Gemeentefondsmutaties | Coalitieakkoord – Overig | -3.982 | 360 | 488 | 626 | 1.986 | ||
Technische bijstelling BUIG | Coalitieakkoord – Overig | 14.558 | 1.367 | 0 | 0 | 0 | ||
Kasschuif Extra middelen voor re-integratie dienstverlening (septembercirculaire) | Kasschuiven | 4.213 | -3.309 | 0 | 0 | 0 | ||
Kasschuif Extra middelen voor re-integratie dienstverlening aan bijstandsgerechtigden | Kasschuiven | 2.900 | 0 | -1.450 | -1.450 | 0 | ||
Actualisatie kapitaallasten | Ramingsbijstellingen onvermijdelijk | -4 | -9 | -11 | -12 | -12 | ||
Bijdrage EU-subsidie Veerkrachtig BoTu 2028 | Ramingsbijstellingen onvermijdelijk | 0 | 35 | 35 | 35 | 35 | ||
Intensivering Loonkostensubsidie | Ramingsbijstellingen onvermijdelijk | 0 | -2.496 | -2.496 | -2.496 | -2.496 | ||
Intensivering Loonkostensubsidie - dekking intern | Ramingsbijstellingen onvermijdelijk | 0 | 2.000 | 2.000 | 2.000 | 2.000 | ||
Intensivering Loonkostensubsidie - taakstelling BUIG | Ramingsbijstellingen onvermijdelijk | 0 | 1.200 | 1.200 | 1.200 | 1.200 | ||
Opvang vluchtelingen Oekraïne | Ramingsbijstellingen onvermijdelijk | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Tozo actualisatie uitkeringsbaten en lasten | Ramingsbijstellingen onvermijdelijk | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Bestemmingsreserve Breed Offensief | Reserves | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Bestemmingsreserve Crisisdienstverlening (COVID-19) uit decembercirculaire | Reserves | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Bestemmingsreserve Impuls baankansen | Reserves | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Bestemmingsreserve Re-integratie bijstandsgerechtigden | Reserves | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Bestemmingsreserve Toeslagenaffaire | Reserves | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Bestemmingsreserve TONK | Reserves | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Bestemmingsreserve Tozo doorlopende werkzaamheden | Reserves | 0 | 216 | 216 | 216 | 45 | ||
Crisisdienstverlening | Taakmutaties | -3.627 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Energietoeslag | Taakmutaties | -7.050 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Participatie (IU) | Taakmutaties | -2.293 | -260 | -263 | -268 | -278 | ||
Pleegzorg alleenstaande minderjarige vluchtelingen | Taakmutaties | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Technische wijzigingen | Technische wijzigingen | 1.920 | -9.219 | -9.120 | -9.078 | -9.145 | ||
Begroting na wijzigingen | -232.632 | -241.207 | -229.015 | -226.661 | -223.781 |
Toelichting financiële bijstellingen
Leerwerktrajecten statushouders
Om statushouders zo snel mogelijk de taal te leren, en te voorkomen dat ze terecht komen in een sociaal isolement, wil de gemeente Rotterdam het aantal leerwerktrajecten opschalen. Daarbij krijgen de statushouders begeleiding, een baan bij (een partner van) de gemeente en een passende opleiding.
Meer sociaal rechercheurs
Deze bijstelling bestaat uit twee onderdelen. Enerzijds wordt een deel van een eerder opgenomen taakstelling voor heronderzoeken teruggedraaid (van € 3 mln naar € 2 mln), doordat er in de loop van de tijd minder uitkeringen beëindigd worden als gevolg van heronderzoeken. Anderzijds verhogen we de inzet op de aanpak van bijstandsfraude door het aannemen van extra sociaal rechercheurs. Dit leidt tot een bijstelling van € 212 in 2023 en € 274 in 2024 tot 2026.
Ondersteunen nieuwkomers
Nieuwkomers worden ondersteund om mee te doen in de samenleving door taallessen, stageplekken en begeleiding naar werk.
RAP010 - uitvoeringskosten
Vanuit het coalitie akkoord is voor de oprichting/uitvoering van het Rotterdams Arbeidsmarkt Perspectieffonds (RAP010) budget ter beschikking gesteld van € 390. Met dit fonds wordt geïnvesteerd in projecten die moeten bijdragen aan de ontwikkelkansen en werkbehoud van Rotterdammers.
Regionaal Bureau Zelfstandigen
Het gaat hier om extra inzet voor RBZ (Regionaal Bureau Zelfstandigen) in 2022 en 2023. In totaal hebben zo'n 2.500 Rotterdamse ondernemers als gevolg van de coronacrisis uitkeringen ontvangen op grond van het Besluit Bijstandsverlening Zelfstandigen (Bbz). Die ontvangen uitkeringen moeten in 2022 en 2023 worden verrekend met het bedrijfsresultaat. Daarnaast wordt verwacht dat in 2022 meer mensen een beroep op het Bbz doen. Dit omdat verplichtingen die tijdelijk zijn opgeschort door de ondernemer weer nagekomen moeten worden. Ook wordt verwacht dat er zelfstandigen zijn die het zonder extra ondersteuning niet redden.
Werkpremie
Vanuit het coalitie akkoord is er budget ter beschikking voor het uitbetalen van de werkpremie in 2023 van € 600. De pilot is gestart in april 2021 en loopt tot april 2023.
Tekort Zorg
Zoals alle gemeenten kampt ook de gemeente Rotterdam met stijgende zorgkosten, vanwege de stijgende vraag naar zorg. Tegelijkertijd zijn de budgetten vanuit het Rijk de afgelopen jaren niet voldoende meegegroeid met de vraag naar zorg. Bij de huidige verwachtingen loopt het totale tekort -zonder aanvullende maatregelen- voor Rotterdam op tot circa € 200 miljoen per jaar. Om de stijgende zorgkosten op te vangen worden structureel middelen beschikbaar gesteld. Tegelijkertijd worden maatregelen getroffen om de stijgende zorgvraag in te perken én wordt het Rijk gevraagd om een extra bijdrage voor de tekorten in de Wmo. De stijgende vraag naar zorg heeft ook invloed op de loketfunctie (Wmo-loketten). Vanaf 2024 wordt verwacht dat hiervoor meer capaciteit nodig is. Voor dit programma gaat het om het jongerenloket.
Organisatie
Omdat we scherpe keuzen maken in ons beleid en nog efficiënter gaan werken, is het reëel om een bezuiniging op de gemeentelijke organisatie te realiseren (inhuur en apparaat). Dit geldt niet voor de medewerkers in de uitvoering. Als uitgangspunt hanteren we natuurlijk verloop.
Aanpassing omzetdoelstellingen Rotterdam Inclusief
In de meerjarenbegroting van Rotterdam Inclusief (RI) wordt uitgegaan dat structureel € 23,1 mln aan omzet wordt behaald. De komende jaren stromen er veel medewerkers van de sociale werkplaats uit vanwege de pensioengerechtigde leeftijd. Deze uitstroom wordt deels gecompenseerd door de instroom van Nieuw Beschut medewerkers. Doordat er meer medewerkers uitstromen dan instromen én doordat de instroom een relatief lage loonwaarde heeft, is de structurele omzetdoelstelling niet meer reëel. De omzetdoelstelling wordt derhalve vanaf 2022 verlaagd met € 2,6 mln.
Gemeentefondsmutaties
Het gaat hier om verschillende mutaties vanuit de septembercirculaire 2021. In 2022 is € 4,2 mln beschikbaar gesteld voor extra dienstverlening voor de re-integratie van bijstandsgerechtigden (compensatie corona). Het UWV voert structureel de No risk polis banenafspraak/beschut werk uit voor de gehele gemeentelijke doelgroep banenafspraak en nieuw beschut werk. Daarom zijn de middelen verschoven van het gemeentefonds naar het UWV. Met deze bijstelling worden middelen vanuit het programma W&I overgeheveld naar het programma Algemene Middelen (van € 230 in 2022 tot € 626 in 2026). Daarnaast daalt het landelijke macrobudget Wet sociale werkvoorziening (Wsw) in 2026. Dit in lijn met de (geraamde) daling van het aantal Wsw-ers door het sluiten van de toegang tot de Wsw. Voor Rotterdam betekent dit een verlaging van € 1,4 mln in 2026.
Technische bijstelling BUIG
Deze begrotingswijziging bestaat uit verschillende componenten, namelijk actualisatie van de inkomsten en uitgaven voor de BUIG, vrijval van middelen vanuit de bestemmingsreserve BUIG en verlaging van de benodigde formatie.
De uitgaven (uitkeringslasten) voor 2022 en verdere jaren zijn geactualiseerd waarbij wordt aangenomen dat de ontwikkeling van het Rotterdamse bijstandsvolume meebeweegt met de landelijke ramingen van het Centraal Planbureau (CPB). De inkomsten zijn geactualiseerd op basis van het nader voorlopig BUIG-budget 2022 dat eind april door het ministerie van SZW bekend is gemaakt. Ten opzichte van de eerdere begroting zijn zowel de inkomsten als uitgaven verlaagd omdat het aantal bijstandsuitkeringen lager uitvalt dan eind vorig jaar werd gedacht. Waar toen werd uitgegaan van een klein tekort op de BUIG van € 2 mln in 2022 wordt nu een klein overschot geraamd van € 3 mln. In de Begroting 2022 werd, gezien dit verwachte tekort, een onttrekking begroot vanuit de bestemmingsreserve BUIG. Deze onttrekking is niet meer nodig en wordt dan ook teruggedraaid. Verder wordt voorgesteld om de reserve BUIG te verlagen (van € 35 mln naar € 25 mln; dit past ook bij de risico-inschatting in het weerstandsvermogen). Al met al leidt deze actualisatie tot een vrijval van € 9,7 mln in 2022 en € 800 in 2023 wat ten gunste valt voor de algemene middelen.
Tussen het aantal bijstandsuitkeringen en de benodigde formatie voor de uitvoering hiervan is een normering bepaald (Berenschotnorm). Zoals hierboven geschetst wordt – ten opzichte van de begroting vorig jaar – nu uitgegaan van een lagere bijstandsvolume. Naast lagere uitkeringslasten leidt dit tot een lager benodigde formatie. In 2022 wordt het personele budget derhalve met bijna € 4,9 mln en in 2023 met € 700 mln naar beneden bijgesteld.
Kasschuif Extra middelen voor re-integratie dienstverlening (septembercirculaire)
Vanuit de septembercirculaire 2021 wordt € 4,2 mln ontvangen voor de re-integratie van bijstandsgerechtigden (compensatie corona). In 2020 was al bekend dat die compensatie ontvangen zou worden en er is een plan gemaakt om de gevolgen van corona voor bijstandsgerechtigden zoveel mogelijk te beperken door intensivering van de dienstverlening. Dat plan loopt tot en met 2023. De middelen uit de septembercirculaire 2021 zijn noodzakelijk voor de uitvoer van het plan in 2023.
Kasschuif Extra middelen voor re-integratie dienstverlening aan bijstandsgerechtigden
In 2022 zijn naast de middelen uit het steun- en herstelpakket Nederland ook extra middelen ontvangen uit Europa (React-EU) subsidie. Niet alle middelen worden in 2022 ingezet. Aangezien het herstel in Rotterdam als gevolg van de coronapandemie relatief trager verloopt en de extra dienstverlening langer nodig is worden deze middelen doorgezet naar 2024 en 2025
Actualisatie kapitaallasten
De kapitaallasten zijn aangepast als gevolg van nieuwe en bijgestelde investeringskredieten alsmede geactualiseerde ramingen per jaarschijf. In de paragraaf investeringen is een gedetailleerd overzicht opgenomen van deze aanpassingen.
Bijdrage EU-subsidie Veerkrachtig BoTu 2028
Voor het Wijkontwikkelingsprogramma Bospolder-Tussendijken (BoTu) is lastenbudget overgeheveld naar het programma Dienstverlening.
Intensivering loonkostensubsidie, dekking intern en taakstelling BUIG
Loonkostensubsidie is een effectief instrument om meer mensen aan de slag te helpen. Deze subsidie zorgt dat een werkgever een beperkte arbeidsproductiviteit van de werknemer gecompenseerd krijgt. We zetten dit instrument vaker in, zodat meer kwetsbare werkzoekenden een kans krijgen op duurzaam werk. De totale intensivering bedraagt € 3.,2 mln (waarvan € 700 voor overhead; zie programma Overhead). Deze intensivering wordt gedekt door het verschuiven van budgetten binnen het programma Werk en Inkomen van € 2 mln en door het opnemen van een taakstelling op de BUIG van € 1,2 mln.
Opvang vluchtelingen Oekraïne
Als gevolg van de inval van Rusland in Oekraïne, heeft de gemeente Rotterdam sinds half maart de taakstelling om Oekraïense vluchtelingen op te vangen. Deze taakstelling behelsde in eerste instantie 1000 vluchtelingen maar wordt inmiddels naar boven bijgesteld. De gemeente maakt kosten op het gebied van opvang, leefgeld, onderwijs, zorg en werk. Deze kosten worden gedekt door het rijk. De inschatting is dat er in totaal € 4,5 mln aan leefgeld verstrekt zal worden in 2022, waarbij het uitgangspunt is dat dit volledig wordt gecompenseerd vanuit het Rijk.
Tozo actualisatie uitkeringsbaten en -lasten
De ontvangsten op Tozo (Tijdelijke Overbruggingsregeling Zelfstandige Ondernemers) vorderingen worden geactualiseerd op basis van de werkelijk ontvangen aflossingen. De realisatie bedraagt tot op heden in totaal € 2,6 mln. Tegenover deze ontvangsten staat, voor hetzelfde bedrag, de terugbetaling van deze Tozo uitkeringen aan het Rijk. Deze begrotingswijziging is daarom budgetneutraal.
Bestemmingsreserve Breed Offensief
De reserve heeft als doel dat werkgevers mensen met een beperking eerder en makkelijker in dienst nemen. De onttrekking is bestemd voor instrumenten als uniforme loonwaardebepaling en werkgeversdienstverlening.
Bestemmingsreserve Crisisdienstverlening (COVID-19) uit decembercirculaire
In 2022 wordt voor € 2,6 mln aan kosten verwacht ten aanzien van de crisisdienstverlening. Bij de eerste herziening is € 723 onttrokken aan de reserve Crisisdienstverlening. Het restant is bij de tweede herziening onttrokken om de kosten te kunnen dekken. Het betreft een reserve die is bedoeld om MBO-ers meer kans op de regionale arbeidsmarkt te bieden. Na een periode van voorbereiding worden in het aanstaande schooljaar de meeste kosten verwacht voor trajecten die gaan starten zoals de startcolleges, regionale ontwikkelprojecten, (haven)experience maar ook meer nazorg.
Bestemmingsreserve Impuls baankansen
Voor extra arbeidstoeleiding en begeleiding van leerlingen in het praktijkonderwijs en voortgezet speciaal wordt in 2022 € 431 uit de bestemmingsreserve Impuls baankansen begroot.
Bestemmingsreserve Re-integratie bijstandsgerechtigden
Vanwege het wegvallen van de subsidie Regiodeal en ter continuering van maatschappelijke participatie en kansengelijkheid in de Rotterdamse samenleving is een onttrekking aan de bestemmingsreserve van € 400 nodig om de kosten te dekken.
Bestemmingsreserve Toeslagenaffaire
Voor het kwijtschelden van schulden in het kader van de toeslagenaffaire worden extra kosten gemaakt. Deze worden gedekt door een onttrekking uit de bestemmingsreserve te begroten van € 124 in 2022.
Bestemmingsreserve TONK
Voor het afronden van de werkzaamheden van de, op 31 december 2021 beëindigde, TONK (Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten) regeling zijn in de eerste maanden van 2022 nog kosten gemaakt. Deze kosten worden gedekt door een onttrekking uit de bestemmingsreserve te begroten van € 200 in 2022.
Bestemmingsreserve Tozo doorlopende werkzaamheden
De Tozo (Tijdelijke Overbruggingsregeling Zelfstandig Ondernemers) regeling is beëindigd met ingang van 1 oktober 2021. Werkzaamheden van de Tozo projectorganisatie lopen nog door in 2022. Daarnaast is de uitvoering de komende jaren nog bezig met het terugvorderen van Tozo vorderingen. In deze bijstelling worden meerjarig de baten opgenomen door een onttrekking uit de gevormde bestemmingsreserve Tozo te begroten en tegelijkertijd worden de lasten meerjarig begroot voor de uitvoeringskosten. Per saldo is dit budgetneutraal, met uitzondering van de overheadkosten voor het programma overhead van € 216 in 2023 tot 2025 en € 45 in 2026.
Crisisdienstverlening
Het gaat hier om middelen ter ondersteuning van de economie aan de 35 arbeidsmarktregio’s. Het betreft aanvullende middelen voor gemeenten om werkloosheid te bestrijden. Voor de regio Rijnmond is vanuit de meicirculaire voor 2022 € 3,6 mln beschikbaar gesteld. Dit bedrag wordt toegevoegd aan de bestemmingsreserve Crisisdienstverlening.
Energietoeslag
Vanwege de hoge energielasten komt er vanuit het Rijk een bijdrage om de huishoudens van Rotterdam met een laag inkomen te ondersteunen. Het gaat hier om de uitvoeringskosten van de energietoeslag.
Participatie (IU)
In de meicirculaire 2022 wordt een meerjarige bijstelling gedaan voor de loonprijsontwikkeling 2022 en voor enkele wijzigingen in de landelijke verdeling van de integratie-uitkering Participatie.
Technische wijzigingen
Binnen het programma Werk en Inkomen zijn er diverse technische wijzigingen doorgevoerd. Direct achter de technische wijziging is het effect op het saldo weergegeven. De grootste wijzigingen zijn:
- De budgetten zijn vanaf het jaar 2023 geactualiseerd naar het prijspeil 2023. Nadere informatie is opgenomen bij Grondslagen. (- € 7,3 mln in 2023 tot - € 7,2 mln in 2026)
- De beveiligingsbudgetten (vaste contracten) zijn overgeheveld van programma Werk en Inkomen naar programma Overhead. (€ 1,7 mln in 2022)
- Indexering integratie-uitkering Participatie (- € 2,0 mln in 2023 tot - € 1,8 mln in 2026)
- Het salaris van de medewerkers die bij de gemeente werken op basis van een gemeentelijke garantiebaan, is verhoogd naar een minimum uurloon van 14 euro (- € 373 in 2022 tot - € 697 in 2026)
- Diverse organisatieopgaven; Wijk aan Zet, Integriteit, Mobiliteitsplatform, Bijdrage vakbonden, Haven en Toerisme en Bibob (€ 590 in 2022 tot € 525 in 2026)
- Diverse technische wijzigingen van (€ 28 in 2022 tot - € 19 in 2026)