Doel: Duurzame haven & industrie
Tijdens de collegeperiode 2022 tot 2026 stuurt de gemeente binnen de eigen verantwoordelijkheden aan op verduurzaming van gevestigde bedrijven en faciliteiten voor innovaties voor de circulaire haveneconomie. De huidige uitstoot is nog 24% hoger dan 1990, omdat de Rotterdamse haven de afgelopen decennia is uitgebreid. De benodigde transities in de haven, zoals sluiting van de kolencentrales, komst van de waterstofeconomie of afvang van CO2, start in de huidige collegeperiode, maar kan pas na 2026 doorgroeien. De transities zijn afhankelijk van wereldwijde ontwikkelingen en nationale sturing. De uitstoot bij de kolencentrales nemen toe door de oorlog in Oekraïne en de ambitie om aardgas te besparen. Ondanks deze afhankelijkheid wil Rotterdam voor 2025 sturen op vermindering van uitstoot en gerealiseerde projecten, om het routeplan naar 2030 in te vullen. Dat draagt bij aan de positionering van de haven als waterstof-hub van Europa, en mede daardoor als dé duurzame wereldhaven van de toekomst.
Wat willen we bereiken?
Versnellen walstroom en stimuleren verduurzaming scheepvaart
- Versnelde invoering van walstroom en stimulering van verduurzaming in de scheepvaart. Kades in stedelijk gebied, voor binnenvaart en zeescheepvaart, krijgen deze coalitieperiode walstroom.
- Er komt een generatorverbod op plekken waar generatoren overlast veroorzaken voor bewoners.
- Ondersteuning van innovatie in het varen op elektriciteit voor de binnenvaart, en het gebruik van waterstof en groene brandstoffen.
- Doelstellingen - die de gemeente nastreeft zijn: 90% van de roll-on roll-of, offshore, ferry’s, 100% van de cruiseschepen gebruikt walstroom en 50% van de grootste containerschepen. Als de EU de ambities omhoog bijstelt doen wij dat ook.
Elektrificatie, aanlanding Wind op zee en energiebesparing industrie
De gemeente wil zorgen dat:
- Energiebesparing in de grote industrie in de haven wordt aangejaagd en opgevolgd.
- Infrastructuur en innovatie voor elektriciteit en stoom wordt bevorderd.
- Verdere inzet op aanlanding en (land)infrastructuur van grootschalige wind op zee ter bevordering van de elektrificatie van het Haven en Industrieel Complex (HIC) en de lokale productie van groene waterstof.
- Infrastructuur en opslagcapaciteit op orde worden gebracht van zowel elektriciteit als waterstofinfrastructuur.
Wat gaan we daarvoor doen?
Versnellen walstroom en stimuleren verduurzaming scheepvaart
- Samen met het Havenbedrijf Rotterdam werken aan walstroomprojecten. De gemeente is aanjager voor de kades in stedelijk gebied. Oplossing van knelpunten, zowel in de ruimtelijke inrichting als financieel. Voor de kades in het havengebied is het Havenbedrijf Rotterdam de voortrekker en helpt de gemeente daarbij
- Stimuleren van vergroening van de binnenvaart
- We zorgen dat de grondstoffentransitie en de energietransitie in de haven zoveel mogelijk elkaar versterken.
Elektrificatie en energiebesparing industrie
- Rotterdam is onderdeel van het Groei door Reductie-project. Daarin krijgen bedrijven ambitieuze energiescans en monitoring van de voortgang die ze maken.
- Samenwerking met DCMR en Deltalinqs voor kennisdeling op het gebied van energiebesparing. Verkenning van de mogelijkheden voor handhaving van de verplichting tot energiebesparing in de industrie.
- De gemeente gaat in gesprek met Stedin, Havenbedrijf en Deltalinqs voor uitbreiding van de infrastructuur voor elektriciteit en stoom en waar nodig faciliteren we aanlanding van windparken op zee in de haven en op de tweede Maasvlakte.
Hoe meten we dat?
Voor de haven ondersteunt Rotterdam met innovaties de ambities van het Rijk voor voldoende vermindering van uitstoot in 2030. Er komt een strakke monitoring van de plannen voor 2030 De DCMR rekent dit jaarlijks door. Ook komt er een jaarlijkse meting van de uitstoot van schadelijke stoffen voor het gehele Rotterdamse grondgebied.
Specifieke versnelling van de aanleg van drie types walstroom:
- Walstroom 1: Tot en met 2026 komen er walstroomvoorzieningen voor zeeschepen aan de volgende stedelijke kades: een ligplaats voor een cruiseschip aan de Wilhelminakade, zes ligplaatsen aan de Parkkade, vijf ligplaatsen aan de Lloydkade;
- Walstroom 2. Tot en met 2026 komen er walstroomvoorzieningen voor de grootste zeeschepen: drie ligplaatsen voor ‘deep sea’-containerschepen, drie ligplaatsen voor ferry’s en twee ligplaatsen voor offshore-schepen. Alle container- en ferry-terminals moeten voor 2030 walstroomfaciliteiten hebben en hebben daarom projecten in voorbereiding. Het is nog onzeker welke van deze vóór 2026 worden voorzien, en welke tussen 2026 en 2030, maar deze getallen zijn ambitieus doch haalbaar.
- Walstroom 3: Voor de overige ligplaatsen komen uitvoeringsplannen voor de periode 2026 tot 2030, volgens de afgesproken doelen in 2030. We maken een inventarisatie van alle ligplaatsen in de haven die volgens walstroomstrategie of EU-wetgeving van walstroom moeten worden voorzien en maken voor die ligplaatsen een basisontwerp, kosteninschatting en planninginschatting.
Indicatoren |
Realisatie 2021 |
Begroting 2022 |
Realisatie 2022 |
Begroting 2023 |
Raming 2024 |
Raming 2025 |
Raming 2026 |
Tot en met 2026 komen er walstroomvoorzieningen voor zeeschepen aan de volgende stedelijke kades: een ligplaats voor een cruiseschip aan de Wilhelminakade, zes ligplaatsen aan de Parkkade, vijf ligplaatsen aan de Lloydkade | 6x Parkkade gerealiseerd | 5x Lloydkade gerealiseerd | Cruiseterminal gerealiseerd | ||||
Tot en met 2026 komen er walstroomvoorzieningen voor de grootste zeeschepen: drie ligplaatsen voor ‘deep sea’-containerschepen, drie ligplaatsen voor ferry’s en twee ligplaatsen voor offshore-schepen | 4 van de 8 | 8 van de 8 | |||||
Voor de overige ligplaatsen komen uitvoeringsplannen voor de periode 2026 tot 2030, volgens de afgesproken doelen in 2030 | Lijst alle ligplaatsen | 50% van de plannen | 100% van de plannen |
Toelichting indicatoren
Voor de haven ondersteunt Rotterdam met innovaties de ambities van het Rijk voor voldoende vermindering van uitstoot in 2030. Er komt een strakke monitoring van de plannen voor 2030 De DCMR rekent dit jaarlijks door. Ook komt er een jaarlijkse meting van de uitstoot van schadelijke stoffen voor het gehele Rotterdamse grondgebied.
In de uitwerking van het programma Energietransitie zullen we een concrete indicator formuleren op het aantal of de kwaliteit van de vergunningen dat per jaar wordt aangevraagd in het Versnellingshuis