Beheer overige gebouwen en gronden

Beleidskaders, -monitors en wetgeving

Vastgoed en gronden inzetten als middel voor behalen maatschappelijke doelen.

Goed rentmeesterschap uitoefenen: waarde behoud van bezittingen.

Sturing geven aan en handhaving van het gebruik van onroerend goed: met privaatrechtelijke instrumenten stuurt de gemeente op het gebruik van onroerende zaken die aan derden in erfpacht of in eigendom zijn of worden gegeven en beheert de bijbehorende contracten.

Bestuursopdracht
Om ‘in control’ te komen heeft het college op 16 juli 2019 de bestuursopdracht Toekomstbestendig Sturen en Begroten Vastgoed vastgesteld. In 2021 is de laatste fase van de bestuursopdracht uitgevoerd. Er is onderzocht welke beleidsmatige keuzes op het gebied van vastgoed gemaakt kunnen worden om de structurele financiële problematiek op te lossen. De voorstellen om te komen tot sluitende afspraken over de kostendekkende huur, inclusief verrekeningssystematieken voor ontwikkeling, beheer en onderhoud zijn verwerkt in de begroting. De kosten landen hierdoor op de juiste programma’s. Vanaf 2024 dienen binnen deze programma’s bestaande middelen aangesproken te worden om deze kosten te dragen. Het deel dat niet aan de overige programma’s toebedeeld kan worden, wordt ten laste gebracht van de algemene middelen. De uitkomsten zijn in de meerjarenbegroting verwerkt.

In 2021 is tevens gewerkt aan de aanscherping van de spelregels en zijn de resultaten van de bestuursopdracht geborgd in de organisatie. Ook is invulling gegeven aan de strategische adviesrol.

 

Duurzaamheid

  • De gemeente Rotterdam heeft de ambitie om als organisatie CO2 klimaatneutraal te zijn in 2050. Daar hoort een duurzame vastgoedportefeuille bij. Voor een deel van de portefeuille is vervanging het middel om de ambities te bereiken. Deze vervangingsopgave is opgenomen in de Integrale Huisvestingsplannen (IHP's) per portefeuille. Bij de start van de ontwikkelingsprojecten wordt mede in samenhang met het gebied de duurzaamheidsambitie bepaald.
  • Voor de bestaande bouw wordt met de meerjarenonderhoudsplannen de verduurzaming ingezet en worden deze aan de natuurlijke onderhoudsmomenten gekoppeld. Er dienen circa 310 duurzame meerjaren onderhoudsplannen ((D)MJOP) te worden opgesteld. Door onbekendheid en complexiteit is de start in Q4 van 2021 met het opstellen van (D)MJOP vertraagd. Met name het formuleren van concrete uitgangspunten voor duurzaamheid ten behoeve van de uitvraag heeft meer tijd in beslag genomen dan verwacht. Op dit moment wordt er met deze uitgangspunten eerst een pilot uitgevoerd. De pilot wordt gebruikt om de uitgangspunten ten aanzien van duurzaamheid verder te concretiseren, het proces te optimaliseren en het benodigde budget inzichtelijk te maken (leren door te doen). De pilot is naar verwachting in juni 2022 afgerond. Hierna kan de planning bepaald worden voor het vervolg. Met deze aanpak zullen de meerjaren onderhoudsbegrotingen binnen vier jaar allemaal zijn verduurzaamd.
  • Bij het verduurzamen van gebouwen moeten deze minimaal voldoen aan de geldende wetten en regels. Voor bestaande bouw is afgesproken dat naast de wettelijke verplichtingen, altijd rendabele maatregelen worden toegepast en wanneer gebouwen nog lang in de portefeuille blijven, ook de zogenaamde no-regret. Voor de vervangingsopgave is naast de wettelijke vereisten het ambitieniveau minimaal GPR 7,5 of BREEAM Good gesteld.

 

Ontwikkelingen

Gevolgen oorlog Oekraïne

  • Door deze oorlog zijn de energieprijzen gestegen en stagneert de aanvoer van grondstoffen. Hierdoor worden grondstoffen fors duurder. 
  • Een gevolg is dat het uitvoeren van regulier onderhoud duurder wordt. Er kan binnen de beschikbare middelen voor 2022 minder onderhoud worden uitgevoerd.
  • De grote stroom vluchtelingen moet worden opgevangen. De afdeling Vastgoed speelt een belangrijke rol bij het zorgen voor huisvesting van deze mensen.

 

Gevolgen corona

  • Er is op dit moment nog steeds een tekort aan grondstoffen. Hierdoor worden bouwmaterialen duurder. Ook dit heeft tot gevolg dat het uitvoeren van onderhoud duurder wordt.
  • Mede als gevolg van corona is er nog steeds een grote vraag naar bouw- en onderhoudsbedrijven. Er is op dit moment meer vraag dan aanbod. Hierdoor stijgen de prijzen voor de uitvoering van onderhoudswerkzaamheden en ontstaat er vertraging in de uitvoering.
  • Door een overspannen markt ten aanzien van onderhoud, is de verwachting dat niet alle geplande onderhoudswerkzaamheden uit 2022 doorgang zullen vinden. Dit wordt geanalyseerd bij de 8-maandsrapportage. Hierbij worden ook de (financiële) consequenties inzichtelijk worden gemaakt.

 

Risico's
Het coronavirus, de Oekraïne oorlog en de overspannen bouwmarkt (gebrek aan personele capaciteit) hebben ook impact op Vastgoed. De mogelijke effecten voor de afdeling Vastgoed zijn hieronder opgenomen.

 De debiteurenpositie is flink toegenomen door het verlenen van uitstel van betaling in het kader van de coulanceregeling. Er worden nu afspraken met debiteuren gemaakt over betaling van de achterstanden. Dit zal in een aantal gevallen niet gaan lukken, onder meer vanwege faillissementen. Het zal nog even duren voordat duidelijk is welk bedrag Vastgoed zal moeten afschrijven. Een deel van de huurinkomsten van brandstofverkooppunten is omzet gerelateerd. Veilingopbrengsten zijn afhankelijk van de markt. Een negatieve invloed op veiling- en huuropbrengsten op korte en lange termijn hebben de toenemende elektrificatie van het wegverkeer, toekomstige zero-emissiezone en Covid-19. De gestegen brandstofprijzen werken op de korte termijn omzet verhogend.

De leegstand is momenteel niet hoog. Doordat tijdens de coronaperiode uitstel van betaling is verleend, zijn er relatief weinig huuropzeggingen geweest. Onduidelijk is nog hoe zich dit in de komende periode zich ontwikkelt. Er worden wel de nodige faillissementen verwacht.

De vastgoedmarkt (verkoop) lijkt niet heel ernstig beïnvloed te worden door de coronacrisis. Door slim te schuiven tussen de jaarschijven verkopen (winkels en horecapanden later verkopen, omdat de markt daarvoor nu slechter is) wordt strategisch het beste moment voor verkoop bereikt.

Ook bij de reclameopbrengsten is sprake geweest van terugloop van inkomsten. Met de reclame exploitanten wordt overleg gevoerd over de manier waarop in deze sector de concessievergoeding (waarvoor eveneens uitstel van betaling is geweest) de achterstanden worden ingelopen.

 

Doelstellingen 2021
Het proces rondom het vaststellen van de verkooplijst is mede naar aanleiding van wensen vanuit de gemeenteraad aangescherpt. Het gaat enerzijds om aandacht voor de juiste strategische afwegingen ten aanzien van ons gemeentelijk vastgoed voordat verkoop definitief opgestart wordt en anderzijds om te zorgen dat bij de uiteindelijke verkoop panden worden verkocht aan de juiste partij, voor de juiste prijs. De aanpak t.a.v. het verkopen van gemeentelijk vastgoed bestaat in uit twee delen. Ten eerste het proces om te komen tot een gedragen verkooplijst, waarbij we nu de relevante stakeholders in de stad van tevoren betrekken en ten tweede het feitelijke verkoopproces conform de uitgangspunten uit de kadernota Vastgoed. De verkoopplanning voor 2022 en verder en de daaraan gekoppelde opbrengsten wordt gemonitord en hierover wordt bij de verschillende P&C momenten en bij jaarrekening verslag gedaan. De doelstelling is circa 145 objecten van het gemeentelijk vastgoed te verkopen in 2022 met een verwachte opbrengst van circa € 20 mln. De huidige inschatting is dat de meerjarig ingeschatte verkoopopbrengst niet substantieel wijzigt, maar dat er wel sprake kan zijn van wijzigingen per jaarschijf. Ondank de COVID 19 pandemie is de vraag naar vastgoed nog steeds erg groot. Dit geldt ook voor het gemeentelijke Vastgoed. De enige sectoren waar we de vraag terug zien lopen, betreffen de retailbranche en de horeca. Op de verkoopplanning voor dit jaar staat een aantal van dit soort panden. Bij de verkoop van vastgoed wordt ook goed gekeken wat de impact kan zijn op de omgeving. Hiervoor wordt uitgebreid afgestemd met belanghebbenden. Deze continue afstemming kan leiden tot aanpassing van de planning. Tenslotte moet altijd overeenstemming worden bereikt met de huidige huurder en/of de toekomstig koper. Daarnaast is het eind 2021 door de Hoge Raad  uitgesproken Didam-arrest in verschillende verkoopdossiers een complicerende factor. Dit kan bij sommige dossiers tot enige vertraging in verkoop dan wel levering leiden. Het beeld voor 2022 is op dit moment dat het volledige aantal panden van 145 in 2022 verkocht én volgens planning geleverd kan worden. Dit proces wordt doorlopend gemonitord en indien noodzakelijk wordt hij de P&C momenten een bijstelling van de prognose gedaan.

 

Conversies Erfpacht
Twee grote woningcorporaties hebben besloten tot conversie van de erfpachtrechten van hun woningportefeuille. Het betreft vooral tijdelijke erfpachtrechten die in de periode 2030-2045 tegen het einde van de afkooptermijn aanlopen, waarna er weer canon moet worden betaald. Alternatief is omzetting naar eeuwigdurende erfpachtrechten. Dat laatste is voor de woningcorporaties de meest aantrekkelijke keuze gebleken. Dit resulteert in zeer aanzienlijke eenmalige baten voor de gemeente in 2022. Hiervan staat een deel al vast: afgerond € 193,5 mln. Voor een ander deel geldt dat er nog enige onzekerheid is over het bedrag; naar huidige inzichten gaat het om meer dan € 300 mln. De reden voor een woningcorporatie om tot conversie over te willen gaan, is dat het aflopen van de afkooptermijn ook nu al negatieve effecten heeft op haar financiële continuïteit (de mate waarin zij in staat is om op korte en lange termijn haar bezit in stand te houden, en haar maatschappelijke opgaven uit te voeren). De waarde van het bezit neemt (ceteris paribus) af, en er moet worden gespaard voor de financiële verplichting die ontstaat. Dit beïnvloedt de ratio’s die worden gebruikt ter bepaling van de financiële continuïteit van de woningcorporatie negatief. Zo neemt onder andere de leencapaciteit af, en dus ook het investerend vermogen. De huidige lage rentestand en nu nog lage sociale grondprijzen hebben eraan bijdragen dat de betrokken woningcorporaties nú willen converteren. Met de eeuwigdurende afkoop van erfpacht doet de gemeente afstand van het recht om in de toekomst nog erfpacht te heffen. Conform wettelijke voorschriften moet de eventuele boekwaarde van de grond waarop het recht is gevestigd, worden afgeboekt. De eeuwigdurende afkoop van erfpacht wordt daarmee in feite gelijkgesteld aan de verkoop van bezit. In de Beleidsnota Investeringen Rotterdam zoals deze in 2020 is vastgesteld door de Raad is vastgelegd dat “de verkoopopbrengst van bezit wordt aangewend voor het verwerven van nieuw bezit (‘bezit-voor-bezit’)”. Ook vóór het vaststellen van deze beleidsnota was dit al het uitgangspunt. In de beleidsnota is aanvullend nog bepaald dat de verkoopopbrengst ook kan worden gebruikt voor het opvangen van een – eventuele - begrotingstegenvaller die als gevolg van de verkoop ontstaat. En dat de opbrengst, indien het publieke belang van Rotterdam daarmee is gediend en een doelmatige inzet van middelen zich hier niet tegen verzet, kan worden gebruikt voor investeringen van andere partijen, ook als deze niet tot gemeentelijk bezit leiden. Relevant in deze context is ook het algemene uitgangspunt dat structurele lasten moeten worden gedekt door structurele baten. De onderhavige conversiebaten zijn eenmalig. Besluitvorming over de inzet van de baten moet nog plaatsvinden. De huidige kaders vormen daarbij het uitgangspunt. Nog bezien moet worden of deze grootschalige conversies effect zullen hebben op de meerjarenbegroting, en zo ja, welk effect. Alle begrotingsmutaties volgend uit de conversie zullen worden verwerkt in de tweede herziening van de begroting 2022.

 

Wat willen we bereiken

Effect indicatoren

Wat gaan we daarvoor doen

Effectindicatoren  201820192020202120222023
Aantal te verkopen objecten commerciële portefeuille Streefwaarde   94 115 153 145  
Realisatie 65 68 106 37    
Het resultaat van de verkochte objecten is afhankelijk van de kwaliteit, type, ligging, metrage en vigerende boekwaarde. De prognose voor 2022 is circa € 20 mln.

Toelichting indicatoren

Met de streefwaarde wordt bedoeld het aantal objecten dat de gemeente voornemens is te verkopen en over te dragen aan een nieuwe eigenaar in het betreffende jaartal. Voor 2022 zijn dat op dit moment 145 objecten. Een groot deel van de objecten dat verkocht zou worden in 2021 is door omstandigheden, zoals het Didam-arrest, doorgeschoven naar latere verkoopjaren. Een deel ervan zal in 2022 verkocht worden. Deze objecten deel uit van de 145 te verkopen panden, maar een deel zal ook in latere jaren verkocht worden.

De planning op dit moment is nog altijd om de verkoopopgave in 2024 afgerond te hebben.

Wat kost het

Overzicht van baten en lasten Beheer overige gebouwen en grondenRealisatie
2021
Begroting
2022
Raming
2023
Raming
2024
Raming
2025
Raming
2026
Baten exclusief reserves137.007177.454149.325130.487117.107117.107

Bijdragen rijk en medeoverheden 960 117 117 117 99 99
Financieringsbaten 2 0 0 0 0 0
Overige opbrengsten derden 133.629 177.186 149.058 130.220 116.858 116.858
Overige baten 2.415 150 150 150 150 150
Lasten exclusief reserves121.812128.456101.257100.97888.35288.248

Apparaatslasten 14.452 16.224 12.998 12.794 11.714 11.679
Inhuur 3.784 3.993 1.631 1.426 1.222 1.222
Overige apparaatslasten 221 212 209 209 202 202
Personeel 10.447 12.019 11.159 11.159 10.289 10.255
Intern resultaat -110.692 -109.154 -111.588 -114.369 -118.276 -124.142
Intern resultaat -110.692 -109.154 -111.588 -114.369 -118.276 -124.142
Programmalasten 218.053 221.386 199.847 202.553 194.915 200.711
Inkopen en uitbestede werkzaamheden 104.119 95.368 93.669 87.419 81.648 83.763
Kapitaallasten 91.934 107.099 87.544 96.672 94.873 98.554
Overige programmalasten 21.921 18.839 18.553 18.382 18.313 18.313
Sociale uitkeringen 0 0 0 0 0 0
Subsidies en inkomensoverdrachten 79 80 80 80 80 80
Saldo voor vpb en reserveringen 15.194 48.998 48.068 29.509 28.755 28.859
Saldo voor reserveringen 15.194 48.998 48.068 29.509 28.755 28.859
Reserves14.6503.4902.6842.7072.6642.664

Onttrekking reserves 15.150 3.690 2.884 2.907 2.864 2.864
Toevoeging reserves 1.975 200 200 200 200 200
Vrijval reserves 1.475 0 0 0 0 0
Saldo 29.844 52.488 50.752 32.216 31.419 31.524

Financiële bijstellingen

Bijstellingen Beheer overige gebouwen en grondenBegroting 2022Raming
2023
Raming
2024
Raming
2025
Raming
2026
Oorspronkelijke begroting 2022 51.777 50.206 31.670 30.874 30.874
Bijstellingen Eerste Herziening 2022 711 546 546 546 650
Actualisatie kapitaallasten Ramingsbijstellingen onvermijdelijk 0 0 0 0 0
Bestemmingsreserve Aanloopkosten depot Collectiegebouw Reserves 0 0 0 0 0
Bestemmingsreserve Groot onderhoud MBVB Reserves 0 0 0 0 0
Bestemmingsreserve Rotterdamse Investeringsmotor Reserves 0 0 0 0 0
Technische wijzigingen Technische wijzigingen 711 546 546 546 650
Begroting na wijzigingen 52.488 50.752 32.216 31.419 31.524

Toelichting financiële bijstellingen

Actualisatie Kapitaallasten
De kapitaallasten zijn aangepast op basis van daadwerkelijke activeringen in 2022, bijgestelde investeringskredieten alsmede geactualiseerde ramingen, omslagrente en bouwrente van de jaarschijven. Een volledig beeld van de kredieten is opgenomen in de paragraaf Investeringen


Bestemmingsreserve aanloopkosten depot Collectiegebouw
De vanuit 2021 doorgeschoven middelen ter grootte van € 194 worden kosten van restpunten die bij de bouw zijn opgetreden.


Bestemmingsreserve Groot onderhoud MBVB
De resterende middelen van € 98 zullen worden ingezet voor de kosten van het gebouwbeheer tijdens de renovatie.
 

Bestemmingsreserve Rotterdamse Investeringsmotor
Voor de kosten van de renovatie van het GJ de Jongh monument wordt een onttrekking aan de bestemmingsreserve opgevoerd van € 511. 

 

Technische wijzigingen
Op het taakveld Beheer overige gronden en gebouwen zijn er diverse technische wijzigingen geweest (€ 711 in 2022 tot € 650 in 2026). Direct achter de technische wijziging is het effect op het saldo weergegeven.

De grootste wijzigingen zijn de aanpassing van de rentetoerekening aan het Schiekadeblok (€ 551 structureel), de actualisatie van de capaciteitsplanning en formatie (€ 484 in 2022 tot € 102 in 2026), de actualisatie dekking overhead projecten (- € 254 in 2022) en diverse kleine technische wijzigingen (- € 70 in 2022 tot - € 3 in 2026).

Omschrijving taakveld

De gemeente Rotterdam heeft in 2020 zowel maatschappelijke als commerciële vastgoedobjecten in portefeuille. Vastgoed en gronden in gemeentelijk bezit worden ingezet ten bate van maatschappelijke doelstellingen en worden dusdanig beheerd dat ze toekomstbestendig zijn. Het bezit is geen doel op zich. Het verhogen van de kwaliteit van het Rotterdamse voorzieningenaanbod is wél een doel. De inzet is om hiertoe alleen de zogenaamde kernportefeuille aan gebouwen en gronden aan te houden, waarmee de maatschappelijk gewenste waarde kan worden gecreëerd. Dit betekent dat het gemeentelijke vastgoed moet bijdragen aan het realiseren van de doelstellingen uit het coalitieakkoord en aan doelstellingen die zijn neergelegd in wet- en regelgeving (die zijn door vertaald in beleidsprogramma’s, zoals bij onderwijshuisvesting). Deze collegedoelstellingen zijn en worden vorm gegeven in plannen en programma’s die leiden tot vragen naar (gemeentelijk) vastgoed. De kaders waarbinnen dit gebeurt met betrekking tot vastgoed zijn vastgesteld in de Kadernota Vastgoed. Door het hanteren van functioneel grondbeleid beheert de gemeente ruim 42.000 (grond)contracten van onroerende zaken die in erfpacht of in eigendom zijn uitgegeven door de gemeente.