Stedelijke inrichting en ontwikkeling
De stijging van de CO2-uitstoot wordt in deze collegeperiode omgebogen naar een dalende trend die leidt tot 49% CO2-reductie in 2030, gemeten t.o.v. het jaar 1990
In 2022 is de gemiddelde luchtkwaliteit in de hele stad verbeterd t.o.v. het niveau van 2017. Vanaf 2020 zijn er geen straten meer waar de Europese gezondheidsnorm voor NO2 wordt overschreden
Stijging van het percentage panden dat geen verhoogde kans op wateroverlast bij hevige regen heeft van 88% naar 90%
TAAKVELD 2
Cultureel erfgoed - Monumenten
De gemeente Rotterdam draagt zorg voor haar gebouwde en aangelegde cultuurhistorisch erfgoed waaronder de beschermde monumenten en stadsgezichten. Dit wordt bereikt door middel van de thema’s: Bescherming en instandhouding, kennisontwikkeling en kennisoverdracht (Erfgoedagenda Rotterdam)
De gemeente Rotterdam zet gebouwd erfgoed in als aanjager bij transformaties en gebiedsontwikkelingen.
TAAKVELD 3
Openbaar groen en (openlucht) recreatie - Landschap
Een aantrekkelijke en leefbare stad voor iedereen, nu en in de toekomst
Meer gezonde Rotterdammers die bewegen, spelen, sporten, ontmoeten, ontspannen en recreëren
Een investering in de doorontwikkeling van de klimaat adaptieve deltastad
Samenwerking met Rotterdammers en gedeeld eigenaarschap
TAAKVELD 4
Milieubeheer - Duurzaam, bodem, geluid en handhaving
Het realiseren van de energietransitie (gezamenlijk met alle betrokken partijen in en rondom de stad) om te voldoen aan doelen van Parijsakkoord en economische kansen worden benut
Een betere luchtkwaliteit
Regisseren van het stimuleren van circulariteit in het grondstoffengebruik binnen de stad (verminderen gebruik grondstoffen, hergebruik en recyclen van afval)
Het realiseren van een klimaatadaptieve stad
Verminderen van geluidsoverlast
Een betere regie op het gebruik van de ondergrond
Een adequaat extern veiligheidsniveau voor alle inwoners
Verduurzaming van de gemeentelijke bedrijfsvoering en verduurzaming gemeentelijk vastgoed
Omschrijving programma
Vervolg programmadoelstellingen
- Tenminste 15.000 bestaande woningen zijn verduurzaamd en 10.000 aardgas vrij of daarop voorbereid
- 20 Hectare groen erbij in 2022 t.o.v. 2018
- Binnen vier jaar start bouw van 18.000 nieuwe woningen
Omschrijving
Fijn wonen en leven in Rotterdam begint bij een fijne woning in een prettige, groene buurt voorzien van alle essentiële voorzieningen en infrastructuren (water, riool, energie, groen, fietspaden etc). Nieuwe of huidige bewoners moeten in onze stad een woning van hun wensen en mogelijkheden kunnen vinden. De komende jaren zal de stad en het aantal inwoners flink gaan groeien. Naast extra woningen betekent dit ook meer (maatschappelijke) voorzieningen, meer onderwijs, kwalitatief hoogwaardig groen, goede bereikbaarheid en voldoende werkgelegenheid.
Ook bewoners dragen bij aan een fijne stad door eigen initiatieven, bijvoorbeeld meer groen, betere speelruimte voor de kinderen, een prettige en gezellige buitenruimte en de daarbij behorende onderlinge contacten en het oprichten van energie-coöperaties of buurtontmoetingsplekken. De gemeente faciliteert dergelijke initiatieven graag.
Wonen en leven gebeurt in een duurzaam, energiezuinig Rotterdam, met een betere luchtkwaliteit. De klimaatopgaven uit het Akkoord van Parijs vragen om een forse energie- én economische transitie van stad en haven. Willen wij en onze kinderen prettig blijven wonen en leven dan vraagt dit flinke keuzes, maatregelen en investeringen.
De gemeente doet dit door de ontwikkeling en groei van de stad goed te plannen. Wonen in Rotterdam wordt toekomstbestendiger en klimaatadaptiever. We anticiperen op ontwikkelingen op het gebied van klimaat en onze bevolkingssamenstelling, we zorgen voor groen en mooie buitenruimte, een veilige en gezonde ondergrond en een efficiënt en prettig werkend bouw- en woning- toezicht & -vergunningverlening. De gemeente werkt toe naar belangrijke overeenkomsten zoals het klimaat- en energieakkoord, ontwikkelt en implementeert stedelijke programma’s voor de groei van de stad voert nieuwe wettelijke beleidskaders in zoals de omgevingswet. Door bovenstaande inzet te combineren met de sociale en economische context wordt gebouwd aan de weerbaarheid en veerkracht (de resilience) van de mensen, de organisaties, en de systemen in de stad. Daarnaast voert de gemeente de wettelijke taken uit, zoals de behandeling van aanvragen om een omgevingsvergunning, aandacht voor erfgoed en het maken van bestemmings- (en straks omgevings-) plannen.
Als gevolg van een wijziging in de productenstructuur in 2018 sluiten de jaarcijfers 2017 voor twee programma’s en twee taakvelden niet aan met de gepresenteerde jaarcijfers in de jaarrekening 2017. Het betreft verschuivingen tussen de programma’s Overhead en Stedelijke inrichting en ontwikkeling van ca. € 87 mln. Binnen deze programma's gaat het om een verschuiving van het taakveld Concernondersteuning naar het taakveld Beheer overige gebouwen en gronden. De verschuiving betreft concernhuisvesting.
BBV-indicatoren
Beschrijving BBV-indicator | Eenheid | Bron | ||
---|---|---|---|---|
Hernieuwbare elektriciteit | % | Streefwaarde | N.v.t. | RWS |
Realisatie | 4,6 (2016) | |||
Gemiddelde WOZ-waarde | Duizend euro | Streefwaarde | N.v.t. | CBS |
Realisatie | 153 (2017) | |||
Nieuw gebouwde woningen | Aantal per 1.000 woningen | Streefwaarde | 2,4 (2016) | Basisregistratie adressen en gebouwen |
Realisatie | ||||
Demografische druk | % | Streefwaarde | N.v.t. | CBS |
Realisatie | 57% (2018) |
Overzicht baten en lasten
Overzicht van baten en lasten Stedelijke inrichting en ontwikkeling | Realisatie 2018 | Begroting 2019 | Begroting 2020 | Raming 2021 | Raming 2022 | Raming 2023 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Baten exclusief reserves | 302.285 | 263.516 | 231.909 | 213.271 | 215.836 | 212.515 |
|
Bijdragen rijk en medeoverheden | 10.512 | 11.394 | 4.010 | 3.046 | 3.046 | 3.046 | |
Financieringsbaten | 92 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Overige opbrengsten derden | 286.606 | 271.703 | 220.832 | 203.708 | 214.813 | 205.901 | |
Overige baten | 5.075 | -19.580 | 7.066 | 6.517 | -2.023 | 3.568 | |
Lasten exclusief reserves | 356.686 | 361.242 | 345.633 | 299.902 | 303.057 | 248.281 |
|
Apparaatlasten | 112.389 | 126.819 | 127.373 | 126.385 | 125.824 | 125.709 | |
Inhuur | 20.500 | 17.702 | 18.835 | 18.023 | 17.463 | 17.463 | |
Overige apparaatslasten | 2.256 | 2.801 | 2.730 | 2.730 | 2.730 | 2.730 | |
Personeel | 89.632 | 106.315 | 105.808 | 105.631 | 105.631 | 105.516 | |
Interne resultaat | -147.092 | -139.324 | -145.342 | -150.849 | -150.866 | -151.724 | |
Interne resultaat | -147.092 | -139.324 | -145.342 | -150.849 | -150.866 | -151.724 | |
Programmalasten | 391.389 | 373.747 | 363.602 | 324.366 | 328.099 | 274.297 | |
Financieringslasten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Inkopen en uitbestede werkzaamheden | 227.031 | 247.741 | 249.569 | 200.937 | 196.189 | 142.013 | |
Kapitaallasten | 129.399 | 91.358 | 87.232 | 94.158 | 103.727 | 106.265 | |
Overige programmalasten | 22.885 | 19.205 | 18.957 | 19.057 | 19.284 | 19.284 | |
Salariskosten WSW en WIW | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Sociale uitkeringen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Subsidies en inkomensoverdrachten | 12.074 | 15.443 | 7.844 | 10.213 | 8.900 | 6.736 | |
Saldo voor vpb en reserveringen | -54.401 | -97.726 | -113.724 | -86.631 | -87.222 | -35.766 | |
Saldo voor reserveringen | -54.401 | -97.726 | -113.724 | -86.631 | -87.222 | -35.766 | |
Reserves | 65.756 | 72.644 | 86.125 | 61.793 | 66.916 | 15.329 |
|
Onttrekking reserves | 68.430 | 88.070 | 91.825 | 67.493 | 70.616 | 15.529 | |
Toevoeging reserves | 96.108 | 20.425 | 5.700 | 5.700 | 3.700 | 200 | |
Vrijval Reserves | 93.434 | 5.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Saldo | 11.355 | -25.082 | -27.599 | -24.838 | -20.306 | -20.437 |
Baten
De opbrengsten derden en overige baten bestaan grotendeels uit grondopbrengsten, huurinkomsten (extern), canonopbrengsten en het uitvoeren van opdrachten voor externe opdrachtgevers. Voor de grondopbrengsten geldt dat op basis van de wet- en regelgeving de baten van grondverkopen in de exploitatie worden verwerkt met een tegenboeking onder de overige baten. Het resultaat is voor grondopbrengsten daarom nihil. Daarnaast zijn opbrengsten van aangevraagde omgevingsvergunningen, opbrengsten die in rekening worden gebracht voor beheersvergoedingen hennep ontmantelingen en opbrengsten door Uitvoering Van Gemeentewege onder de opbrengsten derden opgenomen. Inkomsten uit brandstofverkooppunten en reclamecontracten, verkoopopbrengsten van verkochte vastgoed, uitpondingen en conversieopbrengsten (omzetten naar eeuwigdurend erfpacht) maken ook onderdeel uit van de opbrengsten derden en overige baten.
Onder bijdragen van Rijk en medeoverheden zijn de subsidies aan de grondexploitaties geraamd. Verder hebben de baten betrekking op rijksbijdragen, subsidies van de provincies en opbrengsten van derden welke worden ingezet voor de Warmte-uitwisseling Rotterdams haven, overige specifieke projecten en in het kader van ongerechtvaardigde verrijking.
Lasten
De lasten vloeien voort uit de uitvoering van diverse activiteiten en projecten, ten behoeve van de bestemmingsplannen, inspectie, toezicht, woningverbeteringen en hennepontmantelingen. Daarnaast worden uitgaven verantwoord voor grondexploitaties ten behoeve van gebiedsontwikkelingen, kosten voor personele inzet, kosten ten behoeve van de exploitatie van onroerend goed zoals onderhoud, beheerkosten en eigenaarslasten (zakelijke lasten en verzekeringen), verkoopkosten (taxaties, kosten verkoop gereedmaken) en afboekingen van de boekwaarde van het verkochte vastgoed. Doorbelastingen naar andere programma’s binnen het concern Rotterdam, zoals Onderwijs, Verkeer en Vervoer en Cultuur, Sport & Recreatie zijn opgenomen onder de interne lasten.
Reserves
De mutaties op de reserves hebben betrekking op bestemmingsreserves Investeringsfonds Rotterdam, ISV-3, Parkeerfonds (Nieuwe Stijl), Stelselwijziging Afschrijving Vastgoed en het Nationaal Programma Rotterdam Zuid (NPRZ). De onttrekkingen aan de bestemmingsreserves worden ingezet voor Hart van Zuid, Stadshavens, Binnenstad, herinrichting Coolsingel, Sportcampus, NPRZ, inrichting buitenruimte gebieden, Kansrijke Wijken, Aanlegsteigers Schie, Rivierzones en andere projecten.
Meerjarig verloop
De opbrengsten derden en de hieraan gerelateerde overige baten laten voor de jaren 2019 tot en met 2022 meerjarig een dalend verloop zien. Dit wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door de daling van begrote grondopbrengsten. Hier staan ook lagere lasten tegenover. Daarnaast dalen de verwachte bijdragen van rijk en medeoverheden doordat het aantal bijdragen in de toekomstige jaren 2020 en verder nog moet worden toegekend. Voor wat de lasten en mutaties op bestemmingsreserves betreft is een nagenoeg evenredige daling te zien. De ramingsbijstellingen en intensiveringen uit het coalitieakkoord voor de onderwerpen bouwen 18.000 woningen, intensivering Rivieroevers en actieplan huurwoningen maken dat het saldo van baten en lasten vanaf 2021 toeneemt.
Aansluiting voorgaande begroting
Aansluiting met voorgaande begroting (saldo na reservering) | Begroting 2019 | Begroting 2020 | Raming 2021 | Raming 2022 | Raming 2023 |
---|---|---|---|---|---|
Oorspronkelijke begroting | -12.696 | -3.695 | -4.244 | -3.971 | -3.971 |
Bijstellingen Omissieregeling 2019 | -5.996 | 1.234 | 1.244 | 107 | 107 |
Bijstellingen Voorjaarsnota 2019 | -6.390 | -25.138 | -21.839 | -16.442 | -16.573 |
Totaal bijgestelde begroting | -25.082 | -27.599 | -24.838 | -20.306 | -20.437 |