Arbeidsparticipatie - Werk
Beleidskaders, -monitors en wetgevingZoveel mogelijk Rotterdammers werken (geheel of gedeeltelijk) en verdienen zo hun eigen inkomen.
Arbeidsontwikkeling: gericht op het versterken van de arbeidsmarktpositie werkzoekenden.
Het via (regionale) samenwerking en werkgeversdienstverlening versterken van de arbeidsmarkt.
Voortgang 2020
Door de coronacrisis en de genomen maatregelen verandert de werkgelegenheid en de vraag en aanbod op de arbeidsmarkt. Er zijn bedrijven die veel minder werk hebben. Er zijn echter ook ondernemingen bij wie de vraag is gestegen en die juist mensen zoeken. Vele ondernemingen en bedrijven worden in hun voortbestaan bedreigd. Gedurende de crisis is de meest effectieve interventie mensen die werken aan het werk zien te houden (baanbehoud) om zodoende werkloosheid te voorkomen (preventie). Door de Coronacrisis worden bepaalde doelgroepen extra zwaar getroffen en raken snel en in groten getale werkloos. Het gaat dan vooral om zzp-ers, jongeren en flexwerkers. De WW en nieuwe regelingen als de Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid (NOW) en Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (TOZO) zijn een buffer voor de nieuwe instroom in de bijstand; maar uiteindelijk zullen veel mensen uit deze regelingen naar de bijstand ‘doorzakken’. Tegelijkertijd zien we door de lockdown en contactbeperkingen de digitalisering een vlucht nemen in alle lagen van de samenleving. Het fysiek begeleiden, scholen en coachen van jongeren en werkzoekenden is tijdelijk niet mogelijk. Daarom wordt nu volop geïnvesteerd in het ontwikkelen, ontsluiten en aanbieden van digitale dienstverlening, zodat deze doelgroepen op afstand ondersteuning kunnen krijgen.
Mobiliteitscentrum, scholing en digitalisering
Met de aanpak Rijnmond Werkt Door wil Rotterdam samen met de andere gemeenten uit de arbeidsmarktregio Rijnmond, het UWV, uitzendbureaus en de sociale partners eraan bijdragen dat zoveel mogelijk mensen aan het werk blijven. Zo zorgen we ervoor dat mensen hun baan en salaris behouden, zich waardevol blijven voelen en de economie zo goed als het kan doordraait. We verbinden werkgevers die personeel moeten laten gaan met werkgevers die mensen zoeken en ondersteunen bij het bemiddelen van werk naar werk.
De crisis toont het belang aan van om-, her en bijscholing en investeringen in leven lang ontwikkelen. Scholing houdt mensen duurzaam inzetbaar. Werkzoekenden die gewend zijn zich te laten bij- of omscholen kunnen makkelijker de overstap van werk naar ander werk maken. Dit maakt iemand crisisbestendiger. We houden onze dienstverlening zo goed als mogelijk overeind en houden contact met werkzoekenden via telefoon, mail of app. Het digitaal opleiden en kennisdelen wordt (verder) voorbereid en uitgebreid.
We willen de nieuwe instroom van bijstandsgerechtigden zo snel mogelijk door en terug laten stromen naar werkhervatting, de arbeidsmarkt of naar digitale dienstverlening.
Daarnaast wordt een versnelde koppeling gemaakt tussen informatiesystemen zodat bijvoorbeeld via de applicatie HalloWerk meer werkzoekenden in een eerder stadium zichtbaar zijn voor werkgevers. Mensen zijn meer dan ooit ‘online’ en dit is dan ook een kans om HalloWerk vroeg in te zetten bij de zoektocht naar werk. Bovengenoemde nieuwe ‘doelgroepen’ hebben een korte afstand tot de arbeidsmarkt en de meesten zijn digitaal vaardig en goed in staat om zelf de regie te pakken en HalloWerk te gebruiken bij hun zoektocht naar werk. HalloWerk wordt vooral ingezet in de fase dat deze doelgroepen (nog) geen uitkering ontvangen en/of niet-uitkeringsgerechtigd (nug) zijn.
Het uitnodigen van werkzoekenden voor een banenmarkt is met de maatregelen die zijn genomen onmogelijk geworden. Alle evenementen waarbij werkzoekenden en werkgevers elkaar fysiek ontmoeten zijn tot tenminste september 2020 opgeschort. Wel is de digitale banenmarkt online gezet. Alle vacatures van werkgevers die nu op zoek zijn naar mensen zijn verzameld en op deze website geplaatst. Via ‘marktkramen’ worden werkzoekenden direct doorverwezen naar de pagina om te solliciteren.
Ambitie: koploper blijven
De ambitie van dit college is een daling van het aantal uitkeringen naar 30.000 eind 2021. Met de coronacrisis raakt deze ambitie uit beeld. De gezondheidscrisis en het bieden van inkomenszekerheid aan de Rotterdammers hebben nu prioriteit.
Uit de jaarrekening 2019 bleek dat het college halverwege de collegeperiode goed op koers lag. De dalende lijn van het bijstandsvolume zette zich voort tot medio maart, maar als gevolg van de coronapandemie is deze trend nu helaas doorbroken. Tot en met april is het aantal uitkeringen ten opzichte van de beginstand 2020 (33.666) met 372 uitkeringen gestegen naar 34.038. De nieuwe trend is onmiskenbaar: het bijstandsvolume neemt snel toe.
De ontwikkeling van het bijstandsvolume wordt in grote mate bepaald door de mate waarin de coronamaatregelen van het kabinet worden versoepeld en daarmee van de diepte en de duur van de crisis op de economie en werkgelegenheid. In alle onzekerheid is het echter wel zeker dat het realiseren van de doelstelling van 30.000 uitkeringen niet meer haalbaar is. Uitgaand van CPB-scenario 3 wijzen onze berekeningen op een stijging van het bijstandsvolume naar 38.700 uitkeringen eind dit jaar. We zetten alles op alles om het ondanks de coronacrisis beter te blijven doen dan het landelijk gemiddelde. Daarom zullen we in de resterende tertalen van deze collegeperiode niet alleen de absolute aantallen uitkeringen presenteren, maar ook de vergelijking met het landelijk gemiddelde en de G4. Zie daarvoor de oplegger bij deze Eerste Herziening.
Wat willen we bereiken
Effect indicatoren
1.1 Minder Rotterdammers in de bijstand (zoveel mogelijk uitstroom naar betaald werk).
De gemeente Rotterdam wil dat zoveel mogelijk Rotterdammers die nu nog bijstand ontvangen profiteren van de groeiende en nieuwe werkgelegenheid. De gemeente zet mensen en middelen in ten bate van werk en arbeidsontwikkeling om de zelfredzaamheid van burgers te bevorderen en daarmee de afhankelijkheid van uitkeringen zo veel mogelijk te beperken. Werk en Inkomen wil dit voor elkaar krijgen door het beperken van de instroom, het vergroten van de uitstroom en het stimuleren van de doorstroom.
1.2 Deeltijd werken als opstap naar volledige uitstroom uit de bijstand
Op de huidige flexibele arbeidsmarkt krijgen werkzoekenden steeds vaker tijdelijke arbeidscontracten en deeltijdwerk aangeboden. Dit kan een goede opstap zijn naar werk met een inkomen boven bijstandsniveau. Het is belangrijk dat de drempel voor het aanvaarden van dit soort werk zo laag mogelijk is. Dit kan door te zorgen dat het aanvaarden van tijdelijk en parttime werken loont. Werkzoekenden mogen de eerste zes maanden een deel van hun inkomen uit arbeid houden, waardoor werkzoekenden er altijd op vooruit gaan als zij deeltijdwerk accepteren.
Als werkzoekenden op eigen kracht werk vinden, bestaat de kans dat zij, zonder enige bemiddeling vanuit de gemeente Rotterdam, nulurencontracten aanvaarden. Omdat wij nulurencontracten of kleine flex-contracten niet duurzaam achten, willen wij dit niet stimuleren. Als de gemeente afspraken maakt met werkgevers over een vorm van vergoeding of tegemoetkoming, moet hier fulltime uitstroom tegenover staan. Het uiteindelijke doel blijft om volledig onafhankelijk te worden van de bijstand. Deeltijdwerk is geen eindstation, tenzij dit voor de werkzoekende het maximaal haalbare is.
1.3 Minder werkloosheid op Zuid
Eind 2018 sloten gemeente Rotterdam en het Rijk de Regiodeal Rotterdam Zuid. Dit betekent dat in de jaren 2019 tot en met 2022 via het Nationaal Programma Rotterdam Zuid 260 miljoen euro extra geïnvesteerd wordt, met name in Wonen, School en Werk op Zuid. Voor de inzet op de pijler Werk is in totaal 48 miljoen euro gereserveerd. Hieraan is de ambitieuze doelstelling gekoppeld om een trendbreuk in de bijstandsontwikkeling op Zuid tot stand te brengen, van disproportioneel (circa 40,2% van de totale bijstandspopulatie) naar evenredig ten opzichte van de rest van Rotterdam in 2031 (31%), met als tussenwaarde 37,4% eind 2022. Hiervoor is het programma Samen voor Zuid ontwikkeld.
2.1 Wegnemen van belemmeringen
Als werkzoekenden (nog) niet in staat zijn om zelf werk te vinden, of nog niet kunnen voldoen aan de (vacature)eisen van werkgevers, dan kan de gemeente ze ondersteunen bij re-integratie naar werk. Die ondersteuning kan zich richten op het duurzaam ontwikkelen van kennis, vaardigheden en opleiding die nodig zijn om werk te vinden en te houden.
2.2 Speciale inzet kwetsbare doelgroepen
Onder de Participatiewet vallen verschillende doelgroepen, die elk hun eigen aanpak, begeleiding en perspectief hebben. Daarom wordt binnen de aanpak van de gemeente gedifferentieerd en kunnen verschillende instrumenten worden ingezet. Het uitgangspunt hierbij is dat er maatwerk wordt geboden aan individuele werkzoekende, maar binnen de participatiewet zijn ook specifieke groepen te onderscheiden. Voor elk van deze groepen wordt de aanpak gekozen die leidt tot de meeste kans op de arbeidsmarkt, door maatwerk te bieden en de talenten van elk individu te benutten.
2.3 Arbeidsontwikkeling gericht op de vraag vanuit de markt
We willen dat zoveel mogelijk werkzoekenden toegang hebben tot betaald werk op de (bij voorkeur reguliere) arbeidsmarkt. De vraag naar werk wordt bepaald door de stand van de economie, werkgevers, ondernemers en opdrachtgevers. Het WerkgeversServicepunt Rijnmond (WSPR) maakt afspraken met werkgevers en intermediairs over het ontsluiten van geschikte banen voor werkzoekenden. Het WSPR is een samenwerking tussen de gemeente Rotterdam, het UWV en 15 regiogemeenten.
3.1 Goede regionale samenwerking (onderwijs, overheid en werkgevers) ondersteunend aan een beter functionerende arbeidsmarkt
Om de forse uitdaging aan te gaan om te komen tot een bijstandsbestand van 30.000 Rotterdammers is meer en een gewijzigde inzet nodig van de gemeente. Maar ook inzet en commitment van partijen uit de stad. In het arbeidsmarktbeleid wordt ingezet op samenwerking tussen bedrijfsleven, onderwijs, UWV en gemeenten, om zo vraag en aanbod op de arbeidsmarkt zoveel als mogelijk op elkaar te laten aansluiten.
3.2 Verhogen participatiegraad van mensen uit het doelgroepregister
In Rotterdam wonen relatief veel inwoners met een kwetsbare arbeidsmarktpositie. Een deel van hen profiteert niet van de aantrekkende economie en groeiende werkgelegenheid. Vaak is een arbeidsbeperking hiervan een oorzaak en het niet of minder kunnen voldoen aan de eisen die werkgevers stellen op de reguliere arbeidsmarkt. Rotterdam wil ook deze mensen met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt passend werk en begeleiding kunnen bieden, zowel binnen als buiten de gemeentelijke organisatie. Als zij daarvoor kiezen, willen we deze mensen stimuleren te leren en zich te ontwikkelen en hen daarvoor de nodige begeleiding en ondersteuning bieden.
Wat gaan we daar voor doen
Prestatie indicatoren
1.1 a Preventie van instroom vóór en tijdens aanvraagfase.
Rotterdammers die (tijdelijk) niet kunnen voorzien in hun levensonderhoud kunnen voor ondersteuning terecht bij de gemeente. Om te voorkomen dat mensen vanuit de WW instromen in de bijstand, is WW@Work opgezet. Hierin worden Rotterdammers die aan het einde van hun WW-periode zitten, preventief benaderd en ondersteund vanuit de gemeente in hun zoektocht naar werk. Een ander preventie-instrument is BuroWerk. Met BuroWerk wordt gelijk bij de uitkeringsaanvraag gekeken of er een kans op werk is, waardoor mogelijk instroom in de uitkering voorkomen kan worden. Door de werkwijze van WW@Work en BuroWerk stromen jaarlijks zo'n 1.000 mensen minder in, doordat zij een baan vinden.
1.1 b Matchen, begeleiden naar werk
Om zoveel mogelijk Rotterdammers aan de slag te krijgen én te houden is een goede match met de veranderende vraag op de arbeidsmarkt essentieel. Dit kan de gemeente niet alleen. Om de regionale arbeidsmarkt toekomstbestendiger en inclusiever te maken, is samenwerking met onderwijs en bedrijfsleven noodzakelijk. Deze samenwerking krijgt onder anderen vorm en inhoud via de Rotterdamse Leerwerkakkoorden (LWA). Hiermee is het commitment aangegaan om gedurende een langere periode (6 jaar) via drie pijlers intensief samen te werken aan de nodige ingrepen om de regionale arbeidsmarkt toekomstbestendiger te maken:
- van school naar werk
- van werk naar werk
- (weer) aan het werk
1.2 Begeleiden naar deeltijdwerk
Op de huidige flexibele arbeidsmarkt krijgen werkzoekenden steeds vaker tijdelijke arbeidscontracten en deeltijdwerk aangeboden. Dit kan een goede opstap zijn naar werk met een inkomen boven bijstandsniveau. Het is belangrijk dat de drempel voor het aanvaarden van dit soort werk zo laag mogelijk is. Dit kan door te zorgen dat het aanvaarden van tijdelijk en parttime werken loont, maar ook door werkzoekenden goede dienstverlening te bieden over hoe hun inkomen verandert bij het aanvaarden van deeltijdwerk. Werkzoekenden mogen de eerste zes maanden een deel van hun inkomen uit arbeid houden, waardoor werkzoekenden er altijd op vooruit gaan als zij deeltijdwerk accepteren.
Als werkzoekenden op eigen kracht werk vinden, bestaat de kans dat zij, zonder enige bemiddeling vanuit de gemeente Rotterdam, nulurencontracten aanvaarden. Omdat wij nulurencontracten of kleine flex-contracten niet duurzaam achten, willen wij dit niet stimuleren. Als de gemeente afspraken maakt met werkgevers over een vorm van vergoeding of tegemoetkoming, moet hier fulltime uitstroom tegenover staan. Het uiteindelijke doel blijft om volledig onafhankelijk te worden van de bijstand. Deeltijdwerk is geen eindstation, tenzij dit voor de werkzoekende het maximaal haalbare is.
1.3 Aanpak werk op Zuid
De ambitie is om een trendbreuk in de bijstandsontwikkeling op Zuid tot stand te brengen. Van disproportioneel (circa 40,2% van de totale bijstandspopulatie) naar evenredig ten opzichte van de rest van Rotterdam in 2031 (31%), met als tussenwaarde 37,4% eind 2022. Hiervoor is het programma Samen voor Zuid ontwikkeld. Rode draad in dit programma is aandacht voor de situatie van de werkzoekende en het bieden van maatwerk. Met extra financiële middelen worden onder andere extra werkconsulenten aangetrokken, zodat aan werkzoekenden meer en structureler aandacht gegeven kan worden. Ook zijn faciliteiten voorhanden die nodig zijn om mensen in staat te stellen aan het werk te gaan, of het nu gaat om jobcoaching, kinderopvang of het leren van de Nederlandse taal. Indien nodig behoort ook de inzet van schulddienstverlening en zorg (via de wijkteams) tot de mogelijkheden. Vanuit de teams van W&I zal ook met één contactpersoon en met zo min mogelijk overdrachtsmomenten worden gewerkt.
2.1 a De werkzoekende centraal
Een passende bejegening is essentieel in de dienstverlening die we de Rotterdammer willen bieden. In de afgelopen jaren waren regel- en systeemgestuurd werken leidend in het gemeentelijke contact met de Rotterdammer. Hierdoor ontstond voor de professional weinig ruimte om maatwerk te leveren en in te gaan op mogelijke andere problemen in het leven van de Rotterdammer, die de zoektocht naar werk in de weg stonden. Van regel- en systeem-gestuurd werken gaat de gemeente deze collegeperiode naar doel- en mensgestuurd werken. Dit betekent dat gemeente Rotterdam in haar communicatie een nette, vriendelijke en respectvolle toon aanslaat. Hierbij krijgen professionals in de uitvoering de ruimte om degene aan de andere kant van de tafel te leren kennen, te zien welke problematiek er heerst, te achterhalen wat iemand kan en wil en wat ervoor nodig is om dit te realiseren.
2.1 b Meer maatwerk
Als we de werkzoekenden met een grote afstand tot de arbeidsmarkt op een realistische manier willen begeleiden naar werk, moeten we weten wat het perspectief van die Rotterdammer is op werk en ontwikkeling (naar werk). Hiervoor zullen we werkzoekenden beter moeten kennen. Het beter in beeld hebben van dit perspectief past ook bij de wens van dit college om meer maatwerk en passende dienstverlening te bieden. Daarom wordt 2019 gestart met het op een nieuwe manier bepalen van dit ontwikkelingsperspectief. Door gebruik te maken van interactieve testen en vragen, wordt voor de werkzoekende stap voor stap zichtbaar wat het meest passende uitstroomperspectief is op basis van vijf werkprofielen: verkoper, vervoerder, helper, aanpakker en maker. Dit inzicht maakt het ook makkelijk om binnen dit specifieke uitstroomprofiel de meest passende vacatures te vinden. Op basis van het profiel van de werkzoekende kan zo vastgesteld worden wat de belangrijke nog te ontwikkelen kwaliteiten en vaardigheden zijn. Hierbij wordt ook gekeken naar de motivatie en soft skills van de werkzoekende en naar zaken als aanwezigheid van bijvoorbeeld schulden of noodzaak voor kinderopvang.
2.1 c Inzetten op taaleis
Het verband tussen taal en werk is onomstreden. Mensen met een taalachterstand hebben meer moeite om een baan te vinden en lopen een grotere kans om die baan te verliezen. We willen niet dat werkzoekenden aan de kant staan doordat zij de Nederlandse taal niet of beperkt beheersen. We zoeken daarom aansluiting bij het beleidskader Taal 2019-2022. Door uitvoering te blijven geven aan de Wet taaleis en door taaltrainingen aan te bieden die zo goed mogelijk aansluiten bij het niveau van de werkzoekende, maar ook door meer in te zetten op trajecten waarbij werken en het leren van (vak)taal samengaan.
2.2 Aanpak jongeren
Het aantal werkzoekende jongeren (<27 jaar) met een bijstandsuitkering is in de afgelopen periode flink gedaald. Tegelijkertijd ligt er ook nu nog een forse uitdaging om het aantal jongeren met een bijstandsuitkering verder terug te dringen. Het college heeft de ambitie dat in 2022 nog 2.080 jongeren een bijstandsuitkering ontvangen. De realisatie van deze ambitie gebeurt langs twee sporen: enerzijds maakt het Jongerenloket de omslag naar intensievere dienstverlening en meer maatwerk voor jongeren. Hier hoort ook het werken met intakespecialisten en een uitgebreide intake bij, volgens de methodiek van de brede uitvraag, om zo de hulpvraag van de jongeren goed in beeld te brengen en uitval te beperken. Anderzijds draagt het Leerwerkakkoord bij aan het realiseren van de ambitie. Met het LWA wordt beoogd zoveel mogelijk mensen duurzaam aan het werk te helpen, of van werk naar werk te begeleiden. In het kader van het LWA is afgesproken dat de doelgroep jongeren een vaste plek krijgt in elk sectorakkoord. Daarnaast is preventie belangrijk. Jaarlijks komen in Rotterdam duizenden jongeren van school af. De meeste jongeren stromen door naar een vervolgopleiding of naar werk. Toch komen ieder jaar ook zo’n 650 jonge schoolverlaters via het Jongerenloket in een uitkering terecht. Dit moet anders. Naast het toepassen van maatwerk gericht op zelfredzaamheid en duurzame uitstroom, gaan we de komende jaren ook versterkt werken aan preventiemaatregelen voor het instromen in de bijstand.
3.1 a Transparantie binnen de arbeidsmarkt verhogen
De werkgeversdienstverlening ondersteunt deze doelstellingen. Een strategische arbeidsmarktanalyse onderbouwt, met advies aan bestuurders, management en uitvoering, waar accenten gelegd moeten worden. Door vroegtijdige betrokkenheid van werkgevers, is deze aanpak arbeidsmarktgericht, ook voor werkzoekenden met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt. Met instrumenten, zoals scholing, jobcoaching, jobcarving, proefplaatsing, detacheringen, bouwen we een brug naar
werk. Begeleiding en (door)scholing maken dat ze niet alleen werkfit (jobready) maar ook duurzaam werkend (jobsteady) worden.
3.1 b SROI verplichtingen opbouwen en invullen (aansluiten bij gebiedsontwikkelingen, stedelijke investeringen, transities)
Social return maakt een belangrijk onderdeel uit van het programma Maatschappelijk Verantwoord Inkopen (MVI) van Rotterdam. Met het instrument social return stimuleert Rotterdam via de eigen inkoopopdrachten werkgevers (opdrachtnemers) om bij te dragen aan de arbeidsparticipatie van kwetsbare werkzoekenden op de arbeidsmarkt. Dit kan door het aanbieden van betaald werk, stageplaatsen, orders voor SW-bedrijven of het uitvoeren van een maatschappelijke activiteit.
3.1 c Investeren in de (digitale) dienstverlening aan werkgevers (acquisitie, dealmaking)
De uitdaging voor de gemeente is om werkzoekenden en werkgevers met slimme ICT te begeleiden. Deze collegeperiode is gestart met ‘HalloWerk’. Dit platform biedt werkzoekenden de mogelijkheid online een uitgebreid profiel aan te maken en geeft werkgevers de optie om op basis hiervan direct kandidaten te benaderen voor openstaande vacatures. Op HalloWerk worden kandidaten niet geselecteerd op basis van hun opleiding en ervaring, maar juist op basis van hun talent, motivatie en bijvoorbeeld hun hobby’s. Tegelijk biedt HalloWerk aan werkgevers de mogelijkheid om vacatures aan te bieden waarvoor zij personeel zoeken. Via HalloWerk kunnen werkzoekenden vervolgens zelf ook contact opnemen met de betreffende werkgever. HalloWerk is hiermee een toevoeging op onze dienstverlening en biedt ruimte voor rechtstreeks contact tussen werkgever en werkzoekenden zonder tussenkomst van de gemeente.
Effectindicatoren | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Collegetarget: Minder Rotterdammers in de bijstand: in deze collegeperiode daalt het aantal bijstandsuitkeringen in Rotterdam naar 30.000 | Streefwaarde | 36.000 | 33.700 | 32.000 | 30.000 | ||
Realisatie | 35.292 | 33.666 | 34.038* | ||||
1.2 NPRZ (aandeel) in de bijstand (%) | Streefwaarde | 38,9% | 38,4% | 37,9% | 37,4% | ||
Realisatie | 40,3% | 40,1% | 40,1% | ||||
2.2 Jongeren in de bijstand (incl. statushouders) | Streefwaarde | 2.250 | 2.200 | 2.200 | 2.080 | ||
Realisatie | 2.235 | 2.037 | 2.229 | ||||
De genoemde realisatie cijfers over 2020 zijn cijfers t/m eerste tertaal 2020, tenzij anders aangegeven. * = In dit cijfer is een correctie op de uitkeringenadministratie (Socrates) verwerkt van 189 uitkeringen die op dit moment abusievelijk staan geregistreerd als BBZ-uitkering, maar eigenlijk onder de TOZO regeling vallen. |
Prestatie-indicatoren | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
1.1 Instroom in de bijstand (aantal) | Streefwaarde | 7.800 | 7.600 | 7.050 | 6.550 | ||
Realisatie | 7.186 | 6.929 | 2.921 | ||||
1.2 Uitstroom naar werk (aantal) | Streefwaarde | 4.500 | 4.500 | 4.500 | 4.500 | ||
Realisatie | 4.506 | 4.433 | 1.049 | ||||
1.3 Parttime werk (€ mln) | Streefwaarde | 13,5 | 14,5 | 16,5 | 16,5 | ||
Realisatie | 12,2 | 13,6 | 5,7 | ||||
1.4 Uitstroom Jongeren (aantal) | Streefwaarde | 1.150 | 1.150 | 1.150 | 1.150 | ||
Realisatie | 1.553 | 1.350 | 298 | ||||
1.5 Uitstroom naar werk in Rotterdam Zuid (NPRZ) | Streefwaarde | 2.100 | 2.200 | 2.200 | 2.200 | ||
Realisatie | 1.909 | 1.854 | 456 |
|
|||
De genoemde realisatie cijfers over 2020 zijn cijfers t/m eerste tertaal 2020, tenzij anders aangegeven. |
Toelichting prestatie-indicatoren
De doelstelling van de indicator ‘parttime werk’ is verhoogd van € 14,5 mln naar € 16,5 mln in 2020 als gevolg van een aanpassing in de meetmethode. Hierdoor ontstaat er een vollediger beeld van de daadwerkelijke inkomsten uit parttime werk. De inhoudelijke ambitie en bijbehorende inspanning zijn ongewijzigd.
Overzicht van baten en lasten Arbeidsparticipatie - Werk | Realisatie 2019 | Begroting 2020 | Begroting 2021 | Raming 2022 | Raming 2023 | Raming 2024 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Baten exclusief reserves | 7.197 | 6.140 | 350 | 350 | 350 | 350 |
|
Bijdragen rijk en medeoverheden | 6.880 | 5.790 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Overige opbrengsten derden | 317 | 350 | 350 | 350 | 350 | 350 | |
Overige baten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Lasten exclusief reserves | 63.412 | 57.160 | 48.746 | 48.434 | 43.129 | 43.129 |
|
Apparaatslasten | 45.363 | 41.147 | 39.155 | 39.153 | 32.549 | 32.549 | |
Inhuur | 20.957 | 16.178 | 15.732 | 16.042 | 8.792 | 0 | |
Overige apparaatslasten | 965 | 1.381 | 1.337 | 1.337 | 1.778 | 0 | |
Personeel | 23.442 | 23.588 | 22.086 | 21.773 | 21.979 | 0 | |
Intern resultaat | 2.239 | 1.348 | 974 | 974 | 974 | 974 | |
Intern resultaat | 2.239 | 1.348 | 974 | 974 | 974 | 0 | |
Programmalasten | 15.809 | 14.665 | 8.618 | 8.308 | 9.607 | 9.607 | |
Inkopen en uitbestede werkzaamheden | 14.809 | 14.053 | 8.046 | 7.737 | 9.036 | 0 | |
Overige programmalasten | 195 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Salariskosten WSW en WIW | -1 | 0 | -10 | -12 | -12 | 0 | |
Sociale uitkeringen | 613 | 612 | 582 | 582 | 582 | 0 | |
Subsidies en inkomensoverdrachten | 193 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Saldo voor vpb en reserveringen | -56.215 | -51.020 | -48.396 | -48.084 | -42.779 | -42.779 | |
Saldo voor reserveringen | -56.215 | -51.020 | -48.396 | -48.084 | -42.779 | -42.779 | |
Reserves | 1.184 | 300 | -1.300 | 4.000 | 0 | 0 |
|
Onttrekking reserves | 1.184 | 300 | 4.000 | 4.000 | 0 | 0 | |
Toevoeging reserves | 0 | 0 | 5.300 | 0 | 0 | 0 | |
Saldo | -55.031 | -50.720 | -49.696 | -44.084 | -42.779 | -42.779 |
Financiële bijstellingen
Bijstellingen Arbeidsparticipatie - Werk | Begroting 2020 | |
---|---|---|
Oorspronkelijke begroting 2020 | -51.739 | |
Bijstellingen Eerste Herziening 2020 | 1.018 | |
Extra inkomensconsulenten vanwege groei bijstandsvolume in 2020 | Ramingsbijstellingen onvermijdelijk | -197 |
Onderbesteding ICT 2019 | Ramingsbijstellingen onvermijdelijk | -83 |
Opvangen tijdelijke dip Europees Sociaal Fonds | Ramingsbijstellingen onvermijdelijk | -3.159 |
Regio Deal Rotterdam Zuid | Taakmutaties | 6.700 |
Technische wijzigingen | Technische wijzigingen | -2.242 |
Begroting na wijzigingen | -50.720 |
Toelichting financiële bijstellingen
Extra inkomensconsulenten vanwege groei bijstandsvolume in 2020
De uitbraak van de coronapandemie en de daarop volgende contactbeperkende maatregelen hebben geleid tot een trendbreuk in het aantal bijstandsuitkeringen. Waar de personele capaciteit voor dit jaar was ingericht op een verdere daling naar 32.000 uitkeringen eind 2020, is het aantal bijstandsuitkeringen sinds medio maart snel gaan stijgen. Op basis van de huidige inzichten gaan we uit van een stijging naar 38.700 uitkeringen eind dit jaar. Voor het bieden van inkomenszekerheid aan deze nieuwe werkzoekenden is extra personeel nodig. Omdat de diepte en duur van deze crisis nog zeer onzeker is, zal hiervoor veelal extern worden ingehuurd. Gebruikmakend van de Berenschotnormering, bedragen de extra arbeidskosten voor dit taakveld € 197.
Onderbesteding ICT 2019
Door de herijking van de marktstrategie op de ICT dienstverlening voor het domein Werk en Inkomen is de vervanging van de applicatie Socrates in 2019 niet uit de startblokken gekomen bij Wigo4it. Ditzelfde geldt voor een aantal innovatieve ontwikkelingen welke vorig jaar zijn gepauzeerd. De resulterende onderbesteding is vrijgevallen in het algemeen beeld, maar is nu noodzakelijk in 2020 en 2021 om weer voldoende snelheid te kunnen maken op de vernieuwing van de ICT van Werk en Inkomen. Dit betreft het ophogen van uitbesteed werk en loonkosten.
Opvangen tijdelijke dip Europees Sociaal Fonds
De begeleiding van werkzoekenden naar betaald werk is de afgelopen jaren mede bekostigd via een meerjarige subsidie voor de arbeidsmarktregio vanuit het Europees Sociaal Fonds (ESF). De afgelopen tranche was eerder uitgenut dan verwacht, en een nieuwe subsidie komt pas beschikbaar als er een nieuwe EU-begroting is. De verwachting is dat de baten vanuit deze nieuwe ESF-subsidie vanaf het tweede halfjaar 2021 beschikbaar komen, echter wel op een lager niveau dan de vorige EU-begrotingsronde. Mede gezien de corona-gerelateerde groei van het aantal werkzoekenden wordt voorgesteld om deze dip in financiering vanuit het Europees Sociaal Fonds tijdelijk te compenseren zodat ons uitvoeringsapparaat op peil kan worden gehouden.
Regio Deal Rotterdam Zuid
De regio deal zou in eerste instantie uitbetaald worden via het Gemeentefonds. Dit zou echter bij het Rijk tot een onrechtmatigheid leiden. Daarom wordt vanaf 2019 de regio deal NPRZ een beschikking die gebaseerd is op een Algemene Kaderwet EZK- en LNV-subsidies. De baten die op taakveld ‘Algemene uitkeringen en overige uitkeringen Gemeentefonds’ waren begroot worden nu op de taakvelden gezet waarop ook de lasten staan. De begrote toevoeging en onttrekking aan de reserve worden teruggedraaid. Rijksmiddelen die overblijven worden op de overlopende passiva op de balans geplaatst (en baten verlaagd).
Technische wijzigingen
Binnen het taakveld Arbeidsparticipatie – Werk zijn er diverse technische wijzigingen geweest. Direct achter de technische wijziging is het effect op het saldo weergegeven. De grootste wijzigingen zijn: de herverdeling van de budgetten omtrent de Digitaliseringsagenda (- € 560), uitwerking capaciteitsinzet programma Werk en Inkomen (- € 1,2 mln), bijdrage vanuit het programma Onderwijs in het kader van Rotterdammers klaar voor de baan van morgen (- € 600), interne doorbelasting van de materiële kosten van het traineeprogramma op basis van een inventarisatie naar de behoefte aan inzet van trainees (€ 82) en diverse kleine technische wijzigingen (€ 36).
Beleidskaders, beleidsmonitoren en wet- en regelgeving
Omschrijving taakveld
Ondanks de resultaten van de afgelopen periode is Rotterdam nog steeds de stad met de hoogste bijstandsdichtheid van Nederland. De afgelopen jaren heeft ‘de kortste weg naar werk’ centraal gestaan. Hierdoor bestaat het bestand nu uit vaak relatief oudere en laagopgeleide werkzoekenden die al langere tijd een uitkering ontvangen. Om ook deze groep te activeren en aan het werk te krijgen is een andere aanpak nodig, waarbij meer wordt ingezet op het ontwikkelen van arbeidspotentie. Het uiteindelijke doel is dat zoveel mogelijk Rotterdammers mee kunnen doen in en bijdragen aan de stad.
Tot het taakveld Arbeidsparticipatie behoren de volgende op arbeid gerichte participatie- en re-integratievoorzieningen:
- re-integratie-instrumenten, waaronder WerkLoont, proefplaatsing, participatieplaatsen, vrijwilligerswerk/ sociale activering, detacheringsbanen, scholing, duale trajecten
- stimuleringsmaatregelen, waaronder Inkomensvrijlating, stimuleringspremies, vrijlating onkostenvergoeding vrijwilligerswerk, onkostenvergoedingen
- voorzieningen, waaronder Jobcoach, begeleiding werkvoorzieningen zoals: werkplekaanpassingen, vervoersvoorzieningen, doventolk, brailleregels, aangepaste rolstoel etc.
- loonwaardebepaling en loonkostensubsidie
- onderhouden van contacten met werkgevers en brancheorganisaties