Onderwijsbeleid en leerlingzaken

Beleidskaders, -monitors en wetgeving

Bevorderen van kansengelijkheid in het onderwijs.

Het stimuleren van een passend, toegankelijk, gedifferentieerd en kwalitatief hoogwaardig onderwijsaanbod in de hele stad.

Voldoende goede leraren, pedagogisch medewerkers, schoolleiders en instructeurs.

Het verminderen van schooluitval.

Voortgang 2020

Op 31 januari 2019 is het Rotterdamse onderwijsbeleid “Gelijke kansen voor elk talent” vastgesteld. Inmiddels is dit in uitvoering. In de bijbehorende subsidieregeling is onder andere aandacht voor het verkleinen van kwaliteitsverschillen tussen scholen, burgerschap en leraren.

De coronacrisis heeft grote gevolgen voor de scholen in Rotterdam. Scholen moesten de deuren sluiten en razendsnel omschakelen naar het digitaal lesgeven en het beschikbaar hebben van voldoende leermiddelen. Langzaamaan gaan scholen weer (gedeeltelijk) open, met als eerste het basisonderwijs en vanaf 1 juni het voortgezet onderwijs.

Bij de start van de intelligente lockdown heeft de gemeente:

  • de regie gevoerd op de noodopvang van kinderen van ouders met cruciale beroepen en van kwetsbare kinderen door scholen en door kinderopvangorganisaties en dat veel inzet is gedaan op het organiseren van noodopvang door
  • de 24-uursopvang gecoördineerd
  • het initiatief genomen ca 5000 laptops uit te delen aan kinderen tbv het afstandsonderwijs

De coronacrisis heeft het belang van het onderwijsprogramma ‘’Gelijke kansen voor elk talent’ onderstreept. De mate van onderwijsachterstanden en of de targets worden behaald is hierdoor lastig in te schatten. Dit hangt onder andere af van de opgelopen achterstand, de periode dat onderwijsinstellingen en kinderopvanglocaties gesloten zijn en de kwaliteit van het afstandsonderwijs. Het is nu nog meer van belang dat we extra investeren in het bereik van onder andere de doelgroeppeuters met de voorschoolse educatie en de beroepsbegeleidende leerweg (bbl) in het mbo om deze targets te behalen.

Tenslotte is uitwerking van een zomercampus om leerachterstanden weg te werken in volle gang.

 

Overgangsmomenten in het onderwijs

Om de overgangsmomenten in het onderwijs te verbeteren en kinderen in hun schoolloopbaan vooruit te helpen wordt het actieplan ‘Overgangen in het Rotterdams onderwijs’ uitgevoerd. Onderstaand de voortgang per overgangsmoment:

  • Overgang vve-po: de gemeente heeft afspraken gemaakt met de besturen om de kwaliteit van de doorgaande leerlijn tussen voor- en vroegschool te verbeteren. De ambitie is dat Rotterdamse doelgroepkinderen zonder (of met een zo’n klein mogelijke) achterstand in groep 3 starten. 
  • Overgang po-vo: Bij de overgang van het basisonderwijs naar voortgezet onderwijs is een schooladvies van belang voor de verdere schoolloopbaan van een kind. Een onderzoek naar de over- en onderadvisering is uitgevoerd en gereed. De uitkomsten van het onderzoek worden in het tweede kwartaal van 2020 aangeboden.
  • Overgang vo-mbo-ho: In de position paper ‘kansrijke schoolloopbanen’ staan de ambities voor succesvolle en kansrijke routes tussen vo, mbo en ho beschreven. Met het scholenveld worden nu afspraken gemaakt over de uitwerking van de ambities uit de position paper.
  • Overgang mbo-hbo: De schoolbesturen inventariseren de knelpunten in de overgang tussen mbo en ho bij vier sectoren (zorg, creatieve studies, techniek en IT, juridisch economisch) om tot een aanpak te komen. Voor de domeinen zorg en techniek en IT zijn bestaande samenwerkingsverbanden reeds gestart met de uitvoering.

 

Kwaliteit en toegankelijkheid

  • Het aantal scholen in Rotterdam dat in 2020 een risico loopt op het gebied van onderwijsprestaties lijkt gelijk te blijven aan het aantal in 2019. Gezien de aanscherping van het inspectiekader is dit een relatief positieve ontwikkeling. Voor het verbeteren van de schoolprestaties en het verkleinen van de schoolverschillen worden jaarlijks afspraken gemaakt met scholen die een risico lopen op een verminderde schoolprestatie. Hierbij wordt rekening gehouden met de mogelijke achterstanden die leerlingen hebben opgelopen.
  • Om het bereik van de voorschool te vergroten is onder andere de subsidieregeling ‘Voorschoolse Educatie 2020’ aangepast voor peuters die opgroeien in gezinnen met schulden. Zij kunnen sinds 2020 kosteloos gebruik maken van de voorschool. De subsidieregeling wordt onder de aandacht gebracht bij deze doelgroep. Dit doen we onder andere door samen te werken met medewerkers schuldsanering, schuldhulpverlening en bijstandsuitkeringen. Voor peuters met een indicatie die nog niet zijn bereikt starten we een gerichte informatiecampagne.

Aansluiting onderwijs en jeugdhulp
  • Samen met samenwerkingsverbanden Primair Passend Onderwijs Rotterdam (PPO) en het samenwerkingsverband Koers VO is een actieplan gemaakt voor (hoog)begaafde leerlingen. PPO is gestart met een extra groep voor hoogbegaafde kinderen met leer- en/of gedragsproblemen in het primair onderwijs en het Koers VO met lesplekken op twee scholen voor voortgezet onderwijs. Het samenwerkingsverband heeft maatregelen getroffen voor het eerder signaleren van begaafdheid, scholing van leerkrachten en kennisdeling over begaafdheid.
  • Vooruitlopend op landelijke ontwikkelingen heeft Rotterdam het leerrecht van elk kind centraal gezet. Ook voor kinderen met een leerplichtontheffing op basis van fysieke of psychische gronden. Vanaf schooljaar 2016-2017 is een toename van het aantal vrijstellingen van onderwijs te zien. Een eerste analyse is uitgevoerd en maatregelen worden uitgewerkt en geïmplementeerd.

 

Leraren

Het lerarentekort en de personeelstekorten in de kinderopvang nemen snel toe. De aanpak ‘Leraren’ is geïntensiveerd; er is een noodplan ontwikkeld samen met besturen, gemeente, opleidingen en partners in de G4. De gemeentelijke aanpak leraren zet in vanuit 4 actielijnen:

  • De actielijn verhogen instroom zet in op de toename van het aantal zij-instromers. Voor schooljaar 2019-2020 zijn 176 zij-instromers gestart, 79 meer dan vorig schooljaar. Ook investeren we in het opleiden van onderwijsassistenten tot leerkrachten. Hiervoor zijn 100 scholingstrajecten beschikbaar gesteld. Daarnaast is het project ‘Leraarvanbuiten.nl’ gestart voor zij-instroom in het vo en mbo.
  • De actielijn beperken uitstroom zet in op werkdrukvermindering en begeleiding voor startende docenten. Schoolbesturen ontvangen subsidie voor plannen die ze hiervoor hebben ingediend. Daarnaast zijn er afspraken gemaakt met corporaties om leraren voorrang te geven op het gebied van huisvesting.
  • In het kader van professionalisering zijn meer middelen beschikbaar gesteld voor lerarenbeurzen. 
  • In het kader van anders organiseren en innoveren is gestart met nieuwe opleidingsvormen. Voorbeelden hiervan zijn een opleiding voor onderwijsassistenten met leerwerkomgeving, een modulair georiënteerde pabo-opleiding en aangepaste zij-instroom trajecten in het voortgezet onderwijs. Door de coronacrisis heeft het afstandsonderwijs een snelle ontwikkeling doorgemaakt. Met het scholenveld wordt onderzocht welke goede voorbeelden behouden kunnen worden, als medeoplossing voor het lerarentekort.
 

Burgerschap

Schoolbesturen hebben de de position paper ‘School als oefenplaats’ omarmd als burgerschapskader voor het Rotterdams onderwijs. De gemeente heeft de afgelopen periode gesprekken gevoerd met docenten en leerlingen over wat zij nodig hebben om tot de gewenste school als veilige oefenplaats te komen. Daarnaast verstrekken we subsidies voor kleinschalige burgerschapsinitiatieven en deskundigheidsbevordering van leraren en onderwijsprofessionals.
 

Onderwijs naar arbeidsmarkt

  • Om loopbaanoriëntatie en -begeleiding (LOB) te versterken in het onderwijs is subsidie verstrekt aan scholen die extra investeren in de doorontwikkeling van LOB. Ook heeft de gemeente in samenwerking met docenten een online tool ontwikkeld om jongeren meer inzicht te geven in de leerroutes naar kansrijke arbeidsmarktsectoren. Daarnaast worden succesvolle interventies uit het BRIDGE-programma stedelijk aangeboden en wordt er geëxperimenteerd met een aantal buitenschoolse activiteiten.
  • Via het Leerwerkloket wordt met de mbo-instellingen het benutten van de beroepsbegeleide leerweg  (bbl) gestimuleerd. De bbl-infomarkt van februari 2020 was met ruim 1.100 bezoekers en 100 bedrijven en opleiders zeer succesvol. De Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs-Bedrijfsleven voert een actieplan uit ter behoud van de stageplaatsen en leerbanen wegens corona.
  • Het arbeidsmarkt dashboard ‘RijnmondInZicht’ is operationeel. Het dashboard wordt benut om de gegevens van het onderwijs op te nemen en te relateren aan de vraag op de arbeidsmarkt en de doorstroming naar een hoger niveau.
  • De gemeente ondersteunt de IT-campus. Hier werken onderwijs en bedrijfsleven samen om meer en beter IT-personeel op te leiden door in te zetten op onder meer het opleiden van ‘hybride docenten’ (docenten vanuit het bedrijfsleven)en het opzetten van nieuwe minors en Associate Degrees.
  • In 2019 is er gestart met digitale geletterdheid met programmeerlessen en ook met buitenschoolse programmeerlessen. Daarnaast is in 2020 gestart met een innovatietraject, waarbinnen schoolleiders van 16 scholen (po/vo) samen met hun teams een plan van aanpak voor digitalisering opstellen.  
  • Met de Leerwerkakkoorden, zoals bijvoorbeeld de Top academies en de inzet van jongerencoaches in de wijk en op de scholen, geven we invulling aan de collegedoelstelling "geen jongere van school zonder baan".

 

Talentontwikkeling

In september 2019 zijn alle scholen, plus één school daarbuiten, binnen de Children’s Zone gestart met Dagprogrammering. Van deze 30 scholen zijn er 25 gestart met 10 uur Dagprogrammering. In het komende tweede schooljaar (2020-2021) zullen alle scholen invulling geven aan 10 uur Dagprogrammering. In deze uren worden extra activiteiten aangebodenop het gebied van; taal, rekenen, sociaal emotionele ontwikkeling, loopbaanoriëntatie, sport, kunst, cultuur en natuur.


Veiligheid

Op verzoek van de gemeenteraad is in samenspraak met het onderwijsveld een actieplan Veiligheid in en om het onderwijs opgesteld. Het actieplan beoogt de sociale veiligheid in het voortgezet onderwijs en mbo te verstevigen. Verschillende maatregelen uit het actieplan zijn al in werking getreden zoals:

  • Het voortgezet onderwijs en het mbo maakt gebruik van de mogelijkheid om een gezamenlijke subsidie aan te vragen die beoogt de sociale veiligheid te verstevigen. Onderzocht wordt hoe de meldings- en aangiftebereidheid van een incident kan worden vergroot.
  • Een samenwerking is gestart tussen het onderwijs en het Zorg- en Veiligheidshuis Rotterdam Rijnmond: zodra een jongere betrokken is geweest bij een steekincident wordt de school nu geinformeerd en uitgenodigd voor een maatgerichte aanpak.

 

Voortijdig schoolverlaters (vsv)

Bij de aanpak voortijdig schoolverlaters worden de leerlingen van pro en vso scholen gemonitord en is er samenwerking met partijen uit het domein arbeid en multidisciplinair werken. De regiopartners monitoren gezamenlijk het gebruik van het regionale verzuimprotocol voor het mbo. Met de nieuwe aanpak vsv is een start gemaakt.
 
Leerlingenvervoer
In het leerlingenvervoer is de afgelopen jaren een groei geconstateerd. Er is een toename van het aantal afgegeven indicaties en stijging van duurdere vormen van vervoer. De groep leerlingen die gebruikt maakt van het leerlingenvervoer is gestegen en meer leerlingen dan voorheen worden individueel vervoerd of  in kleinere groepen dan een aantal jaren geleden. Op dit moment wordt onderzocht wat de redenen zijn voor de stijging van het aantal leerlingen dat gebruik maakt van het vervoer en de redenen dat het vervoer kleinschaliger is geworden. Tevens worden er maatregelen genomen om de (budgettaire) groei terug te dringen en de zelfredzaamheid van leerlingen te bevorderen.

Wat willen we bereiken

Effect indicatoren

Wat gaan we daar voor doen

Prestatie indicatoren
Effectindicatoren 

2018

(peildatum)

2019

(peildatum)

2020

(Peildatum)

2021

(peildatum)

2022

(Peildatum)

Collegetarget 6: Meer kinderen/jongeren bereiken een hoger onderwijsniveau            
Doelgroep peuters Streefwaarde 89,0% 89,0% 89,0% 89,0%  
Realisatie 80,0%(**)        
Referentie taal Streefwaarde 55,3% 55,8% 56,3% 56,9%  
Realisatie 58,0%(*)         
Referentie lezen Streefwaarde 62,4% 63,9% 65,4% 67,4%  
Realisatie 67,3%(*)        
Referentie rekenen Streefwaarde 35,5% 36,2% 37% 37,8%  
Realisatie 35,5%(*)        
Derde leerjaar VO Streefwaarde 78% 78% 79% 80%  
Realisatie 77%(**)        
Beroepsbegeleidende leerweg (bbl) Streefwaarde 14,0% 15,5% 17,0% 18,0%  
Realisatie 15,9%(**)        
Aantal jongeren/kinderen dat langer dan 3 maanden thuiszit zonder passend aanbod van onderwijs- en/of zorg Streefwaarde N.v.t. 110

55

28 14
Realisatie N.v.t. 280      
NPRZ Onderwijsbeleid: Een hogere gemiddelde score op de Centrale Eindtoets Streefwaarde - - - - 531,9 (2021-2022)
Realisatie N.v.t. N.v.t. N.v.t.    
Prestatie-indicatoren 201820192020202120222023
Actie leerplichtambtenaar op ongeoorloofd verzuimmelding po en vo Streefwaarde 100% 100% 100% 100% 100% 100%
Realisatie 100% 100%        
Actie leerplichtambtenaar op ongeoorloofd verzuimmelding mbo Streefwaarde 100% 100% 100% 100% 100% 100%
Realisatie 100% 100%        
Alle Rotterdamse vsv-ers zijn in beeld en we werken met hen aan een passende vervolgstap. Streefwaarde 100% 100% 100% 100% 100% 1005
Realisatie 100% 100%        

Toelichting indicatoren

De resultaten die in het verleden zijn behaald bij het verhogen van de Rotterdamse onderwijsprestaties geven aan dat we op de goede weg zijn. We weten ook uit tal van onderzoeksrapporten dat het opleidingsniveau in belangrijke mate van invloed is op de toekomstige gezondheid, kansen op werk en andere maatschappelijke situaties waarin mensen verkeren. We streven naar een passend onderwijsniveau voor alle kinderen. Rotterdam heeft de afgelopen jaren een inhaalslag gemaakt, maar we zijn nog niet klaar. Het gemiddelde opleidingsniveau van Rotterdamse leerlingen loopt nog niet in de pas met het niveau in de G4 en/of de rest van Nederland.

De coronacrisis heeft het belang van het onderwijsprogramma ‘’Gelijke kansen voor elk talent’ onderstreept. De mate van onderwijsachterstanden en of de targets worden behaald is hierdoor lastig in te schatten. Dit hangt onder andere af van de opgelopen achterstand, de periode dat onderwijsinstellingen en kinderopvanglocaties gesloten zijn en de kwaliteit van het afstandsonderwijs. Het is nu nog meer van belang dat we extra investeren in het bereik van onder andere de doelgroeppeuters met de voorschoolse educatie en de beroepsbegeleidende leerweg (bbl) in het mbo om deze targets te behalen.

 

Onderstaand de voortgang op de collegetargets:

Meer kinderen/jongeren bereiken een hoger onderwijsniveau
Hieronder vallen vier meetbare subtargets voor de verschillende sectoren van de onderwijsportefeuille:

1. Het percentage 3-jarige doelgroeppeuters dat gebruik maakt van het extra aanbod ‘spelen en leren’ blijft minimaal gelijk.

Het extra aanbod spelen en leren is het wettelijk verplichte aanbod voorschoolse educatie aan peuters met het risico op een taalachterstand (zogenaamde doelgroeppeuters). Het beeld is dat we in aantal meer doelgroeppeuters bereiken en in sommige gebieden bereiken we (bijna) 89% van de driejarige doelgroeppeuters. De doelgroep nam echter ook toe, waardoor het bereik percentage daalt. De conclusie is dat er meer inspanningen nodig zijn om meer doelgroeppeuters te bereiken en een bereik van 89% bij 3-jarige doelgroepeuters te halen. Daarbij leidt een recessie door de corona-crisis tot meer armoede. We zien nu al de vraaguitval in de kinderopvang, waardoor ook minder kinderen naar de voorschool gaan. We zetten daarom extra in op het bereiken en informeren van ouders van doelgroeppeuters.  Dit doen we gebiedsgericht en door de informatievoorziening aan ouders nog verder te verbeteren. Verder hebben we vanaf 2020 de toegankelijkheid van de voorschool vergroot voor ouders met schulden.

2. Het aantal Rotterdamse basisschoolleerlingen op het streefniveau van de referentieniveaus stijgt in 2021 naar het landelijk gemiddelde van 2017. 

De referentieniveaus beschrijven welke basiskennis en vaardigheden leerlingen moeten beheersen voor taal, rekenen en lezen. De referentieniveaus taal en lezen zijn voor schooljaar 2017-18 ruim boven het ambitieniveau en bij rekenen op het ambitieniveau. De referentieniveau’s van schooljaar 2018-19 worden verwacht in december 2020.

3. Het percentage leerlingen in het derde leerjaar van het vo dat zit op het niveau van het advies van de basisschool of hoger stijgt van 77% in 2017 naar 80% in 2021.

Rotterdamse leerlingen presteren iets onder het ambitieniveau. 77% van de leerlingen zit op of boven het niveau van het advies van de basisschool. Positief is dat het aantal leerlingen dat in het derde leerjaar op hetzelfde niveau zit als het advies, wel is toegenomen (68% in 2018-2019). Rotterdamse leerlingen presteren daarmee ongeveer even goed als leerlingen in de G4 en landelijk.

4. Het aandeel Rotterdamse jongeren dat de beroepsbegeleidende leerweg volgt aan een Rotterdamse mbo-instelling stijgt.

Het aandeel Rotterdamse jongeren dat de beroepsbegeleidende leerweg volgt aan een Rotterdamse mbo-instelling stijgt van 13,5% in 2017 naar 18,0% in 2021. De ambitie van 2019 is ten tijden van de meting in oktober 2018 reeds behaald.

 

Aantal jongeren/kinderen dat langer dan 3 maanden thuis zit zonder passend aanbod van onderwijs- en /of zorg

Dit is het totaal aantal jeugdigen van 5-18 jaar dat langer dan 3 maanden thuiszat: of een passend aanbod hebben gekregen van onderwijs- en/of zorg. In 2018 waren er 280 jeugdigen thuis; toen is niet gemeten of zij passend aanbod hebben gekregen. Een fundamentele thuiszittersaanpak met een structureel effect kost tijd en laat soms eerst een toename zien, net als in vergelijkbare programma’s. Doordat we eerder en beter signaleren en ook de geoorloofd langdurige thuiszitters meerekenen, zien we een stijging van de cijfers. Daarnaast is de thuiszittersproblematiek vaak zeer complex en spelen verschillende factoren, zowel kind- als gezinsfactoren een rol.
 

NPRZ Onderwijsbeleid: Een hogere gemiddelde score op de Centrale Eindtoets

Het hoofddoel van de pijler school van het NPRZ is hogere onderwijsresultaten. Op dit moment houden we vast aan de cito-eindtoets als indicator, maar de wens is om over stappen naar betere indicatoren (lang niet iedere school hanteert de cito eindtoets). Deze indicator zal daarom op termijn worden aangepast. Voorlopig is het doel om de gemiddelde score op de Centrale Eindtoets te verhogen naar 531,9 (was 530,8 in schooljaar 15-16).

Wat kost het

Overzicht van baten en lasten Onderwijsbeleid en leerlingzakenRealisatie 2019Begroting
2020
Begroting
2021
Raming
2022
Raming
2023
Raming
2024
Baten exclusief reserves58.66967.17558.89458.89458.89458.894

Bijdragen rijk en medeoverheden 58.622 66.672 58.490 58.490 58.490 58.490
Overige opbrengsten derden 47 503 404 404 404 404
Overige baten 0 0 0 0 0 0
Lasten exclusief reserves124.598136.104127.730123.884116.646116.646

Apparaatslasten 12.959 13.006 13.153 13.106 13.106 13.106
Inhuur 589 142 109 109 109 0
Overige apparaatslasten 323 311 343 343 343 0
Personeel 12.046 12.552 12.700 12.653 12.653 0
Intern resultaat 9.573 10.072 10.116 10.116 10.116 10.116
Intern resultaat 9.573 10.072 10.116 10.116 10.116 0
Programmalasten 102.066 113.027 104.461 100.662 93.424 93.424
Financieringslasten 0 0 0 0 0 0
Inkopen en uitbestede werkzaamheden 7.842 7.021 11.679 10.514 10.164 0
Kapitaallasten 0 0 0 0 0 0
Overige programmalasten 1 0 0 0 0 0
Sociale uitkeringen 12.296 12.304 11.881 9.307 9.540 0
Subsidies en inkomensoverdrachten 81.928 93.702 80.900 80.840 73.720 0
Saldo voor vpb en reserveringen -65.928 -68.929 -68.836 -64.990 -57.752 -57.752
Saldo voor reserveringen -65.928 -68.929 -68.836 -64.990 -57.752 -57.752
Reserves6761.763-5.1818.043800800

Onttrekking reserves 676 1.763 8.319 8.043 800 800
Toevoeging reserves 0 0 13.500 0 0 0
Saldo -65.252 -67.166 -74.016 -56.947 -56.952 -56.952

Financiële bijstellingen

Automatische tabel

Bijstellingen Onderwijsbeleid en leerlingzakenBegroting 2020
Oorspronkelijke begroting 2020 -74.238
Bijstellingen Eerste Herziening 2020 7.073
Indexatie leerlingenvervoer Ramingsbijstellingen onvermijdelijk -800
Mutatie Rijksbijdrage Onderwijsachterstandenbeleid Ramingsbijstellingen onvermijdelijk -1.600
Specifieke uitkering regionale aanpak voortijdig schoolverlaten 2020 Ramingsbijstellingen onvermijdelijk 0
Bestemmingsreserve Leertijduitbreiding Reserves 0
Regio Deal Rotterdam Zuid Taakmutaties 8.250
Technische wijzigingen Technische wijzigingen 1.223
Begroting na wijzigingen -67.166

Toelichting financiële bijstellingen

Index leerlingenvervoer
De extra middelen zijn noodzakelijk om invulling te geven aan de contractuele verplichtingen om de prijsindex voor het leerlingenvervoer te vergoeden.

 

Mutatie Rijksbijdrage Onderwijsachterstandenbeleid
Het Rijk heeft een nieuwe herverdeling van de onderwijsachterstandsmiddelen doorgevoerd. Hierdoor neemt de bijdrage voor Rotterdam af. Om invulling te kunnen blijven geven aan de wettelijke taken en de ambitie vanuit het coalitieakkoord dat kansgelijkheid in het onderwijs toeneemt, zijn de wegvallende rijksmiddelen gecompenseerd.

 

Specifieke uitkering regionale aanpak voortijdig schoolverlaten 2020
Voor het uitvoeren van de regeling regionale aanpak voortijdig schoolverlaten is voor 2020 door het rijk € 1,7 mln toegekend.

 

Bestemmingsreserve Leertijduitbreiding
De inzet van de bestemmingsreserve Leertijduitbreiding en de bestemmingsreserve Vakmanschap in zorg, haven en techniek is geactualiseerd. Er wordt € 14 minder onttrokken.

 

Regio Deal Rotterdam Zuid
In 2019 is door het Rijk aangegeven dat de ter beschikking gestelde middelen voor de Regio Deal Rotterdam Zuid niet meer via het Gemeentefonds worden uitbetaald, maar via een specifieke uitkering. Dit betekent dat de baten niet meer op het programma Algemene middelen worden begroot maar op de programma’s waar ook de uitgaven plaatsvinden.
De hieraan gekoppelde reservemutaties op de bestemmingsreserve Regio deal onderwijs zijn teruggedraaid.

 

Technische wijzigingen
In taakveld Onderwijsbeleid en leerlingzaken zijn diverse technische wijziging geweest. Direct achter de technische wijziging is het effect op het saldo weergegeven.
De grootste wijziging zijn een bijdrage aan het programma Werk en Inkomen ter dekking van het Rotterdams Leer-Werkakkoord (€ 600), aanpassing kostenverdeling (€ 502), overheveling gemeentelijke taken kinderopvang van Taakveld Volksgezondheid (- € 121), actualiseren indexatie loonkosten (€ 76) en diverse kleine technische wijzigingen (€ 166).

Omschrijving taakveld

Binnen het taakveld Onderwijsbeleid en Leerlingzaken voert de gemeente wettelijke taken uit, zoals leerlingenvervoer, voor- en vroegschoolse educatie (vve), voortijdig schoolverlaten (vsv) en onderwijs aan kinderen van statushouders en asielzoekers. Daarnaast ontwikkelt de gemeente stedelijk beleid – waarvoor ze zowel gemeentelijke als rijksmiddelen inzet - ter verbetering van onderwijsresultaten, kansengelijkheid in het onderwijs, talentontwikkeling, burgerschap, vermindering van het lerarentekort, passend onderwijs en vermindering van schooluitval. Ook voert de gemeente stedelijk beleid uit voor schoolzwemmen.