Onderwijs

Het verbeteren van de onderwijsresultaten in de hele stad.

Het vergroten van de ontwikkelingskansen van alle kinderen in de voorschool en het onderwijs.

Alle kinderen te helpen zich te ontwikkelen tot democratische en weerbare Rotterdammers die in staat zijn hun eigen toekomst vorm te geven en een waardevolle bijdrage te leveren aan de samenleving en op de arbeidsmarkt.

TAAKVELD 1

Onderwijshuisvesting

De beste basisschool is altijd in de buurt.

Bieden van een kwalitatief goed en gevarieerd aanbod voortgezet onderwijs.

TAAKVELD 2

Onderwijsbeleid en leerlingzaken

Bevorderen van kansengelijkheid in het onderwijs.

Het stimuleren van een passend, toegankelijk, gedifferentieerd en kwalitatief hoogwaardig onderwijsaanbod in de hele stad.

Voldoende goede leraren, pedagogische medewerkers, schoolleiders en instructeurs.

Het verminderen van schooluitval.

BBV-indicatoren

Beschrijving BBV-indicatorEenheid  Bron
Absoluut verzuim Aantal per 1.000 leerlingen Streefwaarde In 2022 hetzelfde lage niveau (0,43) DUO
Realisatie 0,4 (2018)
Relatief verzuim Aantal per 1.000 leerlingen Streefwaarde 55 in 2022 DUO
Realisatie 49 (2018)
Vroegtijdig schoolverlaters zonder startkwalificatie (vsv-ers) % deelnemers aan het VO en MBO onderwijs Streefwaarde 2,82% in schooljaar 19-20 (cijfers beschikbaar eind 2021) DUO
Realisatie 3,1% (schooljaar 17-18)
Meer informatie over de BBV-indicatoren is te vinden op www.waarstaatjegemeente.nl.  

Toelichting BBV-indicatoren

Absoluut verzuim

Jongeren tussen de 5 en 18 jaar moeten onderwijs volgen (leerplicht). De gemeente heeft de wettelijke taak om in de gaten te houden of kinderen ook echt naar school komen. Bij absoluut verzuim is een leerling niet ingeschreven op school. Het cijfer geeft het aantal leerplichtigen weer dat niet staat ingeschreven op een school, per 1.000 inwoners in de leeftijd 5-18 jaar (leerplichtige leeftijd). Rotterdam doet het goed op het gebied van absoluut verzuim: in Rotterdam is het cijfer absoluut verzuim (0,4) een stuk lager dan het gemiddelde in Nederland (1,8) en de 4 grote gemeenten (G4) (2,68). Doelstelling is het behouden van deze kleine aantallen ten opzichte van het G4 gemiddelde. Hiervoor worden de leerplichtambtenaren ingezet. De leerplichtambtenaar zorgt ervoor dat alle kinderen gebruik kunnen maken van hun recht op onderwijs. En dat betekent dat een jongere hulp krijgt, zodra blijkt dat een jongere geen onderwijs meer krijgt. Maar ook bemiddelt de ambtenaar met school, denkt hij/zij mee met de ouders en met de jongere over welke school het beste is.

 

Relatief verzuim

Er is sprake van relatief verzuim als een leerplichtige jongere wel in een school staat ingeschreven, maar zonder geldige reden les- of praktijktijd verzuimt (spijbelen). Het cijfer geeft het aantal leerplichtigen weer dat wel staat ingeschreven op een school, maar ongeoorloofd afwezig is, per 1.000 inwoners in de leeftijd 5-18 jaar (leerplichtige leeftijd). Op dit moment is het relatief verzuim in Rotterdam (49) een stuk hoger dan het gemiddeld in Nederland (23) en het G4 gemiddelde (36). De achterstand van Rotterdam is mede te verklaren door een lager opgeleide bevolking. Het is de laatste jaren al gelukt om het verzuim terug te dringen (in 2014 was het cijfer 61,65). Een effectieve aanpak is afhankelijk van goede samenwerking tussen partijen (scholen, gemeente, hulpverlening, zorg e.a.). Om dit te bewerkstelligen zullen wij onze inzet, gezamenlijk met de scholen verbeteren. In 2018 is gestart met het verzuimprotocol, waarin werkafspraken met de scholen zijn gemaakt. De scholen en gemeenten in de regio volgen met elkaar hoe het verzuim zich ontwikkelt.

 

Vroegtijdig schoolverlaters zonder startkwalificatie

Jongeren die met een diploma van school gaan, hebben meer kans op een baan en op succesvol deelnemen aan de maatschappij. Daarom willen wij dat zoveel mogelijk jongeren een startkwalificatie halen. Dit is een diploma havo, vwo of mbo (niveau 2) of hoger. Het vsv-cijfer geeft het percentage van het totaal aantal leerlingen voortgezet onderwijs en MBO (12-23 jaar) weer dat voortijdig, dat wil zeggen zonder startkwalificatie, het onderwijs verlaat. Doelstelling is een lager percentage (2,82% in 2022), waarmee wij dichter bij het G4 gemiddelde komen. Hiervoor gaan we verder met de uitrol van de regionale vsv-aanpak Regio Rijnmond 2016-2020.

Overzicht van baten en lasten

Overzicht van baten en lasten OnderwijsRealisatie 2019Begroting
2020
Begroting
2021
Raming
2022
Raming
2023
Raming
2024
Baten exclusief reserves59.10767.43659.20059.20059.20059.200

Bijdragen rijk en medeoverheden 58.647 66.672 58.490 58.490 58.490 58.490
Overige opbrengsten derden 460 764 710 710 710 710
Overige baten 0 0 0 0 0 0
Lasten exclusief reserves189.866199.469194.891196.081193.652193.652

Apparaatslasten 15.007 14.940 14.934 14.887 14.887 14.887
Inhuur 848 160 109 109 109 109
Overige apparaatslasten 365 345 396 396 396 396
Personeel 13.794 14.435 14.429 14.382 14.382 14.382
Intern resultaat 65.278 62.313 67.169 71.971 76.611 76.611
Intern resultaat 65.278 62.313 67.169 71.971 76.611 76.611
Programmalasten 109.581 122.216 112.788 109.223 102.153 102.153
Financieringslasten 0 0 0 0 0 0
Inkopen en uitbestede werkzaamheden 9.205 10.232 14.945 13.951 13.768 13.768
Kapitaallasten 0 0 0 0 0 0
Overige programmalasten 1 0 0 0 0 0
Sociale uitkeringen 12.296 12.304 11.881 9.307 9.540 9.540
Subsidies en inkomensoverdrachten 88.080 99.680 85.961 85.965 78.844 78.844
Saldo voor vpb en reserveringen -130.759 -132.032 -135.691 -136.881 -134.452 -134.452
Saldo voor reserveringen -130.759 -132.032 -135.691 -136.881 -134.452 -134.452
Reserves6761.763-5.1818.043800800

Onttrekking reserves 676 1.763 8.319 8.043 800 800
Toevoeging reserves 0 0 13.500 0 0 0
Saldo -130.083 -130.269 -140.872 -128.838 -133.652 -133.652

Bijstellingen per programma naar taakvelden

Programma / TaakveldMutatie
2020
(€)
Mutatie
2020
(%)
Onderwijs7.67510%
Onderwijsbeleid en leerlingzaken 7.073 10%
Onderwijshuisvesting 602 1%
Onderwijsbeleid en leerlingzaken 7.073 10%
Onderwijshuisvesting 602 1%

Omschrijving programma

Binnen het programma Onderwijs voert de gemeente wettelijke taken uit, zoals leerlingenvervoer, voor- en vroegschoolse educatie (vve), voortijdig schoolverlaten, onderwijs aan kinderen van statushouders en asielzoekers en onderwijshuisvesting. Daarnaast ontwikkelt de gemeente stedelijk onderwijsbeleid waarvoor ze zowel gemeentelijke als rijksmiddelen inzet. Ook voert de gemeente stedelijk beleid uit op schoolzwemmen.