Volksgezondheid en zorg
Zorgen voor adequate ondersteuning en zorg voor Rotterdammers die dat nodig hebben
Het beschermen en bevorderen van de gezondheid van Rotterdammers en het beschermen en bevorderen van een gezonde en veilige leefomgeving voor Rotterdammers
TAAKVELD 4
Maatwerkdienstverlening 18-
Samenhangende aanpak voor kwetsbare jongeren en/of kwetsbare gezinnen
Versterken van next skills en jong leiderschap
Passende, tijdige en integrale hulp van het lokale wijknetwerk, om het beroep op dure gespecialiseerde jeugdhulp te verminderen (verschuiving van de achterkant naar de voorkant)
TAAKVELD 5
Geëscaleerde zorg 18+
In Rotterdam hoeft niemand op straat te slapen
Mensen wonen zo zelfstandig mogelijk in de wijk, eventueel met ambulante ondersteuning gericht op versterking of behoud van de zelfredzaamheid en participatie
Eerder en beter in beeld brengen huiselijk geweld en het duurzaam oplossen hiervan
TAAKVELD 7
Volksgezondheid
Gezonde en vitale Rotterdammers
Waarborgen van de kwaliteit van de kinderopvangvoorzieningen
Kinderen gezond, veilig en kansrijk op laten groeien tot zelfstandige, zelfredzame en participerende burgers
Uitvoeren wettelijke taak bestrijding infectieziekten inclusief bestrijding bijzonder resistente micro-organismen
Omschrijving programma
De gemeente bewaakt en bevordert de gezondheid van haar bewoners en grijpt, indien nodig, in om de gezondheid te beschermen. Rotterdammers werken in de eerste plaats zelf aan hun gezondheid en de gemeente stimuleert hen zo lang mogelijk zelfstandig mee te doen. Voor Rotterdammers die dat – al dan niet tijdelijk – nodig hebben, zorgen we voor passende en tijdige zorg, hulp en ondersteuning.
Zorgen voor adequate ondersteuning en zorg voor (jonge) Rotterdammers
We zetten in op het nog verder toegankelijk maken van de zorg. Zo willen we het makkelijker maken voor ouderen en mensen met een beperking om langer zelfstandig te wonen en mee te doen in de maatschappij. We zorgen er voor dat Rotterdammers met een beperking en ouderen gebruik kunnen blijven maken van een woning, zich kunnen verplaatsen in en rondom die woning en sociale contacten kunnen onderhouden.
We stimuleren elke jongere in Rotterdam actief mee te doen in de stad, biedt lichte ondersteuning als dat - zelfstandig of als gezin - niet voldoende lukt en wanneer de omgeving dat zelf niet kan bieden. In die gevallen biedt de gemeente samenhangende hulp aan kwetsbare jongeren en/of hun gezin. Tegelijkertijd investeren we ook in jongeren met wie het wel goed gaat. We versterken beschermende factoren als next skills en jong leiderschap en scheppen goede voorwaarden op basis waarvan zij zich nog beter kunnen ontwikkelen.
Steeds meer Rotterdammers krijgen een vorm van ondersteuning vanuit de gemeente in het kader van de Wmo of de Jeugdwet. Daarmee werken we aan het realiseren van zorg dichtbij. Tegelijkertijd betekent het ook dat de kosten sterker stijgen dan dat er rijksmiddelen beschikbaar komen. Deze lijn zet zich ook in 2019 door en dat leidt tot de noodzaak om in de zorg te blijven investeren. Tegelijk is het noodzakelijk om goed te letten op de efficiency en waar mogelijk kosten te besparen. De gemeente heeft daarom een pakket aan maatregelen in gang gezet om meer grip te krijgen op de kostenontwikkeling.
Uitgangspunt in het coalitieakkoord is dat alle zorguitgaven worden gedaan binnen het budget dat Rotterdam krijgt van het rijk. We zien dat dat op dit moment niet haalbaar is. Er is afgelopen periode daarom sterk ingezet in de onderhandelingen met het Rijk om te komen tot een passend budget voor alle gemeenten. Dit heeft voor de jaren 2020 en 2021 een effect gehad doordat extra rijksmiddelen ten behoeve van de jeugdwet aan de gemeentebegroting zijn toegevoegd. Voor de jaren daarna voert het Rijk in samenwerking met de gemeenten nader onderzoek uit.
Toegankelijke en betaalbare zorg zijn voor alle Rotterdammers cruciaal. Om ook tot een lange termijn beeld van de benodigde financiën voor het zorgdomein te komen heeft het college een bestuursopdracht verstrekt. Hierbij wordt allereerst in kaart gebracht wat de effecten zullen zijn van de demografische ontwikkelingen in Rotterdam (onder andere toenemend aantal ouderen en mensen met een (verstandelijke of psychiatrische) beperking die zelfstandig zullen blijven wonen) op de te verwachten kosten voor zorg, jeugdhulp en ondersteuning. Tevens zal aandacht worden besteed aan de mogelijk effecten van de herziening van de landelijke verdeelmodellen. Uitgangspunt blijft dat Rotterdammers die zorg en ondersteuning nodig hebben, deze ook krijgen.
Op die manier ontstaat een realistisch beeld over de te verwachten kosten voor zorg en ondersteuning en hoe zich dat verhoudt tot de beschikbare rijksmiddelen. Dit kan bijdragen aan het gesprek met het Rijk om te zorgen dat gemeenten voldoende gefinancierd worden om de burgers met zorg te ondersteunen. Bovendien kan het de gemeente helpen in het maken van eventuele keuzes gelet op het beschikbare budget.
Het beschermen en bevorderen van de gezondheid van Rotterdammers en hun leefomgeving
We zetten in op een vitale stad met vitale Rotterdammers. Om dit te kunnen realiseren leggen we dwarsverbanden met taakvelden die (in)direct bijdragen aan een vitaler Rotterdam. Zo zijn investeringen in gezondheidsvaardigheden, in het opleidingsniveau en de inkomenspositie van Rotterdammers essentieel. We werken samen met partners uit de stad aan het stimuleren van gezonder gedrag en een gezondere leefomgeving. Daarbij besteden we aandacht aan gezond gewicht en terugdringen van diabetes type 2, psychische en seksuele gezondheid, minder roken en alcoholgebruik, het tegengaan van drugsgebruik en de inzet van E-publieke gezondheid. Ook zetten we in op haar wettelijke beschermingstaken (zoals infectieziektebestrijding), een gezondere leefomgeving en het tegengaan van gehoorschade bij jongeren.
BBV-indicatoren
Beschrijving BBV-indicator | Eenheid | Bron | ||
---|---|---|---|---|
Jongeren met jeugdhulp | % van alle jongeren tot 18 jaar | Streefwaarde | 13,9% | CBS |
Realisatie | 14,6% (2018) | |||
Jongeren met jeugdbescherming | % van alle jongeren tot 18 jaar | Streefwaarde | 1,8% | CBS |
Realisatie | 1,9% (2018) | |||
Jongeren met jeugdreclassering | % van alle jongeren van 12 tot 23 jaar | Streefwaarde | 1,0% | CBS |
Realisatie | 0,9% (2018) | |||
Cliënten met een maatwerkarrangement WMO | Aantal per 1.000 inwoners | Streefwaarde | N.v.t. | GMSD |
Realisatie | 83 (2018) | |||
Meer informatie over de BBV-indicatoren zijn te vinden op www.waarstaatjegemeente.nl. |
Overzicht baten en lasten
Overzicht van baten en lasten Volksgezondheid en zorg | Realisatie 2018 | Begroting 2019 | Begroting 2020 | Raming 2021 | Raming 2022 | Raming 2023 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Baten exclusief reserves | 33.584 | 31.523 | 29.733 | 29.268 | 42.707 | 42.738 |
|
Bijdragen rijk en medeoverheden | 25.412 | 22.542 | 20.602 | 20.137 | 33.576 | 33.607 | |
Overige opbrengsten derden | 8.172 | 8.982 | 9.131 | 9.131 | 9.131 | 9.131 | |
Overige baten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Lasten exclusief reserves | 607.965 | 659.328 | 655.391 | 634.356 | 639.182 | 632.021 |
|
Apparaatlasten | 62.968 | 82.823 | 83.290 | 82.115 | 81.630 | 80.614 | |
Inhuur | 8.701 | 6.122 | 4.609 | 4.478 | 4.513 | 4.333 | |
Overige apparaatslasten | 1.115 | 1.708 | 1.538 | 1.563 | 1.535 | 1.772 | |
Personeel | 53.152 | 74.993 | 77.143 | 76.074 | 75.582 | 74.509 | |
Interne resultaat | 3.978 | 277 | 910 | 912 | 850 | 695 | |
Interne resultaat | 3.978 | 277 | 910 | 912 | 850 | 695 | |
Programmalasten | 541.019 | 576.228 | 571.191 | 551.329 | 556.703 | 550.712 | |
Financieringslasten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Inkopen en uitbestede werkzaamheden | 62.049 | 67.285 | 80.214 | 77.179 | 91.130 | 86.535 | |
Kapitaallasten | 856 | 834 | 1.240 | 831 | 815 | 800 | |
Overige programmalasten | 233 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Salariskosten WSW en WIW | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Sociale uitkeringen | 301.224 | 304.598 | 293.080 | 284.783 | 278.011 | 279.264 | |
Subsidies en inkomensoverdrachten | 176.657 | 203.511 | 196.657 | 188.537 | 186.747 | 184.114 | |
Saldo voor vpb en reserveringen | -574.381 | -627.804 | -625.658 | -605.088 | -596.475 | -589.283 | |
Saldo voor reserveringen | -574.381 | -627.804 | -625.658 | -605.088 | -596.475 | -589.283 | |
Reserves | -1.664 | -15.510 | 14.818 | 0 | 0 | 0 |
|
Onttrekking reserves | 8.336 | 27.423 | 19.201 | 0 | 0 | 0 | |
Toevoeging reserves | 10.000 | 42.933 | 4.384 | 0 | 0 | 0 | |
Vrijval Reserves | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Saldo | -576.045 | -643.314 | -610.840 | -605.088 | -596.475 | -589.283 |
Baten
De bijdragen vanuit het Rijk en mede-overheden hebben betrekking op rijksbijdragen en bijdragen van regiogemeenten voor opgedragen taken in de bestrijding van infectieziekten, op bijdragen vanuit ZonMw, de eigen bijdragen voor Wmo-maatwerkvoorzieningen en de landelijke Regeling heroïnebehandeling. De opbrengsten derden bestaan onder andere uit de inkomsten vanuit de reizigerszorg.
Lasten
Eigen personeel wordt ingezet in het kader van de jeugdhulp, toegang tot de Wmo, beleid en zorginkoop, de aanpak van huiselijk geweld en ter bestrijding van infectieziekten. Het grootste deel van de programmalasten wordt besteed via sociale uitkeringen en subsidies en inkomensverstrekking. Bij sociale uitkeringen gaat het om de inkoop van ondersteuningsarrangementen in het kader van de nieuwe Wmo. Subsidies betreffen de subsidies die enerzijds verstrekt worden aan instellingen die werkzaamheden verrichten in het kader van de specialistische jeugdhulp en anderzijds aan instellingen in het kader van de maatschappelijke opvang.
Meerjarig verloop
De baten blijven gedurende de jaren 2020 tot en met 2023 ongeveer op hetzelfde niveau. De lasten vertonen een daling als gevolg van de afbouw tijdelijke extra middelen uit de voorjaarsretraite 2017 en het coalitieakkoord 2018.
Hierbij wordt opgemerkt dat met de uitkomsten van de bestuursopdracht voor zorg een realistisch beeld kan worden geschetst over de te verwachten kosten voor zorg en ondersteuning en hoe zich dat verhoudt tot de beschikbare rijksmiddelen mede in relatie tot de herziening van de landelijke verdeelmodellen. Dit kan bijdragen aan het gesprek met het Rijk om te zorgen dat gemeenten voldoende gefinancierd worden om de burgers met zorg te ondersteunen. Bovendien kan het de gemeente helpen in het maken van eventuele keuzes gelet op het beschikbare budget.