Inkomensregelingen - Inkomen

Beleidskaders, -monitors en wetgeving

Elke Rotterdammer die daar recht op heeft ontvangt tijdig een (juiste) bijstandsuitkering.

Elke werkzoekende kan rekenen op passende en betrouwbare dienstverlening.

Inkomenszekerheid
Het tijdig besluiten over het recht op een uitkering draagt eraan bij dat Rotterdammers die dat nodig hebben een stabiele inkomensbasis hebben als basis voor participatie of werk. Ook nu de coronacrisis voortduurt, staat het bieden van inkomenszekerheid, naast volksgezondheid, voorop. Door de coronacrisis zien we een stijging in de bestandsontwikkeling. Waar we net voor de crisis op 33.512 bijstandsgerechtigden zaten, is dit aantal al opgelopen tot ruim 36.600. Met name het aantal jongeren tot 27 jaar dat nu een beroep doet op de Participatiewet is significant hoger dan voor de crisis. De door de coronacrisis ingegeven pilot ‘versnelde afhandeling’ bij de afdeling Intake is inmiddels ingebed als standaard werkwijze.

Daarnaast voert Rotterdam de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo) regeling uit voor Rotterdamse ondernemers en ondernemers uit regiogemeenten. Voor bijstandsgerechtigde Rotterdammers die afhankelijk zijn van meerdere inkomensbronnen en de stap naar parttime werken willen zetten, kan het lastig zijn om een kloppend financieel overzicht te behouden en goed te budgetteren. Om meer inkomenszekerheid te bieden, waardoor zij de stap naar parttime werk durven te zetten, is een kleinschalig experiment gestart met de applicatie ‘Huishoudboekje’. Afhankelijk van de resultaten van het experiment kan de inzet van dit instrument in de toekomst meer ruimte en (financiële) stabiliteit voor de werkzoekende creëren zodat het aanvaarden van parttime werk aantrekkelijk wordt. Tot slot is op 1 april 2021 de pilot Werkpremie gestart. De Werkpremie is een financieel extraatje voor werkzoekenden die in deeltijd werken. De gemeente wil ook hiermee deeltijdwerk stimuleren.

 

Dienstverlening
In onze dienstverlening staat de Rotterdammer centraal. Als gevolg van de coronacrisis is hetbelang van verdergaande digitalisering van de dienstverlening in korte tijd sterk zichtbaar geworden. Zo wordt gebruik gemaakt van Robotic Process Automation en wordt geëxperimenteerd met apps om Rotterdammers laagdrempelig gegevens aan te laten leveren.

Het aantal klachten is in het eerste tertaal van 2021 aanzienlijk afgenomen (20%) ten opzichte van het eerste tertaal van 2020. Het aantal bejegeningsklachten is zelfs afgenomen met 29%. De oorzaak hiervan zit in veranderde dienstverlening als gevolg van coronamaatregelen en steeds meer aandacht voor de menselijke maat en passende dienstverlening.

De telefonische bereikbaarheid is volgens de norm van 90% en is stabiel. De afhandeling van de terugbelnotities ligt met 86% onder de norm, maar laat een verbetering zien ten opzichte van 2020 (81%). In 2021 verwachten we een tool in te kunnen zetten die ons op basis van textmining gaat helpen de terugbelnotities te analyseren. Op basis van deze analyse worden verbeteringen doorgevoerd.

 

Heronderzoeken
Door de beperkende maatregelen en het voortduren van de coronacrisis is de doelstelling voor het aantal heronderzoeken per jaar (6.000) in 2020 niet gehaald. De doelstelling voor 2021 en 2022 is daarom verhoogd naar 7.500 om de niet gerealiseerde heronderzoeken in te halen. In 2021 duren de pandemie en de daaraan verbonden beperkingen nog steeds voort. Ook dit jaar heeft dit een effect op het aantal te verrichten onderzoeken en wordt de 7.500 niet gerealiseerd. Op basis van de huidige inzet en voorzichtige groei in de komende periode is de verwachting dat in 2021 ongeveer 6.650 onderzoeken worden uitgevoerd. De heronderzoeken zijn er niet alleen voor handhaving, maar ook voor aandacht voor zorg en ondersteuning. We zorgen hiermee voor een breed en integraal beeld over wat speelt in het leven van een persoon, zodat we daarop meteen de juiste dienstverlening kunnen inschakelen.

De heronderzoeken worden geselecteerd op basis van een thema, na een eventueel signaal van een W&I-collega, a-select en er wordt gebruik gemaakt van een risico-inschattingsmodel. Dit model zorgt, naast meer effectiviteit van de heronderzoeken, ook voor een verbeterde efficiëntie (minder heronderzoeken nodig) en daarmee onder meer minder belasting van de Rotterdammer, als daar geen specifieke reden voor is. Wat betreft de transparantie en communicatie richting de Rotterdammer over het gebruik en de werking van het risico-inschattingsmodel, is er nog verbetering mogelijk. Openheid en uitlegbaarheid over het algoritme is essentieel. Er wordt daarom ingezet op een sterke verbetering in onze communicatie om te zorgen voor meer transparantie over het risico-inschattingsmodel.

Ontwikkelingen 2022-2025

Inkomenszekerheid en passende dienstverlening blijven belangrijke pijlers voor onze inzet.

Door de doorlopende steunmaatregelen vanuit de landelijke overheid wordt nu pas na 2021 een piek in het bijstandsvolume verwacht. Om die reden wordt budget voor extra personeel dat was toegekend in de Begroting 2021 gedeeltelijk doorgeschoven naar 2022. (Zie hiervoor de financiële bijstelling 'formatieaanpassing ontwikkeling bijstandsvolume'.)

 

Wat willen we bereiken

Effect indicatoren

1.1 Tijdig besluiten op een aanvraag uitkering levensonderhoud (algemene bijstand) en bijzondere bijstand

1.2 Terechte bijstandsuitkeringen verstrekken

2.1 De Rotterdamse burger ervaart een goede dienstverlening

Wat gaan we daar voor doen

Prestatie indicatoren

1.1 a Aanvragen (algemene en bijzondere bijstand) behandelen en dienstverlening verbeteren

1.1 b Het aanvraag- en beheerproces digitaliseren

1.2 a De methode inkomstenverrekening verbeteren

1.2 b Handhaven en uitvoeren van (her)onderzoeken

2.1 a Een betrouwbare en voorspelbare dienstverlening

2.1 b Correcte bejegening

2.1 c Advies geven en begeleiding bieden aan ondernemers

Effectindicatoren 201820192020202120222023
1.1 Saldo tekort BUIG Streefwaarde € 0 € 0 € 0 € 0    
Realisatie + € 0,9 mln. + € 16,2 mln. + € 44,7 mln. n.n.b.    
1.2 Rechtmatige verstrekking van bijstand (%) Streefwaarde ≥97% ≥97% ≥97% ≥97%    
Realisatie 97,86% 99,13% 98,85%      
2.2 Klachten over bejegening Streefwaarde   Min 10% Min 10% Min 10%    
Realisatie n.v.t. Min 15% Min 35% Min 29%    
De genoemde realisatie cijfers over 2021 zijn cijfers t/m eerste tertaal 2021, tenzij anders aangegeven.
Prestatie-indicatoren 201820192020202120222023
1.1 Percentage besluiten bijstandsaanvraag (Levensonderhoud en Bijzondere Bijstand) binnen de wettelijke termijn Streefwaarde 90% 90% 90% 90%    
Realisatie 91,7%  91,8% 94,1% 95,2%    
1.2 Tijdig (binnen 4 weken) verwerken van inkomstenverrekeningen Streefwaarde 90% 90% 90% 90%    
Realisatie 90,9%  96,0% 98,0% 92,5%    
1.3 Heronderzoeken
(aantal)
Streefwaarde 6.000 6.000 6.000 7.500 7.500  
Realisatie 6.074  6.325 3.284 1.452    
2.1 Telefonische bereikbaarheid Streefwaarde 90% 90% 90% 90%    
Realisatie 84%  88% 85% 89%    

De genoemde realisatie cijfers over 2021 zijn cijfers t/m eerste tertaal 2021, tenzij anders aangegeven.

Wat kost het

Eerste HerzieningVoorjaarsnota
Overzicht van baten en lasten Inkomensregelingen - InkomenRealisatie
2020
Begroting
2021
Raming
2022
Raming
2023
Raming
2024
Raming
2025
Baten exclusief reserves722.839607.002586.796600.476602.187610.560

Bijdragen rijk en medeoverheden 722.819 607.002 586.796 600.476 602.187 610.560
Overige opbrengsten derden 20 0 0 0 0 0
Overige baten 0 0 0 0 0 0
Lasten exclusief reserves743.348674.530652.759655.682654.619661.435

Apparaatslasten 51.349 61.107 53.687 49.707 47.969 47.969
Inhuur 9.826 11.028 1.803 2.149 2.161 2.161
Overige apparaatslasten 1.170 1.876 1.788 1.936 1.909 1.909
Personeel 40.352 48.203 50.097 45.621 43.899 43.899
Intern resultaat 2.113 717 717 717 717 717
Intern resultaat 2.113 717 717 717 717 717
Programmalasten 689.886 612.706 598.355 605.258 605.933 612.749
Inkopen en uitbestede werkzaamheden 15.753 18.088 19.156 19.145 19.835 19.835
Kapitaallasten 9.415 3.336 98 64 49 -82
Overige programmalasten 4.419 102 102 102 102 102
Sociale uitkeringen 654.288 591.186 579.006 585.953 585.953 592.900
Subsidies en inkomensoverdrachten 6.012 -6 -6 -6 -6 -6
Saldo voor vpb en reserveringen -20.509 -67.528 -65.963 -55.206 -52.432 -50.875
Saldo voor reserveringen -20.509 -67.528 -65.963 -55.206 -52.432 -50.875
Reserves-17.5028.9886.740468468468

Onttrekking reserves 71 8.988 6.740 468 468 468
Toevoeging reserves 17.572 0 0 0 0 0
Vrijval reserves 0 0 0 0 0 0
Saldo -38.011 -58.540 -59.223 -54.738 -51.965 -50.408

Financiële bijstellingen

Eerste
Herziening
Voorjaarsnota
Bijstellingen Inkomensregelingen - InkomenBegroting
2021
Raming
2022
Raming
2023
Raming
2024
Raming
2025
Oorspronkelijke begroting 2021 -55.113 -55.684 -52.631 -49.869 -49.869
Bijstellingen Eerste Herziening / Voorjaarsnota 2021 -3.427 -3.539 -2.107 -2.095 -538
Inzet IT onderbesteding 2021 voor transitie Sorga 2022 Kasschuiven 1.050 0 0 0 0
Actualisatie BUIG 2021-2022 Ramingsbijstellingen onvermijdbaar -4.023 -9.091 -2.897 -2.900 -1.474
Actualisatie BUIG 2021-2022 - dekking uit bestemmingsreserve Ramingsbijstellingen onvermijdbaar 2.475 6.506 0 0 0
Actualisatie kapitaallasten Ramingsbijstellingen onvermijdbaar -1.030 -98 -64 -49 82
Formatieaanpassing ontwikkeling bijstandsvolume Ramingsbijstellingen onvermijdbaar 1.393 -2.005 0 0 0
Onderbesteding opleidingen en dienstreizen Ramingsbijstellingen onvermijdbaar 56 0 0 0 0
Tozo Actualisatie uitvoerings- en uitkeringslasten Ramingsbijstellingen onvermijdbaar 300 0 0 0 0
Formatie aanpassing Kasschuif Ramingsbijstellingen onvermijdelijk 0 0 0 0 0
Formatie aanpassing vanwege ontwikkeling bijstandvolume Ramingsbijstellingen onvermijdelijk 0 0 0 0 0
Bestemmingsreserve IT Reserves 0 0 0 0 0
Bestemmingsreserve Tozo uitvoeringskosten meerjarig Reserves 0 51 103 103 103
Tijdelijke ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK) Taakmutaties -4.330 0 0 0 0
Technische wijzigingen Technische wijzigingen 681 1.097 751 751 751
Begroting na wijzigingen -58.540 -59.223 -54.738 -51.965 -50.408

Toelichting financiële bijstellingen

Inzet IT onderbesteding 2021 voor transitie Sorga 2022

In 2021 is er sprake van een onderbesteding op de IT kosten (€ 1,1 mln) omdat de bijdrage aan Wigo4it lager is. Via een kasschuif worden deze middelen in 2022 aangewend binnen het programma voor Volksgezondheid en voor zorg transitie- en implementatiekosten van de applicatie Sorga.

 

Actualisatie BUIG 2021 - 2022  

Voor de verstrekking van bijstandsuitkeringen en loonkostensubsidies ontvangt Rotterdam BUIG-budget van het Rijk. De uitgaven voor 2021 en verdere jaren zijn geactualiseerd met als belangrijkste aanname dat de ontwikkeling van het Rotterdamse bijstandsvolume meebeweegt met de landelijke ramingen van het Centraal Planbureau (CPB). Ook de inkomsten zijn geactualiseerd na publicatie van het nader voorlopig BUIG-budget 2021 eind april. Voor zowel de inkomsten en uitgaven zijn de bedragen in 2021 fors verlaagd, omdat het aantal bijstandsuitkeringen dit jaar lager uitvalt dan eerder gedacht. De CPB-ramingen gaan nu - door de verlengde steunmaatregelen van het Rijk - uit van meevallende cijfers in 2021, en van een gestage stijging van de bijstand in 2022 en daarna. De BUIG-uitgaven en -inkomsten zijn daarom voor de komende jaren juist opgehoogd.

De uitgaven aan loonkostensubsidies voor nieuw beschut werk en gemeentelijke garantiebanen zijn geactualiseerd voor de jaren 2021-2025. In de Voorjaarsnota vertaalt zich dat in een budgetneutrale verschuiving van taakveld Begeleide participatie naar dit taakveld (- € 1,5 mln in 2021 tot - € 1,5 mln in 2025).

Per saldo zijn voor 2021 en 2022 onttrekkingen aan de bestemmingsreserve BUIG nodig van respectievelijk € 2,5 mln en € 6,5 mln, omdat ingeboekte taakstellingen op de BUIG van respectievelijk € 11,2 en € 4,2 mln niet (volledig) worden gerealiseerd.

 

Actualisatie BUIG 2021 - 2022 - dekking uit bestemmingsreserve

De actualisatie BUIG (zie hierboven) resulteert in een tekort van € 2,5 mln in 2021 en € 6,5 mln in 2022. Deze tekorten worden onttrokken uit de bestemmingsreserve. Eind 2022 resteert een BUIG reserve van € 26,5 mln.

 

Actualisatie kapitaallasten

De kapitaallasten zijn aangepast op basis van daadwerkelijke activeringen in 2020, bijgestelde investeringskredieten alsmede geactualiseerde ramingen, omslagrente en bouwrente van de jaarschijven. Een volledig beeld van de kredieten is opgenomen in de paragraaf Investeringen.

 

Formatieaanpassing vanwege ontwikkeling bijstandsvolume

De geactualiseerde meerjarenraming van het aantal bijstandsuitkeringen heeft gevolgen voor de omvang van de formatie. Op basis van de verwachte volumeontwikkeling en de zogeheten Berenschotnorm is de formatie voor dienstverlening aan werkzoekenden aangepast voor de jaren 2021 en 2022. Binnen dit taakveld wordt in 2021 een kasschuif gedaan naar 2022 van circa € 1,5 mln. Daarnaast is er in 2022 ruim € 851 extra nodig om de dienstverlening aan werkzoekenden uit te kunnen voeren.

 

Onderbesteding opleidingen en dienstreizen

Vanwege corona wordt er in 2021 minder gebruik gemaakt van het budget voor opleidingen en dienstreizen. De begroting is hierop aangepast.

 

Tozo Actualisatie uitvoerings- en uitkeringslasten

In deze begrotingswijziging actualiseren we de inkomsten en uitgaven voor de uitvoering van de Tozo (Tijdelijk overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers) regeling voor regiogemeenten ( € 300).

 

Bestemmingsreserve IT

In 2020 is € 600 minder afgeschreven dan begroot doordat de begrote afschrijvingslasten met een andere methodiek zijn berekend dan zou moeten volgens de financiële spelregels. Deze afschrijvingskosten komen onvermijdelijk wel ten laste van het programma in 2021. Om deze kosten van € 600 dit jaar te kunnen dekken, wordt € 600 uit de bestemmingsreserve onttrokken die met dit doel is gevormd uit het rekeningresultaat 2020.

 

Bestemmingsreserve Tozo uitvoeringskosten meerjarig

Bij de jaarrekening 2020 is een bestemmingsreserve van € 7,5 mln gevormd voor Tozo-uitvoeringskosten (Tozo 1 t/m 3) die doorlopen na 2020. In deze begrotingswijziging worden uitvoeringskosten voor deze doorlopende werkzaamheden onttrokken voor de jaren 2021 t/m 2025. De reden dat deze werkzaamheden zo lang doorlopen heeft te maken met de afwikkeling van bedrijfskredieten.
De kosten voor de doorlopende werkzaamheden van 2020 bedragen ongeveer € 7,5 mln. Deze baten en lasten worden meerjarig verdeeld. In 2021 bedraagt dit € 5,9 mln, 2022 € 182, 2023 tot en met 2025 € 365.

 

Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK)

Het is duidelijk dat de coronapandemie erger is dan verwacht. De pandemie heeft ervoor gezorgd dat de inkomsten van de burger zijn gedaald en hierdoor de woonlasten niet meer betaald kunnen worden. Hiervoor kan de burger gebruik maken van Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK). TONK is een eenmalige vergoeding voor de noodzakelijke kosten (met name vaste woonlasten). In de voorjaarsnota wordt de 1e tranche verwerkt van deze nieuwe regeling. In de voorjaarsnota wordt de 1e tranche (€ 4,3 mln) verwerkt van deze nieuwe regeling.

 

Technische wijzigingen

In taakveld Inkomensregelingen - Inkomen zijn er diverse technische wijzigingen geweest. Direct achter de technische wijziging is het effect op het saldo weergegeven

De grootste wijzigingen zijn: Actualisatie begroting Hallo Werk € 311, budgetoverheveling applicatie Sorga (€ 200 in 2021 en € 850 van 2022 t/m 2025) en diverse kleine technische wijzigingen (€ 170).

Omschrijving taakveld

Binnen het taakveld Inkomensregelingen biedt de gemeente inkomensondersteuning aan Rotterdammers die dit nodig hebben door het verstrekken van uitkeringen. Daarnaast vindt er binnen dit taakveld handhaving plaats, wat bijdraagt aan de rechtmatigheid van de verstrekte uitkeringen.

Dienstverlening is niet alleen een product of dienst die de gemeente biedt, maar ook de manier waarop ze deze product of dienst levert: de persoonlijke bejegening door de ambtenaar. De ambtenaren zijn attent en werken Rotterdammergericht: Ze handelen proactief, situationeel, passen het gedrag aan de klant en de omstandigheden aan. De dienstverlening is mensgericht. Het contact is vriendelijk, open, respectvol en beleefd. Ze luistert, leeft zich in in de situatie van de ander en zijn betrokken. Ze neemt persoonlijk contact op als de situatie erom vraagt. Ze is bereikbaar en service wordt geboden door een medewerker met kennis van zaken.

De dienstverlening is duidelijk. Er is inzicht in de servicenormen en hoe de gemeente daarop presteert. Informatie over de tevredenheid van de dienstverlening wordt gebruikt voor verbetering van de dienstverlening. De informatie is eenduidig, duidelijk, volledig, juist en actueel. Informatie over producten en diensten is digitaal beschikbaar of afneembaar.
Klachten en bezwaren worden gezien als een aanleiding om te leren hoe de dienstverlening aan de uitkeringsgerechtigden kan worden verbeterd. Fouten maken mag en zijn aanleiding om te verbeteren. Klachten gaan vaak over tijdigheid en kwaliteit van de organisatie en over de bejegening van ambtenaren. De klachten, met name bejegeningsklachten, worden tot een minimumniveau teruggedrongen.

Tot het taakveld Inkomensregelingen behoren:

  • inkomensvoorzieningen en loonkostensubsidies op grond van de Participatiewet
  • IOAW (Wet inkomensvoorzieningen oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers)
  • IOAZ (Wet inkomensvoorzieningen oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen)
  • kosten van levensonderhoud uit het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen (Bbz 2004)
  • kosten levensonderhoud voor startende ondernemers uit Bbz 2004