Algemene middelen
Algemene dekkingsmiddelen levert een bijdrage aan de manier waarop het college werkt aan structureel houdbare gemeentefinanciën
Omschrijving programma
Het programma Algemene middelen levert een bijdrage aan de manier waarop het college werkt aan structureel houdbare gemeentefinanciën. Dit programma gaat in op de volgende zaken:
- een sluitende begroting en meerjarenraming
- een gedegen beheer van deelnemingen en verbonden partijen
- een weerstandsvermogen van minimaal 1,0, waarbij het weerstandsvermogen is geënt op de financiële risico’s
- een stabiel beleid voor de gemeentelijke woonlasten en algemene belastingen
- een gedegen treasury-functie en financieringsbeleid
- zorgen voor voldoende en gedegen financiële ruimte om investeringen mogelijk te maken, om samen met andere partijen te kunnen werken aan de toekomst van de stad
Het programma Algemene middelen omvat:
- de uitkeringen uit het gemeentefonds
- de opbrengsten van de algemene belastingen
- de opbrengsten uit deelnemingen
- het treasury-resultaat
- concernbrede bestemmingsreserves
- concernbrede stelposten
- te betalen bedragen vennootschapsbelasting
- de post onvoorzien
Het programma Algemene middelen is, anders dan de overige programma's van deze begroting, relatief beleidsarm te noemen en wijkt in opzet en inhoud hiervan af. In hoofdstuk 1 Financiële Beschouwingen en in de paragrafen Lokale heffingen, Weerstandsvermogen en risicobeheersing, Verbonden partijen en Financiering van de Begroting 2020 zijn de inhoudelijke doelstellingen, indicatoren en kengetallen opgenomen.
Voor het programma Algemene middelen gelden de volgende indicatoren en kengetallen:
- gemeentelijke woonlasten (één- en meerpersoonshuishouden)
- gemiddelde WOZ-waarde woningen
- weerstandsvermogen
- structurele exploitatieruimte
- solvabiliteitsrisico
- EMU-saldo (vorderingensaldo)
- kasgeldlimitet
- renterisiconorm
- netto schuldquote
BBV-indicatoren
Het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) verplicht gemeenten om een aantal door het Rijk voorgeschreven beleidsindicatoren in hun begroting op te nemen. Dit is verplicht gesteld om de onderlinge vergelijkbaarheid tussen gemeenten te vergroten. Alle gemeenten moeten gebruik maken van dezelfde bronnen en peildata. Via de website van Waarstaatjegemeente is vergelijking met andere gemeenten mogelijk. Voor het overzicht Algemene dekkingsmiddelen zijn de indicatoren 'gemeentelijke woonlasten eenpersoonshuishouden' en 'gemeentelijke woonlasten meerpersoonshuishouden' van toepassing, waarbij gemeentelijke woonlasten bestaan uit het totaal van de aanslag onroerend zaakbelasting (OZB) eigenaar woningen, de rioolheffing en de afvalstoffenheffing. De grootte van het huishouden heeft alleen invloed op de hoogte van het tarief afvalstoffenheffing.
BBV-indicator | Bron | ||
---|---|---|---|
Gemeentelijke woonlasten eenpersoonshuishouden | Realisatie 2018 | € 672,61 | COELO |
Prognose 2019 | € 670,01 | ||
Prognose 2020 | € 691,20 | ||
Gemeentelijke woonlasten meerpersoonshuishouden | Realisatie 2018 | € 716,91 | COELO |
Prognose 2019 | € 744,11 | ||
Prognose 2020 | € 774,90 | ||
Gemiddelde WOZ waarde woningen 2018 | Nederland | € 230.000 | CBS |
Rotterdam | € 166.000 |
Toelichting BBV-indicatoren
Bij de Voorjaarsnota 2019 is besloten de tarieven van leges en rechten in principe met maximaal de Consumentenprijsindex (CPI) -trend (1,5%) ten opzichte van 2019 te laten stijgen.
Een uitzondering hierop zijn de tarieven afvalstoffenheffing. Met ingang van 2019 kent Rotterdam naast het tarief afvalstoffenheffing voor een eenpersoonshuishouden dan ook een tarief voor een tweepersoons- en een tarief voor een drie- of meerpersoonshuishouden. Bij de Voorjaarsnota 2019 is besloten om vanaf 2020 de, door het Rijk opgelegde, belasting op het verwerken van restafval (de afvalstoffenbelasting) op te nemen in de tarieven afvalstoffenheffing. Een andere uitzondering is het basistarief rioolheffing.
Bij de vaststelling van het huidige Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP4) in 2015 is besloten dat het tarief jaarlijks met € 5,00 en de CPI-trend stijgt. Ondanks de gemiddelde waardestijging van woningen met 16%, wordt verder voorgesteld de gemiddelde OZB-aanslag voor een eigenaar/bewoner ten opzichte van 2019 gelijk te houden.
De gemeentelijke woonlasten (dat wil zeggen de som van afvalstoffenheffing, rioolheffing en gemiddelde OZB-aanslag eigenaar/bewoner) stijgen hierdoor in 2020 voor een eenpersoonshuishouden met € 19,30 (2,88%), voor een tweepersoonshuishouden met € 26,50 (3,68%) en voor een drie- of meerpersoonshouden met € 30,10 (4,04%) ten opzichte van 2019.
Voor 2020 wordt het kwijtscheldingspercentage verhoogd van 75% naar 76,5%. Hiermee leidt de stijging van de tarieven afvalstoffenheffing in 2020 niet tot een lastenverzwaring voor Rotterdammers, die voor kwijtschelding in aanmerking komen (zie voor een nadere toelichting de paragraaf Lokale Heffingen).
De gemiddelde WOZ-waarde van woningen in 2018 ligt in Rotterdam (€ 166.000) onder het landelijke gemiddelde (€ 230.000). In Rotterdam is sinds 2017 weer sprake van een stijging van de gemiddelde WOZ-waarde van woningen. Wanneer deze stijging de komende jaren relatief hoger is dan in de rest van Nederland zal de indicator dichter naar het landelijk gemiddelde groeien. Deze indicator is landelijk verplicht en betreft geen streefwaarde waar de gemeente Rotterdam op stuurt.
Overzicht algemene dekkingsmiddelen
Het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) schrijft voor dat er bij programmabegrotingen een programmaplan hoort dat naast de verschillende programmakosten een overzicht bevat van de kosten voor overhead, het bedrag voor te betalen vennootschapsbelastingen, het bedrag voor onvoorzien en een overzicht van algemene dekkingsmiddelen.
Het programma Overhead bevat een overzicht van de kosten voor overhead, de te betalen vennootschapsbelastingen worden verantwoord op het taakveld Vennootschapsbelasting en het bedrag onvoorzien op het taakveld Overige baten en lasten – Beheer algemene middelen. De algemene dekkingsmiddelen onderscheiden zich van de andere dekkingsmiddelen doordat de gemeente deze middelen vrij kan aanwenden.
In het overzicht van baten en lasten omvat de volgende algemene dekkingsmiddelen.
Algemene dekkingsmiddelen | Jaarrekening 2018 | Begroting 2019 (1) | Begroting 2020 |
---|---|---|---|
Lokale heffingen | 278.105 | 280.132 | 292.126 |
Algemene uitkeringen gemeentefonds | 1.646.908 | 1.681.285 | 1.782.611 |
Dividend | 112.000 | 145.493 | 108.784 |
Saldo financieringsfunctie | -33.198 | -31.063 | -36.294 |
Totaal | 2.003.815 | 2.109.097 | 2.147.227 |
(1) Stand na 10 maandsbrief 2019 |
Lokale heffingen
Tot de algemene dekkingsmiddelen worden ook de baten uit heffingen van de algemene belastingen gerekend. Anders dan bij bestemmingsheffingen is de besteding van de baten uit heffing van deze algemene belastingen niet gebonden. Tot de algemene belastingen behoren de onroerendzaakbelasting (OZB), de roerendzaakbelasting, de logiesbelasting en de reclame- en precariobelasting. Dit is exclusief de baten uit de bestemmingsheffingen, zoals de afval- en rioolheffing, bedrijfsreinigingsrecht en leges omgevingsvergunningen en de inkomsten uit parkeren. In de paragraaf Lokale heffingen is een toelichting opgenomen. In onderstaande tabel zijn betreffende baten opgenomen.
Lokale heffingen | Jaarrekening 2018 | Begroting 2019 (1) | Begroting 2020 | Programma |
---|---|---|---|---|
Onroerendezaakbelasting (1) (2) | 244.779 | 244.426 | 254.027 | Algemene middelen |
Logiesbelasting (3) | 6.602 | 10.885 | 11.988 | Algemene middelen |
Hondenbelasting (3) | 20 | 0 | 0 | Algemene middelen |
Reclame- en precariobelasting | 26.579 | 24.821 | 26.111 | Algemene middelen |
Totaal | 278.105 | 280.132 | 292.126 | |
(1) Stand na 10 maandsbrief 2019 | ||||
(2) inclusief intragemeentelijke aanslagen OZB | ||||
(3) deze heffingen worden, op grond van het BBV, tezamen met de inkomsten uit de rioolheffing in het Overzicht van baten en lasten verantwoord onder Belastingen |
Algemene uitkeringen gemeentefonds
Dit betreft het totaal van de verschillende soorten uitkeringen uit het gemeentefonds: de integratie-uitkeringen (waaronder het Sociaal Domein), de decentralisatie-uitkeringen en de algemene uitkering. Deze baten worden verantwoord op het programma Algemene middelen en op het taakveld Algemene uitkeringen en overige uitkeringen gemeentefonds.
Dividend
De dividenden die de gemeente van deelnemingen ontvangt, behoren eveneens tot de algemene dekkingsmiddelen. Deze dividenden worden verantwoord op de programma's Algemene middelen, Overhead en Bestuur en Dienstverlening.
Dividend | Jaarrekening 2018 | Begroting 2019 (1) | Begroting 2020 | Programma |
---|---|---|---|---|
Bank Nederlandse Gemeenten NV | 814 | 916 | 500 | Algemene middelen |
BV Gemeenschappelijk bezit Evides | 8.959 | 8.958 | 8.750 | Algemene middelen |
Eneco Holding NV | 20.121 | 21.548 | 17.102 | Algemene middelen |
Stedin Holding NV | 8.882 | 14.460 | 9.829 | Algemene middelen |
Havenbedrijf Rotterdam NV | 67.033 | 68.335 | 69.703 | Algemene middelen |
Royal Schiphol NV | 3.308 | 2.585 | 2.750 | Algemene middelen |
Erasmus MC Biomedical Fund | 22 | 41 | 0 | Algemene middelen |
Sportbedrijf | n.v.t. | 150 | 150 | Algemene middelen |
RET | 0 | 27.500 | 0 | Algemene middelen |
Multidiensten | 1.000 | 1.000 | 0 | Bestuur en dienstverlening |
Multi Employment Rotterdam BV (MER) | 1.337 | 0 | 0 | Overhead |
SSC Flex | 484 | 0 | 0 | Overhead |
Totaal | 112.000 | 145.493 | 108.784 | |
(1) Stand na 10 maandsbrief 2019 |
Saldo financieringsfunctie
Het saldo van de financieringsfunctie betreft het saldo van de betaalde rente over de leningen, rekening-courant en de ontvangen rente over uitzettingen. De baten worden verantwoord binnen de betreffende programma’s, met name Algemene middelen en Stedelijke inrichting en ontwikkeling.
Overzicht baten en lasten
Overzicht van baten en lasten Algemene middelen | Realisatie 2018 | Begroting 2019 | Begroting 2020 | Raming 2021 | Raming 2022 | Raming 2023 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Baten exclusief reserves | 2.055.431 | 2.122.483 | 2.196.880 | 2.194.556 | 2.150.835 | 2.166.331 |
|
Bijdragen rijk en medeoverheden | 1.646.935 | 1.681.285 | 1.782.611 | 1.776.572 | 1.746.401 | 1.762.661 | |
Belastingen | 251.361 | 255.401 | 266.138 | 268.395 | 269.403 | 269.403 | |
Dividenden | 109.139 | 144.494 | 108.785 | 111.387 | 110.901 | 110.739 | |
Financieringsbaten | 9.373 | 9.666 | 6.373 | 5.829 | 5.262 | 4.663 | |
Overige opbrengsten derden | 34.876 | 32.361 | 33.691 | 33.090 | 19.584 | 19.579 | |
Overige baten | 3.747 | -724 | -718 | -717 | -716 | -714 | |
Lasten exclusief reserves | 31.710 | 9.522 | 12.962 | 5.820 | 8.474 | 12.302 |
|
Apparaatslasten | 13.491 | 15.234 | 15.493 | 15.395 | 15.352 | 15.352 | |
Inhuur | 1.640 | 856 | 487 | 487 | 487 | 487 | |
Overige apparaatslasten | 302 | 490 | 531 | 531 | 531 | 531 | |
Personeel | 11.548 | 13.888 | 14.475 | 14.377 | 14.335 | 14.335 | |
Interne resultaat | -6.251 | -12.029 | -12.240 | -11.850 | -11.850 | -11.850 | |
Interne resultaat | -6.251 | -12.029 | -12.240 | -11.850 | -11.850 | -11.850 | |
Programmalasten | 24.470 | 6.317 | 9.708 | 2.276 | 4.972 | 8.800 | |
Financieringslasten | 41.000 | 38.228 | 43.232 | 60.017 | 63.803 | 67.281 | |
Inkopen en uitbestede werkzaamheden | 5.649 | 7.464 | 9.394 | -7.588 | -7.568 | -7.231 | |
Kapitaallasten | -34.286 | -55.418 | -53.915 | -57.248 | -58.358 | -58.345 | |
Overige programmalasten | 8.204 | 12.141 | 7.095 | 7.095 | 7.095 | 7.095 | |
Salariskosten WSW en WIW | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Subsidies en inkomensoverdrachten | 3.903 | 3.903 | 3.903 | 0 | 0 | 0 | |
Saldo voor vpb en reserveringen | 2.023.721 | 2.112.961 | 2.183.918 | 2.188.736 | 2.142.361 | 2.154.029 | |
Vennootschapsbelasting | 728 | 800 | 800 | 800 | 800 | 800 |
|
Saldo voor reserveringen | 2.022.993 | 2.112.161 | 2.183.118 | 2.187.936 | 2.141.561 | 2.153.229 | |
Reserves | -42.552 | -34.765 | -14.136 | -51.377 | -43.482 | -125.091 |
|
Onttrekking reserves | 1.141 | 8.614 | 9.863 | 143 | 7.290 | -333 | |
Toevoeging reserves | 144.395 | 68.965 | 39.188 | 68.572 | 68.072 | 142.058 | |
Vrijval Reserves | 100.702 | 25.586 | 15.188 | 17.053 | 17.300 | 17.300 | |
Saldo | 1.980.441 | 2.077.396 | 2.168.982 | 2.136.559 | 2.098.079 | 2.028.138 |
Financiële bijstellingen
Bijstellingen | Begroting 2019 | |
---|---|---|
Begroting 2020 (inclusief 2e Herziening 2019) | 2.130.189 | |
Bijstellingen 10-maandsrapportage | Categorie | |
Actualisatie algemeen deel Gemeentefonds | Ramingsbijstellingen onvermijdelijk | -11.430 |
Actualisatie rente grondexploitaties | Ramingsbijstellingen onvermijdelijk | 0 |
Bijstelling dividend deelneming | Ramingsbijstellingen onvermijdelijk | 353 |
Financieringsbaten | Ramingsbijstellingen onvermijdelijk | 1.081 |
Overige opbrengsten belastingen | Ramingsbijstellingen onvermijdelijk | -500 |
Vorming voorziening vennootschapsbelasting | Ramingsbijstellingen onvermijdelijk | -4.445 |
Actualisatie investeringen | Ramingsbijstellingen onvermijdelijk | 212 |
Vrijval stelpost omslagrente | Ramingsbijstellingen onvermijdelijk | 500 |
Actualisatie taakmutaties Gemeentefonds | Taakmutaties | 7.737 |
Regio Deal Rotterdam | Taakmutaties | -33.250 |
Sluitpost saldo Algemene Reserve | Reserves | -12.992 |
Diverse bijstellingen | Technische wijzigingen | -59 |
Begroting na wijzigingen | 2.077.396 |
Toelichting financiële bijstellingen
Actualisatie algemeen deel Gemeentefonds
Op Prinsjesdag, dinsdag 17 september jl., zijn onder andere de Miljoenennota, de Rijksbegroting en de septembercirculaire Gemeentefonds 2019 gepubliceerd. Volgens het systeem van ‘samen-de-trap-op-en-samen-de-trap-af hebben wijzigingen in vrijwel alle rijksuitgaven direct invloed op de omvang van het Gemeentefonds. De jaarlijkse voeding van het Gemeentefonds (positief of negatief) wordt het accres genoemd. Tezamen met een vrijval van € 1,9 mln op het taakveld ‘Overige baten en lasten - Beheer algemene middelen’ daalt de algemene uitkering per saldo met € 11,4 mln. De belangrijkste verklaringen voor wijzigingen van het accres zijn aanpassingen in het investeringsritme van de ministeries van Infrastructuur en Waterstaat én Defensie, het woningmarktpakket, het sluiten van het pensioenakkoord en bijstellingen van loon- en prijsontwikkelingen. Daarnaast leiden wijzigingen van waarden van maatstaven, waaronder die van het ‘sociaal domein’, WOZ-waarden en bijstandsgerechtigden, tot mutaties in de algemene uitkering.
Actualisatie rente grondexploitaties
De aan de grondexploitaties toegerekende rente is herrekend op basis van het geactualiseerde investeringsvolume in de grondexploitaties. De rente maakt onderdeel uit van de boekwaarde van de grondexploitaties en wordt net als de reguliere mutaties in de grondexploitaties conform de BBV overgeboekt naar de balans. Het effect van de actualisatie van de aan de grondexploitaties toegerekende rente is saldo neutraal.
Bijstelling dividend deelneming
Op basis van geprognosticeerde dividend 2019 van deelneming Evides blijkt dat de gemeente Rotterdam € 353 meer dividenden over 2018 in 2019 ontvangt dan geraamd.
Financieringsbaten
In september en oktober 2019 zijn nieuwe leningen aangetrokken. Vanwege de huidige negatieve rentestand ontvangt de gemeente bij het afsluiten van deze leningen € 1,1 mln.
Overige opbrengsten belastingen
De bedragen die door Belastingen niet kunnen worden herleid aan een openstaande vordering, worden in de administratie apart gelabeld. In 2019 zijn deze verwachte opbrengsten € 0,5 mln lager dan begroot.
Vorming voorziening vennootschapsbelasting
Met ingang van 2016 zijn op grond van rijkswetgeving ook gemeenten vennootschapsbelastingplichtig geworden. De totaal verschuldigde vennootschapsbelasting (Vpb) van de gemeente Rotterdam worden verantwoord op het taakveld Vennootschapsbelasting. Op basis van een concernbrede inventarisatie van activiteiten zijn voor 2016 en verdere jaren uitsluitend bepaalde activiteiten van het Lease-bedrijf onder de Vpb-bepalingen begrepen en begroot.
Momenteel vinden gesprekken plaats met de Rijksbelastingdienst (RBD), waarin de RBD ook andere activiteiten onder de Vpb-bepalingen wil brengen, te weten: het beschikbaar stellen van ruimte voor reclameuitingen en de verhuur van brandstofverkooppunten. De RBD heeft aangegeven onze Vpb-aangifte, met ingang van heffingsjaar 2016, hierop te willen corrigeren. De gemeente neemt hierbij het standpunt in dat in geval van deze activiteiten geen sprake is van Vpb-plichtige ondernemersactiviteiten, maar van vermogensbeheer. Een bezwaar- en beroepsgang tegen de opgelegde Vpb-aanslagen ligt daarom in de rede.
Op dit moment heeft de gemeente Rotterdam nog geen definitieve Vpb-aanslag 2016 ontvangen. In afwachting daarvan wordt voorgesteld om deze verwachte Vpb-aanslag over de periode 2016 t/m 2019 nu al te voorzien. Het te voorziene bedrag over deze periode is gebaseerd enerzijds op de Vpb-lasten voor de omvang van de activiteiten reclameuitingen en brandstofverkooppunten en anderzijds op de verwachte kans dat onze gemeente in het voordeel gesteld wordt bij een gerechtelijke uitspraak. Dit voorziene bedrag over de periode 2016 t/m 2019 bedraagt daarmee € 4,4 mln (inclusief eventueel verschuldigde belastingrente). Afhankelijk van het verloop van de rechtsgang zullen eventueel ook latere heffingsjaren voorzien moeten worden.
Actualisatie investeringen
Op basis van het geactualiseerde concernbrede investeringsvolume vindt herberekening plaats van de toegerekende rente. Hierdoor ontstaat bij het taakveld Treasury een voordeel van € 212.
Vrijval stelpost omslagrente
Bij de 2e Herziening 2019 zijn de financiële effecten van de verlaging van de omslagrente van 2,25 % naar 2,0 % voor het gehele concern nog verrekend op het taakveld Treasury. Daarbij was op het taakveld Treasury een stelpost (€ 500) opgenomen voor eventuele onvoorziene effecten van de omslagrente. Voor 2019 wordt voorgesteld om deze vrij te laten vallen ten gunste van het algemeen beeld.
Actualisatie taakmutaties Gemeentefonds
Als gevolg van de septembercirculaire Gemeentefonds vinden wijzigingen in de taakmutaties plaats. In de septembercirculaire zijn voor het jaar 2019 in hoofdzaak middelen (€ 7,7 mln) beschikbaar gesteld voor de aanpak van het lerarentekort, het programma ‘aardgasvrije wijken’ en voor maatschappelijke opvang. Mutaties worden verwerkt bij de desbetreffende programma's.
Regio Deal Rotterdam Zuid
Recent is door het Rijk aangegeven dat de ter beschikking gestelde middelen voor de Regio Deal Rotterdam Zuid niet meer via het Gemeentefonds worden uitbetaald, maar via subsidie op basis van de kaderwet EZK- en LNV. Dit betekent dat deze middelen niet meer op het programma Algemene middelen worden begroot, maar op de programma’s waar ook de uitgaven plaatsvinden.
Sluitpost saldo Algemene Reserve
De toevoegingen en onttrekkingen aan de Algemene reserve dienen als sluitpost voor het in evenwicht brengen van de concern exploitatie. Daartoe worden deze toevoegingen en onttrekkingen voorgesteld.
Diverse bijstellingen
Dit betreft diverse bijstellingen op de arbeidskosten.