De 10-maandsrapportage is de laatste bijstelling van de begroting van het lopende jaar. Deze 10M gaat dus alleen over 2022. De focus van deze 10M ligt op het tegengaan van begrotingsonrechtmatigheden bij de jaarrekening en het verwerken van enkele grote bijstellingen waarvan de gegevens laat in het jaar beschikbaar komen (septembercirculaire gemeentefonds, definitief budget BUIG en grondexploitaties).

Op de pagina Samenvatting bijstellingen is een overzicht gegeven van alle bijstellingen.

Resultaat 10M

De 10M 2022 heeft een negatief resultaat van € 21,2 mln dat voornamelijk wordt veroorzaakt door een aantal grotere bijstellingen:

  • Actualisatie gemeentefonds (€ -15,9 mln)
  • Aanpassing winstneming grondexploitaties: (€ -11,6 mln)
  • Dotatie voorziening dubieuze debiteuren bijstandsuitkeringen (€ -5,5 mln)
  • Armoede incl. Actieplan Geldzorgen (€ -3,4 mln)

Hiertegenover staan de volgende meevallers:

  • vrijval van € 8 mln. uit de voorziening pensioenen oud-bestuurders
  • Opbrengst veiling brandstofpunten van €10 mln.

Daarnaast leiden ook de actualisatie van het te ontvangen BUIG-budget en de verwachte uitkeringslasten voor de rest van het jaar tot een tegenvaller van € -6,5 mln. in 2022. Deze bijstellingen hebben geen saldo effect omdat deze worden gedekt vanuit de bestemmingsreserve BUIG (die is bedoeld om schommelingen in de BUIG op te vangen). De reserve BUIG daalt daarmee van € 25,0 mln. naar € 18,5 mln.

Vanwege de focus van de 10M op onrechtmatigheden en actualisatie van een beperkt aantal dossiers geeft het resultaat geen compleet beeld van de huidige financiële situatie van de gemeente en het resultaat moet dus ook niet op die wijze gelezen worden.

Risico’s en aandachtspunten richting jaarrekening

Door de beperkte focus van de 10M is het goed mogelijk dat het jaarrekeningresultaat anders zal uitpakken dan nu verwerkt. Waar substantiële afwijkingen worden verwacht, staan deze gemeld bij de risico’s en aandachtpunten onder de tegel Financiën bij elk programma.

Inflatie en stijging energiekosten

Als gevolg van de huidige hoge inflatie en energiekosten verwachten we ook als gemeente hogere lasten te krijgen. Voor 2022 zien we de effecten ervan terug op slechts een beperkt aantal terreinen, zoals de grondexploitaties waar we het eerder verwachte resultaat niet langer als realistisch beschouwen. Ook zijn in deze 10M de kosten opgenomen verbonden aan het Actieplan Geldzorgen, waarover we u eerder hebben geïnformeerd (12 oktober, 22bb6604). Tezamen maakt dit een groot deel uit van het negatieve resultaat van deze 10M.

Vanaf 2023 verwachten we dat de prijsstijgingen in bredere zin invloed gaan krijgen op de gemeentelijke begroting, zoals de stijgingen van de energieprijzen, materiaalprijzen en de stijging van de financieringsrente en nieuwe cao-gemeenteambtenaren. In de Voorjaarsnota zullen deze effecten zichtbaar worden.