Begroting 2020

Met nieuwe energie bouwen aan de stad van morgen

Ruimtelijke Ordening - Ontwikkeling Pagina 76

Ruimtelijke Ordening - Ontwikkeling

Beleidskaders, -monitors en wetgeving

Ontwikkelen van een integrale omgevingsvisie en strategie voor de ontwikkeling en groei van de stad

Zorgen voor de implementatie van de Omgevingswet

Zorgen voor actuele, flexibele en toekomstgerichte juridische kaders voor de ontwikkeling van de stad

Ontwikkelingen en voortgang

Ga naar vorig P&C-document

De doelstellingen van het taakveld zoals opgenomen onder “wat willen we bereiken” en “wat gaan we daarvoor doen” zijn nog actueel. Er zijn geen ontwikkelingen die aanleiding geven tot het vermelden van afwijkingen in het beoogde effect of onze inspanningen.

Tijdens de Europese Top van 20 juni 2019 heeft de Europese Raad zijn strategische agenda voor 2019-2024 gepresenteerd. Er zijn sterke aanknopingspunten voor de gemeente met de Europese agenda. De nieuwe Europese Commissie die vanaf 1 november 2019 zal aantreden komt met een definitief werkprogramma voor de vijfjarige termijn en voor het eerste jaar. Deze agenda’s worden getoetst aan de doelstellingen in het taakveld [Ruimtelijke Ordening - Ontwikkeling]. Op basis hiervan wordt voor het taakveld een EU werkprogramma opgesteld. Hierin wordt opgenomen welke opgave Europese middelen beschikbaar zijn en welke invloed huidige en toekomstige Europese regelgeving heeft op het bereiken van de doelstellingen.

Wat willen we bereiken

Een integrale omgevingsvisie en strategie voor de goede groei van de stad

Een goede implementatie van de Omgevingswet

Het Omgevingsplan Rotterdam

Wat gaan we daar voor doen

Ontwikkelen van een integrale omgevingsvisie en strategie voor de ontwikkeling en groei van de stad

Implementatie van de Omgevingswet

Omgevingsplan

Wat kost het

Overzicht van baten en lasten Ruimtelijke Ordening - OntwikkelingRealisatie 2018Begroting
2019
Begroting
2020
Raming
2021
Raming
2022
Raming
2023
Baten exclusief reserves1.2045.3654.000768768768

Bijdragen rijk en medeoverheden 1.052 5.365 4.000 768 768 768
Overige opbrengsten derden 152 0 0 0 0 0
Overige baten 0 0 0 0 0 0
Lasten exclusief reserves1.12611.82311.1137.6917.4939.876

Apparaatlasten 12.950 16.678 17.080 16.985 16.996 19.589
Inhuur 1.598 1.584 1.565 1.492 1.503 4.218
Overige apparaatslasten 176 302 311 311 311 311
Personeel 11.175 14.792 15.203 15.182 15.182 15.060
Interne resultaat -15.361 -12.903 -12.704 -12.715 -12.874 -12.583
Interne resultaat -15.361 -12.903 -12.704 -12.715 -12.874 -12.583
Programmalasten 3.537 8.048 6.737 3.421 3.371 2.871
Inkopen en uitbestede werkzaamheden 3.603 8.048 6.737 3.421 3.371 2.871
Overige programmalasten -66 0 0 0 0 0
Salariskosten WSW en WIW 0 0 0 0 0 0
Saldo voor vpb en reserveringen 78 -6.458 -7.113 -6.923 -6.725 -9.108
Saldo voor reserveringen 78 -6.458 -7.113 -6.923 -6.725 -9.108
Reserves1.48800000

Onttrekking reserves 1.488 0 0 0 0 0
Saldo 1.566 -6.458 -7.113 -6.923 -6.725 -9.108

Financiële bijstellingen

Bijstellingen Begroting 2019Begroting 2020Raming 2021Raming 2022Raming 2023
Voorjaarsnota 2019   -719 -822 -616 -515 107
Bijstellingen Begroting 2020 Categorie          
Actualisatie personele en materiële budgetten Technische wijzigingen 342 -24 140 462 -2.680
Doorbelasting overhead van projecten Technische wijzigingen -6.081 -5.984 -5.989 -6.604 -5.927
Verdeling digitaliseringsagenda Technische wijzigingen 0 -285 -459 -547 -547
Diverse bijstellingen Technische wijzigingen 0 0 0 -62 -62
Begroting na wijzigingen   -6.458 -7.113 -6.923 -6.725 -9.108

Toelichting financiële bijstellingen

Actualisatie personele en materiele budgetten

Voor de jaren 2019 tot en met 2023 zijn de personele en materiële budgetten geactualiseerd. Dit leidt tot technische bijstellingen in de inhuur, overhead en programmalasten. Deze mutaties hebben effect op de 3 programma's Stedelijke Inrichting en Ontwikkeling, Verkeer en Vervoer en Overhead. Per saldo resulteert dit in een budget neutrale verschuiving over de programma's heen.

 

Doorbelasting overhead van projecten

De toelichting op de bijstelling is opgenomen onder ‘samenvatting bijstellingen'.

 

Verdeling digitaliseringsagenda

Bij de Voorjaarsnota 2019 is de uitvoering van de Digitaliseringsagenda in de begroting verwerkt. De dekking voor de Digitaliseringsagenda dient te worden vrijgespeeld vanuit het niet invullen van vacatures en materiële budgetten. Bij de voorjaarsnota is binnen het programma Stedelijke inrichting en ontwikkeling een budgetverlaging van € 1,5 mln in 2020 oplopend tot € 2,9 mln in 2022 doorgevoerd. Bij deze Begroting 2020 wordt deze budgetverlaging over de verschillende afdelingen herverdeeld. Dit heeft effect op de programma’s Stedelijke inrichting en ontwikkeling, Economische Zaken en Verkeer en Vervoer.

 

Diverse bijstellingen

Dit betreft diverse technische mutaties tussen kostenplaatsen en/of kostendragers.

Beleidskaders, beleidsmonitoren en wet- en regelgeving

  • Gebiedsaanpak energietransitie
  • Groenplan Binnenstad
  • Meerjarenplan Bouw en Woningtoezicht 2018-2021
  • Verkeer- en vervoersplan Rotterdam 2003-2020

Omschrijving taakveld

Doel is het verbeteren van de kwaliteit van de leefomgeving in Rotterdam, zodat het voor alle Rotterdammers, bezoekers, ondernemingen en ondernemers fijn wonen, leven, verplaatsen, ontmoeten, werken en recreëren is vandaag, morgen en overmorgen. Goede en effectieve kaders voor de fysieke leefomgeving dragen bij aan een goede ontwikkeling van Rotterdam met het oog op de groei van de stad, rekening houdend met gewenste transities in de stad.

De stad zal de komende jaren verder groeien en te maken krijgen met grote transities. Richting het einde van de collegeperiode zal het aantal inwoners snel gaan toenemen, we zullen vele woningen en daarbij behorende infrastructuren moeten bouwen. Tegelijk zullen we ons hele energiesysteem op de schop moeten nemen, materiaalstromen in de stad circulair gaan maken, de stad verder uitrusten voor de veranderingen in de digitale wereld, de stad toerusten voor wateroverlast en hittestress en de mobiliteitsstromen naar OV en fiets moeten kanaliseren. Deze groei en verandering van de stad betekent een grote ruimtelijke opgave, waarbij de bouw van nieuwe woningen gepaard zal moeten gaan met de bouw van (maatschappelijke) voorzieningen, kwalitatief hoogwaardig groen, genoeg plek voor energieopwekking,- opslag en -transport, een goede bereikbaarheid en voldoende werkgelegenheid. We anticiperen daarbij op ontwikkelingen op het gebied van klimaat, bevolkingssamenstelling en economische vernieuwing. Dit vraagt een ruimtelijke visie en ruimtelijke kaders, waarmee de gemeente richting geeft aan de ontwikkeling van een duurzame stad waarin het prettig wonen, werken en verblijven is. Deze visie krijgt de vorm van een omgevingsvisie, conform de eisen van de nieuwe Omgevingswet. Daarbij worden alle aspecten die de fysieke leefomgeving beïnvloeden in samenhang bezien.

De Omgevingswet bundelt de wetgeving en regels voor de fysieke leefomgeving. Vanaf 1 januari 2021 is er één integrale wet voor zaken als bodem, geluid, lucht, milieu, water, ruimtelijke ordening, monumentenzorg, natuur en gezondheid. Tot 2029 hebben we de tijd om helemaal in de geest van de wet te gaan werken. Die tijd is ook nodig, het is de grootste wetswijziging sinds de invoering van de Grondwet in 1848. De invoering van de wet gaat met veel veranderingen gepaard, maar de belangrijkste liggen op de volgende terreinen:

Andere manier van werken
De Omgevingswet vraagt vooral een andere manier van denken, werken en handelen. Van de stad maar ook van onze gemeentelijke organisatie. Integraal samenwerken binnen deze organisatie, collega-overheden, partners in de stad en bewoners. En daarnaast denken, redeneren en handelen vanuit het principe ‘ja-mits’ en procesgeoriënteerd. Een cultuurverandering waar de gemeente al langer mee bezig zijn en die we versterkt door moeten zetten.

Digitaal Stelsel Omgevingswet
Voor de nieuwe wet wordt landelijk een Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) ontwikkeld. Het DSO heeft voor de gebruiker de vorm van één digitaal loket. Het brengt alle relevante informatie over de fysieke leefomgeving bij elkaar die voor iedereen inzichtelijk is. Daarnaast kunnen bewoners, bedrijven en overheden via dit loket meldingen doorgeven of een vergunning aanvragen.

Kerninstrumenten
De Omgevingswet kent een aantal nieuwe instrumenten waar we als gemeente mee gaan werken. De belangrijkste zijn de volgende:

  • Omgevingsvisie (een samenhangende (integrale) strategische richting  voor de fysieke leefomgeving.
  • (Omgevings)programma’s (plannen waarmee we de veranderingen uit de omgevingsvisie concreet maken in de vorm van maatregelen).
  • Omgevingsplan (dit plan bevat alle regels over de fysieke leefomgeving die de gemeente stelt binnen haar grondgebied. Het is de opvolger van onder andere de huidige bestemmingsplannen en verordeningen, maar krijgt een veel bredere inhoud).