Begroting 2020

Met nieuwe energie bouwen aan de stad van morgen

Overhead Pagina 63

Overhead

De gemeentelijke primaire processen (opgenomen in de andere taakvelden) worden centraal ondersteund. Dit gebeurt door bestuurlijke besluitvorming, financiën, inkoop, verzekeringen, juridische diensten, communicatie, HR, ICT, facilitair, onderzoek, concernhuisvesting, auditing, control en alle leidinggevenden en de daarbij horende ondersteuning. Het doel is een kwalitatief hoogwaardige en zo efficiënt mogelijke organisatie, die samenwerkt met de uitvoering met als doel het verbeteren van de dienstverlening aan de Rotterdammer. Zo draagt het programma bij aan de collegedoelstellingen

TAAKVELD 1

Overhead - Concernondersteuning

Dit taakveld gaat om de ondersteuning van de organisatie op het gebied van bestuursondersteuning, financiën, inkoop, HRO, communicatie, juristen, ICT, onderzoek, business intelligence en concernhuisvesting

TAAKVELD 2

Overhead - Clusterondersteuning

Onder dit taakveld is het management en de directe ondersteuning van de beleidsmatige programma's opgenomen

TAAKVELD 3

Overhead - Audits en Control

Dit taakveld heeft betrekking op de ondersteuning van het bestuur en management ten aanzien van audits en control

TAAKVELD 4

Overige baten en lasten - Van Werk Naar Werk / VOIL

Dit taakveld heeft betrekking op het begeleiden van medewerkers naar ander werk binnen of buiten de gemeente

TAAKVELD 5

Overige baten en lasten - Verzekering

Onder het taakveld verzekeringen zijn de baten en lasten van het afdekken van risico's opgenomen

TAAKVELD 6

Overhead - Activering Overhead

Dit taakveld geeft aan wat de dekking op overhead is ten aanzien van geactiveerde uren

Omschrijving programma

In de paragraaf bedrijfsvoering beschrijven wij de inhoudelijke doelstellingen, programma’s en projecten.

Met ingang van de Begroting 2020 is er naast de bestaande taakvelden Concernondersteuning, Clusterondersteuning, Audit &Control, Van Werk Naar Werk en Verzekeringen een nieuw taakveld Activering Overhead opgenomen.

Bij investeringsprojecten wordt de overheadcomponent geactiveerd (opgenomen op de balans). Dat is in lijn met de voorschriften voor integrale kostentoerekening. Door kosten voor overhead te activeren ontstaat dekking in de exploitatie en dalen de totale kosten van het programma Overhead. Dit heeft een positief effect op de verplichte BBV indicator Overhead / Totale lasten.

 

Overzicht baten en lasten

Overzicht van baten en lasten OverheadRealisatie 2018Begroting
2019
Begroting
2020
Raming
2021
Raming
2022
Raming
2023
000000

0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0
0 0 0 0 0 0
Baten exclusief reserves12.7898.83413.69613.49213.44113.441

Bijdragen rijk en medeoverheden 1.801 858 858 858 858 858
Dividenden 1.861 675 0 0 0 0
Overige opbrengsten derden 7.385 6.721 12.838 12.634 12.583 12.583
Overige baten 1.741 580 0 0 0 0
Lasten exclusief reserves463.347439.280453.521450.058456.086448.232

Apparaatlasten 341.885 335.804 340.827 336.597 338.086 332.929
Inhuur 36.353 31.851 27.703 27.255 27.716 26.988
Overige apparaatslasten 13.616 9.428 7.753 7.694 7.562 7.892
Personeel 291.915 294.526 305.371 301.648 302.808 298.049
Interne resultaat 19.924 -6.358 -732 -2.239 -791 -1.880
Interne resultaat 19.924 -6.358 -732 -2.239 -791 -1.880
Programmalasten 101.538 109.834 113.427 115.700 118.790 117.184
Inkopen en uitbestede werkzaamheden 82.600 87.217 87.968 88.863 94.191 95.807
Kapitaallasten 13.262 18.794 22.373 23.987 22.144 19.091
Overige programmalasten 3.627 1.470 733 318 -77 -247
Salariskosten WSW en WIW 0 0 0 0 0 0
Sociale uitkeringen 2 0 0 0 0 0
Subsidies en inkomensoverdrachten 2.047 2.353 2.353 2.533 2.533 2.533
Saldo voor vpb en reserveringen -450.557 -430.445 -439.826 -436.566 -442.645 -434.792
Saldo voor reserveringen -450.557 -430.445 -439.826 -436.566 -442.645 -434.792
Reserves11.66312.9832.0008418-20

Onttrekking reserves 16.165 6.100 2.000 841 8 -20
Toevoeging reserves 5.519 1.423 0 0 0 0
Vrijval Reserves 1.016 8.306 0 0 0 0
Saldo -438.895 -417.463 -437.825 -435.725 -442.637 -434.811

Baten

De opbrengsten derden hebben voornamelijk betrekking op detacheringen van personeel bij derden. Daarnaast is er op het gebied van verzekeringen sprake van externe premie-inning van alle verzekeringssoorten en opbrengsten uit de afhandeling van schades.

Lasten

De apparaatslasten betreffen voornamelijk inzet van personeel voor ondersteuning van de primaire processen die plaatsvinden binnen de andere programma's. Programmalasten zijn enerzijds inkopen en uitbestede werkzaamheden, zoals huur- en servicekosten, verzekeringspremies, onderhoudskosten, ICT kosten en facilitair gerelateerde kosten. Anderzijds bestaan de lasten uit kapitaallasten, zoals rente en afschrijving.

 

Reserves

Bestemmingsreserve Innovatie & Digitalisering

De middelen van deze bestemmingsreserve worden aangewend voor de digitalisering van werkprocessen, het doorzetten van zaakgewijs werken en het verder ontwikkelen van informatie gestuurd werken (door het uitvoeren van pilots en het beschikbaar stellen van noodzakelijke techniek). In de eerste herziening 2019  zijn (meerjarig) middelen opgenomen voor de Digitaliseringsagenda. Derhalve zijn de resterende middelen uit deze reserve vrijgevallen (€ 112)

 

Bestemmingsreserve Doorontwikkeling organisatie

Op basis van het opnieuw ingerichte beheer van de reserve Doorontwikkeling organisatie worden lasten en baten overgeheveld naar de taakvelden waarop de daadwerkelijke verantwoording plaatsvindt.

 

Bestemmingsreserve Informatie beveiliging

De samenleving en het concern Rotterdam digitaliseren in snel tempo. Informatiebeveiliging en privacy worden steeds belangrijker en krijgen daarbij ook steeds meer aandacht. Om te voldoen aan wetgeving en de verwachting van burgers is een bestemmingsreserve gevormd.

 

Meerjarig verloop

De onder de baten gepresenteerde oploop vanaf 2020 betreft onder andere de inzet van Rotterdamse Interim-managers (BRIM). Deze baten verschuiven naar interne baten zodra de definitieve opdrachten bekend zijn. De bedoelde verschuiving heeft voor 2019 reeds plaatsgevonden.

De begrote inhuurlasten zijn voor 2019 hoger dan de jaren erna omdat ze meer in lijn zijn gebracht met de huidige verwachtingen. Voor de jaren 2020 en verder is dit nog niet overal gebeurd. Dit is voornamelijk het gevolg van het moeilijk in kunnen schatten van (extra) opdrachten voor de komende jaren. Als deze opdrachten zich voordoen is dit meestal het gevolg van intensiveringen of aanvullende interne opdrachten.

De personele lasten stijgen vanaf 2020 voornamelijk als gevolg van de indexering naar prijspeil 2020.

De stijging van de programmalasten vanaf 2020 wordt grotendeels verklaard door het deel van de kosten van de Digitaliseringsagenda dat hier is verwerkt. De interne lasten dalen vanaf 2019 als gevolg van de wijziging van de verwerking activering overhead.