Het college heeft opdracht gegeven met maatregelen te komen voor een toekomstbestendig zorgstelsel van Rotterdam. Deze bestuursopdracht Zorg moet leiden tot beperking van de groei van het beroep op de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en de Jeugdwet. De gemeente blijft hierover in gesprek met bewoners en zorgaanbieders in de jeugdzorg, de thuiszorg en de Wmo. Het integraal plan ‘Passende Zorg voor Heel de Stad’ is een aanvulling op het bestaande beleidskader ‘Heel de Stad': met deze aanvullingen op het beleid blijft de gemeente de uitgangspunten van ‘Heel de Stad’ hanteren, maar passend binnen de beperkte arbeidscapaciteit en middelen. Ook in regionaal verband (binnen de GRJR), worden er stijgende kosten gezien bij de specialistische jeugdhulp. Daar is er ook een Regionale Bestuursopdracht Kostenbeheersing (RBOK) gestart. Samen met regiogemeenten en de jeugdzorgaanbieders werkt de gemeente aan het terugdringen van de kostenstijging.
Daarnaast hebben we in december 2023 een regioplan ‘Samen zorg voor Morgen’ ondertekend waarin we (als uitwerking van het landelijke Integraal Zorgakkoord/IZA) afspraken gemaakt hebben binnen de zorgkantoorregio (Zilveren Kruis, de zorgaanbieders en de gemeenten Rotterdam, Capelle a/d IJssel en Krimpen a/d IJssel). Op basis van dit regioplan verschijnt in de zomer van 2024 een werkagenda, waarin verschillende maatregelen worden uitgewerkt. Daarbij wegen we ook welke rol het sociaal domein (en daarbinnen de gemeente) in de transitie van zorg kan nemen en wat daarvoor nodig is.
De landelijke Hervormingsagenda Jeugd vraagt een kwalitatieve verbetering van het jeugdstelsel en financiële houdbaarheid. Dit moet leiden tot minder inzet van individuele jeugdhulp en meer ondersteuning in de context van de jeugdige. Deze doelstelling hangt samen met het Toekomstscenario Kind- en Gezinsbescherming en de landelijke onderwijsagenda’s. De inhoudelijke beweging van de landelijke Hervormingsagenda Jeugd sluit grotendeels aan op de verandering die is beschreven in de meerjarige inkoopcontracten jeugdhulp. Via de Rotterdamse Bestuursopdracht Zorg (BOZ) en de Regionale Bestuursopdracht Kostenbeheersing (RBOK) werkt de gemeente aan de financiële houdbaarheid
Een deel van de Rotterdammers heeft een digitale achterstand. Door de steeds snellere ontwikkelingen op digitaal gebied ligt het niet meekomen of zelfs isolement op de loer. Het kan zijn dat de ervaring met de digitale wereld ontbreekt. Andere mogelijkheid is dat men niet de juiste vaardigheden heeft om gebruik te maken van de kansen in de digitale wereld. De volgende actielijnen van het programma Digitale Inclusie zijn ingezet om te zorgen dat iedere Rotterdammer die dat wil digitaal kan meedoen:
Samen met kleine en grote maatschappelijke organisaties en structuren zorgt de gemeente ervoor dat meer Rotterdammers ondersteuning krijgen. Door trainingen of als het nodig is, het bieden van devices en internettoegang, zodat niemand buitengesloten raakt in een maatschappij die steeds digitaler wordt.
De gemeente draagt bij aan het organiseren van de ondersteuning van mensen, bij voorkeur bij hen in de buurt. De ervaring is dat lokale vertrouwde initiatieven mensen kunnen bereiken die door andere organisaties vaak lastig te bereiken zijn.
Het opzetten van een participatievorm voor algoritmen en andere digitale technologie: het ‘Rotterdams Civic AI Lab’. Hierin wil de gemeente samenwerken met Rotterdammers, bedrijven en scholen om zo een brede vertegenwoordiging te hebben die ethische uitdagingen rond AI bespreekt en waar onderzoek wordt gedaan naar inzet van AI voor sociale impact in de stad. De gemeente heeft studenten ingezet die in gesprek zijn gegaan met Rotterdammers in de verschillende wijken om ideeën op te halen voor het Rotterdams Civic AI Lab.
In het Preventie- en Handhavingsplan Alcohol en andere drugs 2023-2027 zijn voor de jeugd en ook voor (jong)volwassenen interventies beschreven. Het programma is gericht op het voorkomen en/of terugdringen van alcohol en/of drugsgebruik onder de verschillende doelgroepen. Realisatie van de doelen gebeurt vooral door interventies op het reguliere voortgezet onderwijs (Helder op school van het Trimbosinstituut) en inzet door de gezondheidscoaches op MBO, voortgezet speciaal onderwijs en praktijkonderwijs. Zij trainen het onderwijspersoneel, zodat deze tijdig problemen kunnen signaleren en doorverwijzen. De gezondheidscoaches voeren laagdrempelige gesprekken met leerlingen of studenten en organiseren preventiebijeenkomsten. Ook bespreken ze met de organisatie hoe het middelen-beleid op school kan worden aangescherpt. Vanzelfsprekend worden jongeren zelf ook geïnformeerd en worden ouders ondersteund d.m.v. ouderbijeenkomsten. Het programma is op 25 januari 2024 aan de raad voorgelegd en na bespreking heeft de raad unaniem ingestemd.
Dit zijn de doelen:
| Alcohol ooit 2021 | Alcohol ooit 2027 | Binge drinken 2021 | Binge drinken 2027 | Soft drugs ooiy 2021 | Soft drugs ooit 2027 | Hard drugs ooit 2021 | Hard drugs ooit 2027 | |
| Regulier VO 13-18 jarigen | 20% | 17% | 11% | 9% | 9% | 7% | ||
| PrO 16+ | 38% | 30% | 14% | 10% | 14% | 10% | ||
| VSO 16+ | 54% | 50% | 12% | 10% | 20% | 17% | ||
| Studenten MBO | 29% | 25% | 18% | 16% | 8% | 6% |
Daarnaast is een betere naleving van NIX18 door alcoholverstrekkers een belangrijk doel. Dit gebeurt in samenwerking met Youz door verstrekkers informatie en materialen te geven. De gemeente en Youz zorgen met handhavers voor controles bij verstrekkers.
Aan het einde van de vierjarige inzet worden de resultaten met de gemeenteraad gedeeld. De resultaten worden gemeten door onderzoek op het mbo, vso en PrO. Objectief brengt in kaart hoe de naleving NIX18 door alcoholverstrekkers is ontwikkeld.
In onderstaand schema staan de doelstellingen op naleving van NIX18.