Sportvoorzieningen zijn een randvoorwaarde om Rotterdammers aan het sporten te krijgen en te houden. Het college zet zich in voor uitnodigende sportvoorzieningen. Knelpunten in de capaciteit worden zo mogelijk opgelost. Uitgangspunten zijn hierbij: handhaving van de bestaande capaciteit, intensiever gebruiken van de bestaande capaciteit (bijvoorbeeld door spreiding van gebruik en/of aanleg van kunstgras) en investeren in uitbreiding of nieuwbouw waar echt noodzakelijk.
Verenigingen dienen te kunnen beschikken over clubgebouwen die voldoen aan de minimale gebruikerseisen en die in voldoende staat van onderhoud zijn. De clubgebouwen zijn in principe economisch eigendom van de verenigingen. Het onderhoud is dan ook in beginsel een verantwoordelijkheid van de verenigingen zelf. Financieel blijkt dat echter niet altijd gemakkelijk. In 2017 is daarom een eenmalige subsidieregeling achterstallig onderhoud clubgebouwen vastgesteld ter ondersteuning van de verenigingen. De uitvoering daarvan loopt nog.
Bij renovatie en nieuwbouw van gemeentelijke sportaccommodaties zorgen we ervoor dat de voorzieningen toegankelijk zijn voor mensen met een beperking.
Verenigingen worden via de 1/3e regeling gestimuleerd om hun eigen accommodatie toegankelijk te maken.
Het college spant zich in om de bestaande voorzieningen intensiever te gebruiken, zodat het maatschappelijk rendement ervan toeneemt. Ingezet wordt op het verhogen van naschools gebruik van binnensportvoorzieningen (gymzalen en voor sporthallen buiten de verenigingsperiode), het meer buiten de verenigingsuren om gebruiken van sportcomplexen en het – waar mogelijk - organisatorisch meer spreiden van verenigingsactiviteiten. Het Sportbedrijf Rotterdam is hiervoor de uitvoeringspartner. Het College onderzoekt of parkmanagement of clubverzamelgebouwen een bijdrage kunnen leveren aan intensiever gebruik.
Het college neemt energiebesparende en duurzaamheidsmaatregelen rond de sportaccommodaties. Daarnaast stimuleert het college dat sportverenigingen duurzaamheidsmaatregelen nemen rond de eigen opstallen, met gebruik van landelijke en stedelijke subsidieregelingen.
Stimuleren investeringen in voorzieningen in eigendom van verenigingen door diverse subsidieregelingen (o.a. regeling duurzaamheidsinvesteringen, 1/3e regeling, achterstallig onderhoud)
Inzet op optimalisatie bezettingsgraad door innovatie en vernieuwing en een verbeterde communicatie (via het opgerichte Sportbedrijf).
Wat betreft buitensport:
Wat betreft binnensport:
Onderzoek naar verdere verduurzaming sportaccommodaties. Het college stelt een plan van aanpak op tot verduurzaming van sportaccommodaties en opstallen van verenigingen, binnen de kaders van het totale beleid rond duurzaamheid en energietransitie.
Effect indicatoren | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stijging bezetting naschools gebruik gymzalen. | Streefwaarde | 24% | 24% | 25% | 26% | 26% | |
Realisatie | 24% | ||||||
Stijging bezetting naschools gebruik sporthallen* | Streefwaarde | 46% | 46% | 48% | 48% | 48% | |
Realisatie | 46% | ||||||
Bezettingspercentage buitensportvelden** | Streefwaarde | N.v.t. | PM | PM | PM | PM | |
Realisatie | N.v.t. | ||||||
* Dit betreft het gebruik over het hele jaar, in de verenigingsperiode zitten de sporthallen al vol. | |||||||
** Hiervoor wordt nog een meetinstrument ontwikkeld en volgt nog een nulmeting. |
Prestatie indicatoren | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Percentage opstallen van verenigingen dat minimaal op niveau 3 is* | |||||||
Klanttevredenheid sportvoorzieningen** | Streefwaarde | 92% | 97% | 100% | 100% | 100% | |
Realisatie | 83% | ||||||
Gymzalen | Streefwaarde | 6,3 | 6,7 | ||||
Realisatie | 6,6 | ||||||
Sporthallen | Streefwaarde | 6,9 | 7,2 | ||||
Realisatie | 7,1 | ||||||
Zwembaden | Streefwaarde | 7,5 | 7,6 | ||||
Realisatie | 7,6 | ||||||
Buitensport | Streefwaarde | 6,3 | 7,5 | ||||
Realisatie | 7,5 | ||||||
Aantal bezoeken zwembaden*** | Streefwaarde | 2,1 mln | 2,2 mln | 2,2 mln | 2,3 mln | 2,3 mln | |
Realisatie | 2,05 mln | ||||||
Aantal sportaccommodaties waar een duurzaamheidsmaatregel is toegepast**** | Streefwaarde | N.v.t. | PM | PM | PM | PM | |
Realisatie | N.v.t. | ||||||
* Het gaat hierbij om de 86 verenigingsopstallen waarvoor een schouw is uitgevoerd en die in aanmerking komen voor de subsidie “Achterstallig onderhoud”. Er zijn nog 9 opstallen waarvan geen schouwrapport is gemaakt. Uiterlijk per 2021 dienen ook die 9 opstallen op voldoende niveau te zijn. | |||||||
** Deze wordt om de drie jaar gemeten. De eerst volgende meting is in 2021 | |||||||
*** Uit het beleidskader Zwemmen. | |||||||
**** Definiëring en nulmeting wordt opgesteld in het kader van het plan van aanpak “duurzame sportaccommodaties”, onderdeel van het totale beleid rond duurzaamheid |
Overzicht van baten en lasten Sportaccommodaties | Begroting 2019 | Raming 2020 | Raming 2021 | Raming 2022 | |
---|---|---|---|---|---|
Baten exclusief reserves | 437 | 437 | 437 | 437 |
|
Bijdragen rijk en medeoverheden | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Overige opbrengsten derden | 437 | 437 | 437 | 437 | |
Lasten exclusief reserves | 51.625 | 50.142 | 50.150 | 50.195 |
|
Apparaatlasten | 680 | 680 | 680 | 680 | |
Inhuur | 34 | 34 | 34 | 34 | |
Overige apparaatslasten | 16 | 16 | 16 | 16 | |
Personeel | 630 | 630 | 630 | 630 | |
Interne resultaat | -2.082 | -2.082 | -2.082 | -2.082 | |
Interne resultaat | -2.082 | -2.082 | -2.082 | -2.082 | |
Programmalasten | 53.027 | 51.544 | 51.553 | 51.597 | |
Inkopen en uitbestede werkzaamheden | 4.588 | 4.094 | 4.228 | 4.467 | |
Kapitaallasten | 1.143 | 1.125 | 1.076 | 881 | |
Overige programmalasten | 7 | 7 | 7 | 7 | |
Subsidies en inkomensoverdrachten | 47.289 | 46.318 | 46.241 | 46.241 | |
Saldo voor vpb en reserveringen | -51.188 | -49.706 | -49.714 | -49.758 | |
Vennootschapsbelasting | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Saldo voor reserveringen | -51.188 | -49.706 | -49.714 | -49.758 | |
Reserves | 1.105 | 1.113 | 1.122 | 1.122 | |
Onttrekking reserves | 1.105 | 1.113 | 1.122 | 1.122 | |
Toevoeging reserves | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Saldo | -50.083 | -48.592 | -48.592 | -48.636 |
Aansluiting met voorgaande begroting (saldo na reservering) | Begroting 2019 | Raming 2020 | Raming 2021 | Raming 2022 |
---|---|---|---|---|
Oorspronkelijke begroting | -49.974 | -48.440 | -48.439 | -48.484 |
Bijstellingen Omissieregeling 2019 (technische wijzigingen) | -109 | -153 | -153 | -153 |
Totaal bijgestelde begroting | -50.083 | -48.592 | -48.592 | -48.636 |