Voortbouwend op de Rotterdamse Mobiliteitsaanpak (RMA), die in 2020 door de gemeenteraad is vastgesteld, hebben we het Verkeerscirculatieplan Binnenstad opgesteld en in de gemeenteraad besproken.
We hebben extra inzet gepleegd op het gebied van verkeersveiligheid. Hiermee hebben we ingespeeld op de actuele maatschappelijke inzichten rondom verkeersveiligheid in de stad. De basis van de aanpak verkeersveiligheid ligt in het Rotterdam Veilig Vooruit (vastgesteld in de gemeenteraad 2018). Naast de fysieke aanpak van black spots is er steeds meer operationele inzet nodig onder andere voortvloeiend uit bestuurlijke toezeggingen die zijn gedaan. Het betrekken van de samenleving op het gebied van leefbaarheid en veiligheid is nadrukkelijker onderdeel van het werk. Daarnaast zijn er ontwikkelingen zoals toename van de aso/showrijders in de stad, waar het aspect geluid ook nadrukkelijk mee samenhangt, en het toenemende belang dat wordt gehecht aan verbeteringen van de veiligheid rond basisscholen.
Ook zijn we onverminderd doorgegaan met het nemen van maatregelen om fietsers en voetgangers meer ruimte te geven en zodat ondernemers meer ruimte krijgen. Bij de uitvoering van de maatregelen hebben we erop gelet dat de maatregelen zoveel als mogelijk aansluiten bij langere termijn ambities uit onder ander de RMA en de Visie Openbare Ruimte.
De coronacrisis heeft ook in 2021 een grote invloed gehad op het leven van de Rotterdammers. De verschillende typen maatregelen die het Rijk hanteert en gehanteerd heeft, hebben aanzienlijke effecten op het verplaatsingspatroon van de Rotterdammers en de bezoekers aan onze stad. Ook op momenten dat de maatregelen terug waren geschaald had dit nog steeds zijn weerslag op de grootte van de verkeersstromen in de stad en het gebruik van auto, fiets en openbaar vervoer. We blijven de ontwikkelingen op dit gebied op de voet volgen.
In het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT)-traject gericht op verbetering van de regionale OV-structuur en een nieuwe oeververbinding, is toegewerkt naar een voorkeursbeslissing te nemen in 2022. Op 21 april zijn in dat kader de onderzoeksresultaten ‘zeef 1’ besproken met de raadscommissie Energietransitie, Duurzaamheid, Economie en Mobiliteit.
Een duurzame, op groei van de stad gerichte aanpassing van mobiliteitsinfrastructuur.
We hebben de groei en verdichting van de stad gefaciliteerd primair met slimme duurzame en integrale aanpassingen aan het infrastructurele netwerk. Dit betekent nieuwe oeververbindingen, veilige en oversteekbare stadsboulevards, ruime fietspaden, aantrekkelijke OV-knooppunten, toekomstbestendige energie-infrastructuur voor elektrisch rijden en meer stallingsruimte voor de fiets. Dit betekent:
We dragen bij aan de verduurzaming van de mobiliteitsmiddelen
We willen de mobiliteitsgroei opvangen met modaliteiten en vervoerssystemen die schoner en stiller zijn, minder ruimte claimen en voor iedereen toegankelijk zijn. Dit betekent het bevorderen van: wandelen, fietsen, openbaar vervoer en elektrificatie van motorvoertuigen en schone logistiek in de stad. Dit betekent:
Voorgenomen voor 2021
We werken programmatisch aan het creëren van meer ruimte op bestaande fietspaden en het aanleggen van nieuwe metropolitane- en snelfietsroutes en weten ons hierin gesteund door de MRDH en het Rijk. We breiden stallingsmogelijkheden uit, met name bij stations en hebben oog voor deelsystemen.
Uitgevoerd in 2021
Metropolitane en snelfietsroutes
Samen met de MRDH, de provincie Zuid-Holland en de betrokken gemeenten hebben we gewerkt aan de planvorming en financieringsafspraken van diverse hoogwaardige fietsroutes naar het Westland (Schiedam, Vlaardingen, Naaldwijk), Zoetermeer, Delft, Dordrecht, Gouda en Krimpen. Op een aantal routeonderdelen zijn verbeteringen uitgevoerd, zoals op de Schiedamseweg Zuidzijde. Daarnaast is er samen met Rijkswaterstaat en de MRDH voor gezorgd dat bij de vervanging van de Van Brienenoordbrug een breder fietspad gerealiseerd gaat worden.
Stedelijk fietsnetwerk
In het stedelijk fietsnetwerk zijn verbeteringen aangebracht. Er zijn bijvoorbeeld (extra) vrijliggende fietspaden gerealiseerd op de Keileweg en de Olympiaweg. Op onder andere de Schiedamse Vest en de Meent zijn fietsstroken of fietssuggestiestroken aangelegd. Op deze laatstgenoemde wegen is de verkeersveiligheid sterk verbeterd doordat de fiets veel beter gepositioneerd wordt ten opzichte van het gemotoriseerd verkeer. Daarnaast zijn er bij ongeveer 25 verkeerslichten optimalisaties voor de fietsers gerealiseerd en zijn er ter verbetering van het fietscomfort en de fietsveiligheid meer dan 100 obstakels op fietspaden verwijderd.
Uitbreiding fietsenstallingen binnenstad
In totaal zijn er 842 fietsparkeerplekken bij gekomen in het kader van de fietsparkeerstrategie Binnenstad. De stalling aan de Conradstraat van 956 fietsparkeerplekken wordt officieel geopend in het eerste kwartaal van 2022, maar waren eind 2021 al beschikbaar. De tijdelijke stalling op het Weena van 500 plekken zal weer worden ontmanteld, dus per saldo levert dit 456 extra fietsparkeerplekken op. Begin 2022 wordt de capaciteit van de stalling aan de Lijnbaan nog verhoogd naar 450 fietsparkeerplekken. Hiervan waren in 2021 al 150 plekken beschikbaar.
Deelsystemen
Sinds 1 januari 2020 is een vergunningsstelsel van kracht voor alle deeltweewielers in Rotterdam. Voor dit vergunningsstelsel hebben we afspraken gemaakt met de deelaanbieders en sturen we op verkeersveiligheid en op voorkomen van overlast.
Multimodale netwerkvisie: Rotterdamse Mobiliteitsaanpak
In 2021 zijn we verder gegaan met het concreet maken van de Rotterdamse Mobiliteitsaanpak (RMA) op straat via het RMA-interventieprogramma. We hebben gewerkt aan de voorbereiding van zes nieuwe interventies die in 2022 zullen plaatsvinden, o.a. in Centrum, Delfshaven, Noord en op de Willemsbrug.
Nieuwe oeververbinding
In de zomer van 2021 is de Notitie Kansrijke Oplossingen (NKO) vastgesteld. In de NKO staat welke oplossingen verder uitgewerkt worden in de volgende fase van de MIRT-verkenning; de beoordelingsfase (zeef 2). De vaststelling van de NKO is een betekenisvolle tussenstap. Naast een nieuwe oeververbinding wordt in de MIRT-verkenning o.a. gestudeerd op een treinstation Stadionpark, een snelle en comfortabele busverbinding van Zuidplein via de Maastunnel naar Rotterdam Centraal Station en een nieuwe hoogwaardige OV-verbinding tussen Kralingse Zoom en Zuidplein. In de beoordelingsfase worden de kansrijke oplossingen in detail verder onderzocht, bijvoorbeeld met milieuonderzoek en een maatschappelijke kosten-batenanalyse. Het resultaat is een voorkeursalternatief, dit wordt formeel vastgelegd in de voorkeursbeslissing. Naar verwachting vindt besluitvorming hierover plaats in het vierde kwartaal van 2022.
Spoorlijn Dordrecht – Den Haag
In december hebben de gezamenlijke partners van het gebiedsprogramma Mobiliteit en Verstedelijking, waaronder onze gemeente het voorstel voor een schaalsprong van het OV in de Zuidelijke Randstad ingediend bij de adviescommissie van het Groeifonds. In het regeerakkoord van het nieuwe kabinet worden de plannen met de lijn Dordrecht – Den Haag – Leiden expliciet en in positieve zin genoemd waarbij het geld van het Groeifonds wordt overgeheveld naar het mobiliteitsfonds. In 2022 wordt definitief besloten over het voorstel.
P+R
In 2021 zijn er aan P+R-locaties geen meervoudige functionaliteiten toegevoegd. Voor P+R Noorderhelling is uitgebreid onderzocht of er zonnepanelen op het dak konden worden geplaatst. Aangezien er op het dak al wordt geparkeerd zouden deze op een extra overkapping moeten komen. Dat in combinatie met veel kosten voor een extra trafo maakte de businesscase erg onrendabel. Hierdoor is besloten hier geen zonnepanelen te plaatsen. Wel is er op deze, in 2022 in gebruik te nemen hernieuwde P+R-locatie, sprake van multifunctioneel ruimtegebruik. De drie parkeerlagen komen bovenop een vestiging van een bouwmarkt. Bij de capaciteitsuitbreiding van de P+R’s Kralingse Zoom en Meijerplein wordt nog bekeken of deze aangegrepen kunnen worden om hier zonnepanelen te plaatsen.
Verkeersmanagement en operationele verkeersregie
Samen met de regiopartners bewaren van relevante data over incidenten zorgt voor het sneller kunnen uitwisselen van informatie tussen wegbeheerders. Wij zijn begin december 2020 gestart met het gebruik van de applicatie IM Cloud op de verkeersregiekamer. Deze applicatie bestaat onder andere uit een programma, waarin alle incident gegevens worden vastgelegd. De Regio-VM desk van BEREIK! beschikte al over deze applicatie. Nu wij zijn overgegaan naar dezelfde applicatie wordt het uitwisselen van informatie tussen beide operationele desks sneller en eenvoudiger. Eveneens ontstaat er voor betrokken wegverkeersleiders een eenduidig beeld over een incident en draagt het bij aan het monitoren van inzet en effect van verkeersmaatregelen.Verder hebben we samen met de MRDH en de brandweer een pilot uitgevoerd waarbij brandweerauto’s voorzien van een app prioriteit kregen bij een tweetal kruispunten in Rotterdam. Op basis van de resultaten van deze pilot onderzoeken we gezamenlijk welke stappen we moeten ondernemen om dit op meer plekken in de stad te kunnen toepassen.
Black spots
In 2021 hebben we vanuit het verkeersveiligheidsprogramma 23 locaties heringericht. Het gaat om locaties waar de meeste letselongevallen plaatsvinden (blackspots), locaties uit de subjectieve verkeersveiligheidsprikker-enquête, aangevuld met specifieke projecten op basis van actualiteiten in gebieden, bijvoorbeeld bij scholen. Binnen de jaarlijkse analyse van verkeersonveilige locaties is gebruik gemaakt van het risicogestuurde verkeersveiligheidsmodel, waarmee Rotterdam op basis van data over het gebruik van de weg en omgevingskenmerken, objectief kan prioriteren.
Voetgangers
Op 16 november 2021 heeft het college van B&W de notitie Voortgang Rotterdam Loopt – Uitwerking ambitie goedgekeurd. Dit document bevat een overzicht van de acties die in 2021 zijn ondernomen om de ambitie zoals beschreven in het Ambitiedocument Rotterdam Loopt 2025 te behalen. In 2021 zijn o.a. de volgende resultaten geboekt:
Realisatie laadinfrastructuur
In 2021 is een nieuw recordaantal behaald en verwerkt met betrekking tot aanvragen en plaatsing van laadpunten. We hebben meer dan duizend aanvragen ontvangen voor laadpunten en er zijn meer dan 860 extra laadpunten geplaatst. In totaal zijn er in Rotterdam momenteel meer dan vierduizend werkende publieke laadpunten. Het aantal unieke gebruikers is ten opzichte van 2020 met 8.000 gegroeid naar bijna 19.000 unieke gebruikers per maand.
In juni is de concessie openbare laaddiensten aan Equans (voorheen Engie) gegund. Binnen deze concessie plaatsen we de komende drie jaar minstens 1.500 laadpunten. Gedurende het contract zal tevens smart charging verder op grotere schaal toegepast worden. Hiermee belasten we het stroomnet niet onnodig. Als gevolg van het wereldwijde grondstoffen en chiptekort dreigt er een achterstand in plaatsing te ontstaan. Gezamenlijk hebben we hier maatregelen getroffen om de achterstand zoveel mogelijk te beperken of in 2022 in te kunnen lopen. In 2021 heeft het college van B&W de laadstrategie Positief geladen vastgesteld. Hiermee is er een basis voor de grootschalige uitbreiding van het laadnetwerk dat de groei van het aantal elektrische voertuigen moet faciliteren. Voor laadinfra bij VVE’s is een adviseringstraject opgezet om ten minste 20 VVE’s te voorzien van een advies. Het onderwerp (brand)veiligheid komt hierin ook aan de orde. Naar aanleiding en voorbeeld van deze activiteit is landelijk een subsidie regeling in het leven geroepen door RVO.
Overige vermeldenswaardige ontwikkelingen zijn:
Verminderen parkeerplaatsen in Centrum, verlagen parkeerdruk in Noord
Het college heeft zich tot doel gesteld om 1.200 parkeerplaatsen in het centrum te verminderen ten gunste van de kwaliteit van de openbare ruimte en het creëren van meer ruimte voor fietsers en voetgangers. De stand op 31 december was 1.152 verwijderde parkeerplaatsen. In Noord hebben we nu in totaal 71 parkeerplekken toegevoegd. Naast de ongebruikte inritten, bushaltes en laad- en los-zones zijn er op de Bergselaan twee rijstroken omgevormd tot parkeerstrook. Hiermee is het beoogde aantal extra plekken behaald en daarmee is de doelstelling geslaagd.
Voorgenomen voor 2021:
We dragen bij aan de verduurzaming van de mobiliteitsmiddelen
Uitgevoerd in 2021
Mobility as a Service (MaaS)
De voorbereiding voor de uitrol van de Nationale MaaS-pilot Rotterdam Den Haag en de luchthaven heeft, mede door coronacrisis, wat meer tijd in beslag genomen. In 2021 zijn drie apps van start gegaan: Moves by Tranzer, Moves by Pon en Moves by 9292. Er wordt veel kennis opgedaan rondom het gebruik van de MaaS-apps en het aansluiten van diverse mobiliteitsaanbieders.
Fietsbeschikbaarheid
We hebben ongeveer 230 fietsen uitgegeven i.s.m. het ANWB Kinderfietsenplan.
Stadsdistributie
We hebben het volgende gedaan in het kader van de Zero Emissie Stadslogistiek (ZES):
Gemeentelijk wagenpark
Doelstelling: het gehele gemeentelijke wagenpark is in 2030 emissieloos met per categorie de volgende doelstellingen:
De stand van zaken is nu als volgt:
De personenwagens zijn voor 69% emissieloos (en 22% hybride). Van de lichte bedrijfsvoertuigen is inmiddels 28% emissieloos. Bij de zware bedrijfsvoertuigen zijn pilots uitgevoerd en van de kleinere tuin- en parkmachines is 90% vrij van uitstoot. Vervanging vindt plaats op natuurlijke momenten.
Invulling Rotterdams Energie- Klimaatakkoord
Onze inzet in het kader van het klimaatakkoord is met name vormgegeven aan opschaling van initiatieven, die substantieel bijdragen aan reductie van de CO2-emissies door het wegverkeer. De werkgeversaanpak samen met het Rotterdamse bedrijfsleven is succesvol gestart, inmiddels zijn veel bedrijven- waaronder de gemeente Rotterdam zelf- lid van de klimaatalliantie Duurzame Mobiliteit. Deze aanpak heeft als doel de halvering van de uitstoot van CO2 het woon-werkverkeer en zakelijk verkeer. Een tweede lijn mobiliteitstransitie met de stad – met beoogde versnelling van deelmobiliteit in combinatie met aantrekkelijke van straten en buurten, is afgestemd op (andere) gemeentelijke initiatieven. Nieuwe initiatieven op het gebied van mobiele werktuigen zijn voor 2022 voorzien.
Effectindicatoren | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Relatieve aandeel schone verplaatsingen van en naar de binnenstad* | Streefwaarde | 61,7% | 62,4% | 63% | 63,7% | 64,3% | |
Realisatie | 61,7% | 63,4% | 61,2% | 60,1% | |||
Als gevolg van het covid-effect op het openbaar vervoer is het aandeel schone verplaatsingen vanaf 2020 afgenomen. Omdat de jaarcijfers van de NS pas laat in het jaar beschikbaar komen, is voor 2021 gebruikt gemaakt van het NS-jaarcijfer 2020, en voor 2020 van het jaarcijfer van 2019 (pre-covid). Daardoor pakt het aantal schone verplaatsingen in 2021 nog lager uit dan in 2020. |
Overzicht van baten en lasten Verkeer en vervoer - Ontwikkeling | Oorspronkelijke begroting 2021 | Bijgestelde begroting 2021 | Realisatie 2021 | Afwijking | |
---|---|---|---|---|---|
Baten exclusief reserves | 1.905 | 6.149 | 5.061 | -1.087 |
|
Bijdragen rijk en medeoverheden | 114 | 632 | 482 | -150 | |
Overige opbrengsten derden | 1.791 | 5.517 | 4.594 | -923 | |
Overige baten | 0 | 0 | -14 | -14 | |
Lasten exclusief reserves | 28.778 | 38.610 | 29.386 | -9.224 |
|
Apparaatslasten | 11.120 | 12.150 | 11.941 | -210 | |
Inhuur | 1.678 | 1.433 | 1.205 | -228 | |
Overige apparaatslasten | 187 | 177 | 191 | 15 | |
Personeel | 9.255 | 10.541 | 10.545 | 4 | |
Intern resultaat | -2.005 | -2.211 | -2.514 | -303 | |
Intern resultaat | -2.005 | -2.211 | -2.514 | -303 | |
Programmalasten | 19.663 | 28.670 | 19.960 | -8.711 | |
Financieringslasten | 0 | 0 | 19 | 19 | |
Inkopen en uitbestede werkzaamheden | 10.714 | 20.429 | 11.680 | -8.749 | |
Kapitaallasten | 8.948 | 8.166 | 8.181 | 15 | |
Overige programmalasten | 0 | 0 | -4 | -4 | |
Subsidies en inkomensoverdrachten | 0 | 75 | 83 | 8 | |
Saldo voor vpb en reserveringen | -26.873 | -32.461 | -24.325 | 8.136 | |
Saldo voor reserveringen | -26.873 | -32.461 | -24.325 | 8.136 | |
Reserves | 9.916 | 15.814 | 10.529 | -5.285 |
|
Onttrekking reserves | 9.916 | 15.814 | 10.529 | -5.285 | |
Toevoeging reserves | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Saldo | -16.958 | -16.647 | -13.796 | 2.851 |
Overzicht afwijkingen taakveld | Afwijking baten | Afwijking lasten | Afwijking reserves | Afwijking saldo |
---|---|---|---|---|
1. Bestemmingsreserve Stedelijke Bereikbaarheid |
0 |
-2.339 |
-2.339 |
0 |
2. Bestemmingsreserve Gebiedsontwikkeling |
0 |
-321 |
-321 |
0 |
3. Bestemmingsreserve Energietransitie |
0 |
-977 |
-977 |
0 |
4. Bestemmingsreserve Actieplan Luchtkwaliteit |
0 |
-637 |
-637 |
0 |
5. Bestemmingsreserve IFR RIM |
-1.057 |
-2.068 |
-1.011 |
0 |
6. BBV-aanpassing overhead |
0 |
5 |
0 |
-5 |
7. Diverse afwijkingen |
-30 |
-2.887 |
0 |
2.857 |
Totaal afwijkingen |
-1.087 |
-9.224 |
-5.285 |
2.851 |
Het saldo van dit taakveld bedraagt € 2,9 mln voordelig. De belangrijkste oorzaken hiervan zijn:
1. Bestemmingsreserve Stedelijke Bereikbaarheid
De lagere onttrekking aan de bestemmingsreserve heeft te maken met de landelijke coronamaatregelen. Er zijn minder uitvoerende maatregelen nodig geweest door het wegvallen van evenementen. Verder is een doorontwikkeling van het dynamisch model niet noodzakelijk gebleken. In 2021 zijn nieuwe RMA-maatregelen opgestart waarvan de uitvoering op straat veelal in 2022 zal plaatsvinden, hierdoor wordt het grootste deel van de kosten in 2022 gerealiseerd.
2. Bestemmingsreserve Gebiedsontwikkeling
De werkzaamheden met betrekking tot het realiseren van extra parkeerplekken zijn volledig afgerond. De resterende werkzaamheden hebben betrekking op de vergroening en zijn door organisatorische redenen doorgeschoven naar het jaar 2022.
3. Bestemmingsreserve Energietransitie
In 2021 is € 977 minder onttrokken dan begroot. Deze afwijking had betrekking op de onderstaande drie projecten:
4. Bestemmingsreserve Actieplan Luchtkwaliteit
In 2021 is € 637 minder onttrokken dan begroot. Deze afwijking had betrekking op de onderstaande twee projecten:
5. Bestemmingsreserve Rotterdamse Investeringsmotor (RIM)
In 2021 is € 1 mln minder onttrokken dan begroot. De afwijking had betrekking op de onderstaande drie projecten:
6. BBV-aanpassing overhead
Voor - € 5 wordt de afwijking veroorzaakt door een correctie op grond van verslaggevingsvoorschriften. Deze correctie betreft aan projecten toegerekende apparaatslasten. Bij het taakveld Activering overhead is meer te lezen over deze correctie.
7. Diverse afwijkingen
Het resterende verschil van € 2,9 mln voordelig wordt veroorzaakt door diverse kleine afwijkingen onder de € 500 op de overige lasten en baten.
Dit taakveld betreft het opstellen en uitvoeren van verkeersbeleid, het nemen van verkeersbesluiten (waaronder vergunningverlening) ten behoeve van de inrichting van de openbare verkeersinfrastructuur, het verrichten van investeringen in de verkeersinfrastructuur, het nemen van verkeersmaatregelen ten behoeve van verkeersregulering en het beïnvloeden van verkeersgedrag met het oog op verkeersveiligheid en verduurzaming van mobiliteit.