Toelichting indicatoren
BlueLabel
Het college van B&W heeft collegetargets bepaald. Nummer 10 van deze collegetargets is het verhogen van het aantal panden in Rotterdam dat bij een bui van 100 mm in 2 uur geen verhoogde kans heeft op wateroverlast, van 86,7% naar 90%. Deze collegetarget is gebaseerd op BlueLabel, een digitale tool voor risicoanalyse die panden en gebieden in de stad lokaliseert die kwetsbaar zijn voor overstroming als gevolg van hevige regen. BlueLabel vertaalt het overstromingsgevaar in een eenvoudig te begrijpen rangschikking met behulp van label A tot en met E. Dit is vergelijkbaar met de opbouw van het energielabel. Elk pand uit de BAG-registratie in Rotterdam heeft een label gekregen.
Toelichting labels:
A = geen kans op wateroverlast
B = water tegen de gevel, maar weinig kans op wateroverlast
C = kans op wateroverlast aanwezig
D = grote kans op wateroverlast
E = water stroomt pand in, er ontstaat wateroverlast
X = panden die niet in alle datasets voorkomen en daarmee niet geclassificeerd kunnen worden.
De berekende eindstand voor collegetarget 10 is 89,75%. Door diverse ingrepen in de stad hebben in totaal netto 3.296 panden een veiliger label gekregen. Dat is ruim meer dan de aanvankelijk gedefinieerde target van 2% verhoging, maar iets minder dan de bijgestelde target van 3,3% verhoging. Percentueel is de bijgestelde target dus net niet gehaald, maar in absolute zin zijn meer woningen regenwaterbestendig gemaakt dan aanvankelijk beoogd.
De grootste verbeteringen zijn bereikt door het aanleggen van regenwaterriolering en diverse vormen van waterberging in de buitenruimte.
In de eindstand zijn alleen projecten meegenomen die zijn uitgevoerd in de afgelopen collegeperiode. De in 2022 uit te voeren, dan wel op te starten projecten, zijn buiten beschouwing gelaten. Al met al is de gerealiseerde stijging over de gehele collegeperiode een grote stap naar een regenwaterbestendig Rotterdam.
Vervanging riolering
Als gevolg van de vele nieuwbouw met bijbehorende riolering in Rotterdam na 1950, ontstond vanaf ongeveer 2015 een vervangingspiek, oplopend tot ongeveer 60 tot 80 km riolering per jaar. In het GRP 2000-2005 werd daarom de huidige strategie voor rioolvervanging geformuleerd. Deze strategie betekent dat al vanaf 2010 jaarlijks structureel circa 40 km riool vervangen dient te worden om een goed functionerend rioolstelsel te kunnen waarborgen.
Daaruit voortvloeiend is ook voor de planperiode van het GRP5 (2021-2025) de doelstelling om circa 200 km vrij verval riolering te vervangen (dus gemiddeld jaarlijks 40 km). Hiermee vangen we de vervangingspiek op. Met rioolvervanging en de aanleg van gescheiden rioolstelsels maken we de stad klimaatbestendig en duurzaam.
In 2021 is 31,3 km vrij verval riolering vervangen. Dit is minder dan aanvankelijk geprognotiseerd, wat vooral te wijten is aan de problemen met de levering van grondstoffen en materialen. De ambitie voor het totale aantal te vervangen kilometers in de GRP planperiode 2021-2025 blijft circa 200 km.