Het verkeersbeleid is in 2020 volgens planning en programma uitgevoerd. Fietsroutes zijn verbeterd, verkeersonveilige punten aangepakt en laadpalen bijgeplaatst. Op een aantal locaties in de stad zijn nieuwe inrichtings- en gebruiksvarianten volgens de Rotterdamse Mobiliteitsaanpak uitgetest. We hebben met regelkaders meer greep gekregen op deelmobiliteit in de stad. Tegelijk zijn belangrijke stappen gezet voor de toekomst. Brug- en tunnelvarianten voor de nieuwe oeververbinding zijn op hun effecten onderzocht en er is een akkoord bereikt voor onderzoek naar versterking van de spoorlijn Leiden-Dordrecht met bijbehorende stations. De logistieke zero emissiezone is door afspraken met het bedrijfsleven een stuk dichterbij gekomen.
De coronacrisis vroeg voor de mobiliteit en de openbare ruimte om extra maatregelen om voldoende veilig te kunnen deelnemen aan het verkeer en te kunnen verblijven / ontmoeten. Zo werd een aantal straten als de Meent en Witte de Withstraat tijdelijk afgesloten om voetgangers en horeca meer ruimte te geven. In overleg met scholen werden maatregelen aangeboden voor de ruimte rondom basisscholen. Met communicatiemiddelen als drukwerk op de stoep en de rijbaan worden verkeersdeelnemers geattendeerd op veilig gedrag en afstand houden tot elkaar.
Corona heeft impact gehad op de mobiliteit in de stad. Hoewel mensen zijn blijven lopen en fietsen, is het gebruik van het openbaar vervoer dramatisch teruggelopen. Dit heeft ook een groot effect op de doelstelling en indicator “Meer schone verplaatsingen van en naar de binnenstad”: die indicator laat een flinke terugval zien. Omdat ook het totaal aantal verplaatsingen is gedaald, is de mobiliteit in de stad er in 2020 toch schoner op geworden.
De grote wegbeheerders in Zuid-Holland, waaronder Rotterdam, hebben uitgesproken de gezamenlijke regie op de actuele bereikbaarheid te vergroten in het licht van aankomend groot onderhoud aan belangrijke wegen en bruggen. Meer organisatorische samenwerking en een gebiedsgerichte benadering moeten leiden tot minder hinder door omrijdend en zoekend verkeer, het versterken van de mobiliteitstransitie door het beter benutten van alternatieven voor de auto en het samen afstemmen en programmeren van onderhoudsprojecten.
Een duurzame, op groei van de stad gerichte aanpassing van mobiliteitsinfrastructuur.
We faciliteren de groei en verdichting van de stad primair met slimme duurzame en integrale aanpassingen aan het infrastructurele netwerk. Dit betekent nieuwe oeververbindingen, veilige en oversteekbare stadsboulevards, ruime fietspaden, aantrekkelijke OV-knooppunten, toekomstbestendige energie-infrastructuur voor elektrisch rijden en meer stallingsruimte voor de fiets. Dit betekent:
We willen de mobiliteitsgroei opvangen met modaliteiten en vervoerssystemen die schoner en stiller zijn, minder ruimte claimen en voor iedereen toegankelijk zijn. Dit betekent het bevorderen van: wandelen, fietsen, openbaar vervoer en elektrificatie van motorvoertuigen en schone logistiek in de stad. Dit betekent:
Een duurzame, op groei van de stad gerichte aanpassing van mobiliteitsinfrastructuur.
Metropolitane en snelfietsroutes
Samen met de MRDH, de provincie Zuid-Holland en de betrokken gemeenten hebben we gewerkt aan de planvorming, realisatie en/of financiering van de onderstaande hoogwaardige fietsroutes:
Stedelijk fietsnetwerk
In het stedelijk fietsnetwerk zijn verbeteringen aangebracht. Het betreft waardevolle maatregelen op buurt- of wijkniveau. In 2020 hebben we o.a. de volgende fietsmaatregelen uitgevoerd: verbreding fietspaden (Mathenesserweg en de Stadhoudersweg-Statenweg), aanleg fietspaden (Hendrik Lansbergenstraat, Korne), aanleg fietsstraat (deel van de ventwegen op de Laan van Zuid), aanbrengen fiets(suggestie)stroken (Noorderbocht, West-Kruiskade, Oostdijk, Groene Hilledijk, Lodewijk Pincoffsweg, Stadionweg, Oostzeedijk, Willem Ruysbrug) en op een aantal locaties fietsoversteken aangebracht of verbeterd (Pleinweg of kleiner verbeteringen bij verkeerslichten). Daarnaast in bij het RMA-experiment Erasmusbrug op het kruispunt extra ruimte voor de fiets gecreëerd.
Uitbreiding fietsenstallingen
De capaciteit van het fietsenstallingen rond Rotterdam Centraal is uitgebreid met 700 nieuwe stallingen aan de noordkant. Verder zijn de voorbereidingen getroffen voor de plaatsing van 1.100 nieuwe stallingen naast het busstation, in 2021.
Deelsystemen
Sinds 1 januari 2020 is een vergunningsstelsel van kracht voor alle deeltweewielers in Rotterdam. Voor dit vergunningsstelsel hebben we afspraken gemaakt met de deelaanbieders en sturen we op verkeersveiligheid en op voorkomen van overlast.
Multimodale netwerkvisie
In december heeft de gemeenteraad het Verkeerscirculatieplan Binnenstad vastgesteld. Dit plan laat de verkeersstromen in de binnenstad zien voor de voetgangers, fietsers, OV en auto in de komende jaren. Hiermee hebben we in beeld gebracht hoe de maatregelen van de Rotterdamse Mobiliteitsaanpak (RMA) zorgen voor een verandering in de verkeersstromen.
In samenhang hiermee werken we de prioriteiten die moeten gaan gelden voor auto, fiets, voetganger en OV op de verschillende plaatsen in de stad nader uit.
Nieuwe oeververbinding
Samen met o.a. Rijk en MRDH hebben we verder gewerkt aan de MIRT-verkenning Oeververbinding regio Rotterdam. We hebben zowel brug- als tunnelvarianten onderzocht voor alle modaliteiten; fietsers, voetgangers, OV en autoverkeer. Bestuurlijke besluitvorming over de resultaten van de analytische fase is voorzien in het tweede kwartaal van 2021. De keuze voor een voorkeursvariant als resultaat van de beoordelingsfase staat gepland voor eind eerste kwartaal 2022.
Spoorlijn Dordrecht – Den Haag
Bij het BO MIRT in november hebben Rijk en regionale partijen, waaronder de gemeente Rotterdam, besloten dat er een startbeslissing MIRT-verkenning Oude Lijn (Dordrecht – Den Haag) voorbereid gaat worden. De MIRT-verkenning is gericht op een bedieningsconcept met een hoge frequentie en de toevoeging van nieuwe stations.
Personenvervoer over water
Samen met MRDH en het Havenbedrijf hebben we het personenvervoer over water gegund aan Watertaxi Rotterdam. Vanaf 1 januari 2022 neemt het bekende Rotterdamse vervoersbedrijf, naast de huidige activiteiten, ook de bestaande Waterbus-lijnen 18 en 19 en de Pont op Zuid voor zijn rekening. Onderdeel van het contract is dat Watertaxi Rotterdam voor 2030 met volledig uitstootvrije boten vaart. Het contract loopt voor 15 jaar.
P+R
In 2020 zijn er aan P+R-locaties of OV-knopen geen meervoudige functionaliteiten toegevoegd.
Voornamelijk is aandacht besteed aan het inventariseren van en voeren van gesprekken over waar bijvoorbeeld voor overkapping met zonnepanelen geschikte gemeentelijke parkeerterreinen gesitueerd zijn. Verder hebben we de tool Park the Sun gelanceerd, zie www.parkthesun.com, in samenwerking met een private partij en de provincies Utrecht en Noord-Holland.
Verkeersmanagement en operationele verkeersregie
In 2020 zijn er 26 verkeerslichten aangepast tot slimme verkeerslichten vanuit het landelijke project Talking Traffic. Daarnaast zijn de 13 uitgevoerde vervangingen en 4 gerealiseerde nieuwe verkeerslichten ook alle slimme verkeerslichten geworden. Dat is sinds 2020 de gebruikelijke standaard. Het totaal aantal slimme verkeerslichten in Rotterdam kwam daarmee eind 2020 uit op een totaal van 60. Verder hebben we bij 30 kruispunten de werking van de verkeerslichten verbeterd.
Ook hebben we het Adaptief Filemanagementsysteem Maastunnel in gebruik is genomen om de verkeersoperators te ondersteunen om de Maastunnel filevrij te houden en bij incidenten voldoende ruimte in het netwerk te hebben om al het verkeer stroomafwaarts van het incident te tunnel te laten uitrijden.
Black spots
We hebben de volgende black spots aangepakt: Heemraadsingel – Beukelsdijk, de Mathenesserlaan – Vierambachtsstraat, de Vuurplaat - Laan op Zuid, de Buitendijktunnel – Colosseumweg, de Beijerlandselaan – 2e Rosestraat en de Ringdijk – Wilgenlei uitgevoerd. Ook hebben we drie maanden een maatregel getest op de Matlingeweg – Linschotenstraat, deze maatregel wordt in 2021 structureel gemaakt.
Voetgangers
Het college heeft op 6 oktober 2020 het ambitiedocument Rotterdam Loopt 2025 vastgesteld. Het eerste voetgangersbeleid voor de stad Rotterdam. Onder de voetganger wordt iedereen verstaan die van de stoep gebruik maakt, dus ook mensen met een visuele of lichamelijke beperking. Het plan heeft het doel Rotterdammers vaker en verder te laten lopen dan nu, door een geïntegreerde aanpak van bewustwording van de gezondheidseffecten van lopen en het prettiger, toegankelijker en bereikbaarder maken van belangrijke bestemmingen zoals OV-stations, parken en scholen. Deze aanpak loopt via drie sporen: routes en plekken, bewustwording en promotie en kennis en onderzoek.
Verminderen parkeerplaatsen in Centrum, verlagen parkeerdruk in Noord
Het college heeft zich tot doel gesteld om 1.200 parkeerplaatsen in het centrum te verminderen ten gunste van de kwaliteit van de openbare ruimte en het creëren van meer ruimte voor fietsers en voetgangers. Gedurende deze collegeperiode zijn er hiervan tot nu toe 569 parkeerplaatsen verwijderd.
Binnen het project Extra Parkeerplekken Noord hebben we op verschillende plekken binnen Blijdorp, Bergpolder en het Liskwartier extra parkeerplekken toegevoegd. Dit is gedaan met de insteek om de parkeerdruk in deze wijken te verlagen. We hebben hiervoor ongebruikte inritten, bushaltes, overtollige rijstroken en een laad & los-zone omgevormd. Dit heeft tot nu toe 40 extra plekken opgeleverd (2019 en 2020).
Mobility as a Service (MaaS)
Er is verder gewerkt aan de voorbereiding van een MaaS-pilot voorbereid voor Rotterdam The Hague Airport. De lancering is voorzien voor voorjaar 2021.
Realisatie laadinfrastructuur
We hebben geïnvesteerd in laadpalen, laadpleinen, en snellaadpunten:
Fietsbeschikbaarheid
De Fietsenbank heeft in 2020 ongeveer 150 fietsen uitgegeven.
Gemeentelijk wagenpark
Op het vlak van emissieloze personenwagens gaan de ontwikkelingen snel. Eind 2020 bedraagt het percentage volledig emissieloos 53% (t.o.v. 40% eind 2019), loopt het aantal hybride personenwagens terug van 44% eind 2019 naar 34%, waarmee het aandeel volledig fossiele brandstofauto’s nog maar 13% is.
Van de lichte bedrijfsvoertuigen is in 2020 het aandeel emissieloos van 19% naar 24% gestegen. De ontwikkelingen op het vlak van de lichte bedrijfsvoertuigen gaan ook gestaag verder.
Bij het zwaardere segment zijn in 2020 wederom pilots uitgevoerd, waarbij voorzichtig over de eerste stappen van opschaling nagedacht wordt.
Tot slot is in 2020 weer een deel van de kleinere tuin- en parkmachines omgezet van benzine naar elektrisch aangedreven werktuigen.
Invulling Rotterdams Energie- Klimaatakkoord
Onze inzet in het kader van het klimaatakkoord stond in het kader van de overgang van kleinschalige pilotachtige initiatieven naar een gerichte grootschalige aanpak, die substantieel bijdraagt aan reductie van de CO2-emissies door het wegverkeer. Hiertoe zijn twee lijnen ontwikkeld: de Werkgeversaanpak Duurzame Mobiliteit en het stadsbreed uitrollen van -elektrische- deelmobiliteit.
Op 8 oktober is op het webinar van de Rotterdamse Klimaatakkoord het initiatief gepresenteerd voor de stadsbrede werkgeversaanpak duurzame mobiliteit, samen met het Rotterdamse bedrijfsleven, die verder is uitgewerkt en begin 2021 kan starten.
Een tweede lijn is het samen met Rotterdammers en providers van deelmobiliteit opschalen van de pilots voor deelauto’s, naar een stadsbrede aanpak met in elke buurt een aanbod van -elektrische- deelauto’s tegen aantrekkelijke tarieven.
Naast de beoogde CO2-reductie kan deze bijdragen aan aantrekkelijker buurten en inclusieve(re) mobiliteit. De aanpak bouwt ook voort op eind dit jaar vastgestelde beleidskaders en is gericht op een versnelde ontwikkeling van het aanbod en de voordelen daarvan voor Rotterdammers en hun buurt. Er wordt naar gestreefd dat de plannen voor -elektrische- deelmobiliteit in eerste helft 2021 gereed komen en van start kunnen gaan.
Stadsdistributie
Effectindicatoren | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Relatieve aandeel schone verplaatsingen van en naar de binnenstad* | Streefwaarde | 61,7% | 62,4% | 63% | 63,7% | 64,3% | |
Realisatie | 61,7% | 63,4% | 61,2% | ||||
* Weergegeven is het aandeel verplaatsingen per fiets, openbaar vervoer, lopend en met schone motorvoertuigen, afgezet tegen het totale aantal verplaatsingen inclusief vuile motorvoertuigen en brommers en scooters. Het aandeel schone verplaatsingen neemt al jaren langzaam maar gestaag toe. De streefwaarden tot en met 2022 bevatten een ambitie van 50% ten opzichte van de verschoningstrend in de afgelopen collegeperiode. |
Overzicht van baten en lasten Verkeer en vervoer - Ontwikkeling | Oorspr. Begroting 2020 | Bijgestelde Begroting 2020 | Realisatie 2020 | Afwijking | |
---|---|---|---|---|---|
Baten exclusief reserves | 2.870 | 4.595 | 4.247 | -349 |
|
Bijdragen rijk en medeoverheden | 113 | 668 | 1.036 | 369 | |
Overige opbrengsten derden | 2.757 | 3.928 | 3.217 | -710 | |
Overige baten | 0 | 0 | -7 | -7 | |
Lasten exclusief reserves | 32.751 | 34.215 | 30.543 | -3.672 |
|
Apparaatslasten | 9.328 | 10.050 | 10.086 | 36 | |
Inhuur | 449 | 951 | 1.035 | 84 | |
Overige apparaatslasten | 174 | 157 | 187 | 31 | |
Personeel | 8.705 | 8.943 | 8.864 | -79 | |
Intern resultaat | -1.746 | -1.552 | -1.308 | 244 | |
Intern resultaat | -1.746 | -1.552 | -1.308 | 244 | |
Programmalasten | 25.169 | 25.718 | 21.766 | -3.952 | |
Inkopen en uitbestede werkzaamheden | 16.738 | 17.400 | 13.480 | -3.920 | |
Kapitaallasten | 8.430 | 8.318 | 8.335 | 17 | |
Overige programmalasten | 0 | 0 | -41 | -41 | |
Salariskosten WSW en WIW | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Subsidies en inkomensoverdrachten | 0 | 0 | -8 | -8 | |
Saldo voor vpb en reserveringen | -29.881 | -29.620 | -26.297 | 3.323 | |
Saldo voor reserveringen | -29.881 | -29.620 | -26.297 | 3.323 | |
Reserves | 14.316 | 14.834 | 12.660 | -2.174 |
|
Onttrekking reserves | 14.715 | 15.233 | 13.059 | -2.174 | |
Toevoeging reserves | 399 | 399 | 399 | 0 | |
Saldo | -15.565 | -14.786 | -13.637 | 1.149 |
Overzicht afwijkingen | Afwijking baten | Afwijking lasten | Afwijking reserves | Afwijking saldo |
---|---|---|---|---|
1. Bestemmingsreserve Stedelijke Bereikbaarheid | 0 | -928 | -928 | 0 |
2. Bestemmingsreserve Gebiedsontwikkeling | 0 | -178 | -178 | 0 |
3. Bestemmingsreserve Energietransitie | 0 | -160 | -160 | 0 |
4. Bestemmingsreserve Actieplan Luchtkwaliteit | 0 | -908 | -908 | 0 |
5. BBV-aanpassing overhead | 0 | -254 | 0 | 254 |
6. Diverse afwijkingen | -349 | -1.244 | 0 | 895 |
Totaal afwijkingen | -349 | -3.672 | -2.174 | 1.149 |
1. Bestemmingsreserve Stedelijke Bereikbaarheid
De lagere onttrekking aan de bestemmingsreserve van € 928 heeft betrekking op het Dynamisch Verkeersregiemodel en de Rotterdamse Mobiliteitsaanpak (RMA) experimenten. In 2020 is met betrekking tot het Dynamisch Verkeersregiemodel het pakket van eisen opgesteld, aanbesteed en gegund. De start van het model is eind 2020 begonnen en wordt in de eerste helft van 2021 opgeleverd. Een aantal RMA-experimenten is afgerond. De definitieve inrichting naar aanleiding van deze experimenten vindt plaats in 2021.
2. Bestemmingsreserve Gebiedsontwikkeling
Voor de intensivering van de aanpak parkeerproblematiek en vergroening Noord zijn een aantal werkzaamheden doorgeschoven naar 2021. De afstemming hierover heeft langer geduurd dan gepland. Hierdoor zijn de lasten lager uitgevallen en heeft dit geleid tot een lagere onttrekking van € 178 uit de hiervoor beschikbare bestemmingsreserve.
3. Bestemmingsreserve Energietransitie
Voor de intensivering van de aanpak Zero Emissie Laadinfra zijn een aantal werkzaamheden verschoven naar het jaar 2021. Hierdoor zijn de lasten lager uitgevallen en dit heeft geleid tot een lagere onttrekking van € 160 uit de hiervoor beschikbare bestemmingsreserve.
4. Bestemmingsreserve Actieplan Luchtkwaliteit
De werkzaamheden met betrekking tot de aanleg van een fietsparkeervoorziening aan de Conradstraat zijn door organisatorische oorzaken uitgesteld naar 2021. Hierdoor zijn er minder lasten gerealiseerd en heeft dit geleid tot een lagere onttrekking van € 908 uit de hiervoor beschikbare bestemmingsreserve.
5. BBV-aanpassing overhead
Voor € 254 wordt de afwijking veroorzaakt door een correctie op grond van verslaggevingsvoorschriften. Deze correctie betreft aan projecten toegerekende apparaatslasten. Bij het taakveld Activering overhead is meer te lezen over deze correctie.
6. Diverse afwijkingen
Het saldo van € 895 voordelig wordt veroorzaakt door diverse kleinere afwijkingen. De grootste afwijkingen zijn de lagere energielasten op de verkeerslichten (€ 300), lagere kosten Nul Emissie Laadinfra (€ 430) en lagere kosten voor Smart Mobility Automatische voertuigen (€ 160). Verder zijn er op diverse budgetten kleinere afwijkingen op de baten en lasten, die leiden tot een voordeel van (€ 5).
Beleidsdocumenten Mobiliteit
Dit taakveld betreft het opstellen en uitvoeren van verkeersbeleid, het nemen van verkeersbesluiten (waaronder vergunningverlening) ten behoeve van de inrichting van de openbare verkeersinfrastructuur, het verrichten van investeringen in de verkeersinfrastructuur, het nemen van verkeersmaatregelen ten behoeve van verkeersregulering en het beïnvloeden van verkeersgedrag met het oog op verkeersveiligheid en verduurzaming van mobiliteit.