Onze inspanningen zijn volgens planning gepleegd en hebben daarmee een bijdrage geleverd aan het halen van de streefwaardes ten aanzien van het relatieve aandeel schone verplaatsingen van en naar de binnenstad, extra capaciteit fietsparkeren in de binnenstad en het aantal gerealiseerde fietsvriendelijker verkeersregelinstallaties in de binnenstad.
Een duurzame, op groei van de stad gerichte aanpassing van mobiliteitsinfrastructuur
We faciliteren de groei en verdichting van de stad primair met slimme duurzame en integrale aanpassingen aan het infrastructurele netwerk. Dit betekent nieuwe oeververbindingen, veilige en oversteekbare stadsboulevards, ruime fietspaden, aantrekkelijke OV-knooppunten, toekomstbestendige energie-infrastructuur voor elektrisch rijden en meer stallingsruimte voor de fiets. Dit betekent:
We willen de mobiliteitsgroei opvangen met modaliteiten en vervoerssystemen die schoner en stiller zijn, minder ruimte claimen en voor iedereen toegankelijk zijn. Dit betekent het bevorderen van: wandelen, fietsen, openbaar vervoer en elektrificatie van motorvoertuigen en schone logistiek in de stad. Dit betekent:
Een duurzame, op groei van de stad gerichte aanpassing van mobiliteitsinfrastructuur
In het Bestuurlijk Overleg inzake het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (BO MIRT) op 21 november 2019 hebben we met het Rijk, de Provincie Zuid-Holland en de MRDH besloten de Startbeslissing voor de MIRT-Verkenning Oeververbindingen regio Rotterdam formeel te nemen. In de MIRT-verkenning worden de volgende zes projectonderdelen nader uitgewerkt: een nieuwe multimodale oeververbinding tussen Kralingen en Feijenoord in Rotterdam; een treinstation Stadionpark; een Hoogwaardige Openbaar Vervoerverbinding (HOV-verbinding) tussen Zuidplein en Kralingse Zoom; een Hoogwaardig Openbaar Vervoerverbinding tussen Zuidplein en Rotterdam Centraal via de Maastunnel; maatregelen op de A16 en maatregelen op de Algeracorridor. Een nieuwe oeververbinding maakt onderdeel uit van de scope van de te onderzoeken maatregelen voor de nieuwe multimodale oeververbinding. Verwacht resultaat van de verkenning is een besluit over een voorkeursalternatief, inclusief nieuwe oeververbinding, en start MIRT-planuitwerkingsfase in 2021.
Ook is in de Adaptieve Ontwikkelstrategie Metropolitaan OV (AOS) en het Verstedelijkingsakkoord Zuidelijke Randstad vastgesteld. De AOS wordt verder uitgewerkt in een pré-verkenning waarin verstedelijking en bereikbaarheid in samenhang worden beschouwd. Het eindbeeld is een schaalsprong OV naar een S-bahn concept op de Oude Lijn tussen 2030-2040 en de onderliggende HOV-lijnen in combinatie met de verstedelijking in hoge dichtheden rond HOV-knooppunten (versnelling van de binnenstedelijke ontwikkeling op de 13 locaties langs de Oude Lijn). De pré-verkenning omvat een aantal deelonderzoeken met als uitgangspunt om in het BO MIRT eind 2020 de prioritering integraal af te wegen en hierover mogelijke investeringsbeslissingen te kunnen nemen. Een schaalsprong in het OV op de spoorlijn Dordrecht-Den Haag – de ‘Oude Lijn’ – vormt de kern van deze pre-verkenning.
De combinatie first & last mile en de rol van autonome (zelfrijdende) voertuigen hebben we in 2019 in diverse projecten onderzocht. De focus ligt nu op het traject metrostation Meijersplein / Airport naar Rotterdam The Hague Airport, waar nu concreet zicht is op de start van een pilot met zelfrijdend vervoer op de openbare weg.
We hebben met de verschillende vervoerders, MRDH en PZH afgesproken dat de huidige vervoer over waterverbindingen in de regio Rotterdam gecontinueerd worden tot tenminste 1 januari 2022. Verder zijn wij van start gegaan met de tijdelijke fietsveerverbinding ter hoogte van de Maastunnel, ter vervanging van de fiets- en voetgangerstunnel die tot ongeveer medio juni 2020 afgesloten is.
We zijn een verkenning gestart naar mogelijkheden om de intensief gebruikte P+R's Kralingse Zoom, Meijersplein en Slinge uit te breiden. Voor deze locaties wordt nu in beeld gebracht hoe capaciteitsuitbreiding mogelijkerwijs kan plaatsvinden en welke investeringen dit met zich meebrengt. Hierbij betrekken we ook vraag of er zonnepanelen geplaatst kunnen worden op deze locaties. Nadere besluitvorming volgt in 2020.
We hebben in 2019 15 intelligente verkeersregelinstallaties geplaatst, waarmee het totaalaantal op 34 is uitgekomen. Daarnaast zijn 30 verkeersregelinstallaties geoptimaliseerd om het verkeer sneller te kunnen verwerken. Een belangrijk deel daarvan betrof maatregelen ten gunste van de fiets.
We hebben vier blackspots gesaneerd: Mathenesserlaan - Vierambachtsstraat, President Rooseveltweg - Martin Luther Kingweg, Fairoaksbaan - Bovendijk en Aveling nabij de A15.
Van 7 tot en met 10 oktober werd in Rotterdam op succesvolle wijze het Walk21 congres gehouden. Ca. 180 sprekers uit 48 landen kwamen naar Rotterdam om ervaringen te delen over recente ontwikkelingen in voetgangersbeleid. Het congres heeft ons veel kennis opgeleverd. Verder is ter voorbereiding op het congres al onderzoek gedaan naar lopen in Rotterdam via het Digitaal Stadspanel. Ook is het bestaande voetgangersnetwerk in de stad in kaart gebracht, waarbij onder andere is gekeken naar: trottoirbreedte, fijnmazigheid netwerk, geluid, barrières, bevolkingsopbouw (totaal, kinderen, ouderen) en bereikbaarheid voorzieningen zoals scholen, supermarkten en apotheken. Verder hebben we een begin gemaakt met Ontwerprichtlijnen voor voetgangers.
In 2019 hebben wij 150 openbare laadpalen toegevoegd aan het areaal, waarmee het totaal aantal openbare laadpalen is uitgekomen op 1.078. Verder is er een eerste “Vehicle to Building” laadpaal in Rotterdam gerealiseerd waarmee de combinatie van de op het gebouw opgewekte duurzame energie rechtstreeks kan worden gebruikt voor het opladen van een elektrische auto, en andersom, dat de elektrische auto kan meehelpen een piek in het elektriciteitsverbruik op te vangen.
In 2019 hebben we in het centrum ca. 100 straatparkeerplaatsen verwijderd ten behoeve van een "walkable" en "bikeable city". In totaal verdwijnen er deze collegeperiode 1200 parkeerplaatsen in het centrum.
In 2019 hebben we het project Rotterdam MaaS (mobility as a service) beleving afgerond. Dit hield in dat 100 Rotterdammers konden met een mobiliteitsbudget gebruik maken van diverse mobiliteitsdiensten om zo ervaring op te doen met MaaS en deelsystemen zoals deelfietsen, deelscooters en deelauto’s. Dit project heeft inzicht gegeven in mogelijke barrières voor het gebruik van MaaS en (luxe) deeldiensten. Voor het vergroten van keuzevrijheid en verduurzaming zijn wij in 2019 gestart met de pilot LEV, kleine deelvoertuigen die een vervanging kunnen zijn voor auto’s in de stad. De pilot wordt nog geëvalueerd en is voortgezet tot 1 juli 2020 om meer inzicht te krijgen in verschuiving van gebruik modaliteiten en inzicht in gebruikersgroepen.
In 2019 zijn we ook gestart met de MaaS pilot Rotterdam Den Haag en de luchthaven. Deze pilot geeft inzicht in gebruikersgroepen, hoe om kan/moet worden gegaan met datadelen, samenwerking met de markt en hoe MaaS kan bijdragen aan de belangrijkste doelen (duurzaamheid, leefbaarheid en inclusiviteit).
In maart 2019 is de eerste fietsenbank van Rotterdam opgericht waarbij bewoners van Rotterdam Zuid met een kleine portemonnee in aanmerking kunnen komen voor een fiets. Ook worden hier fietslessen gegeven aan de mensen die niet beschikken over de fietsvaardigheid.
We hebben het bestaande voetgangersnetwerk in de stad in kaart gebracht, waarbij onder andere is gekeken naar: trottoirbreedte , fijnmazigheid netwerk, geluid, groen en stenigheid, barrières, bevolkingsopbouw (totaal, kinderen, ouderen) en voorzieningen zoals scholen, supermarkten en apotheken. In 2019 hebben we ook een begin gemaakt met Ontwerprichtlijnen voor voetgangers. Al deze input gebruiken we bij het opzetten van voetgangersbeleid.
In 2019 is het percentage volledig emissieloos in het gemeentelijke personenwagenpark gestegen van 28% naar ruim 40%. Ook van de lichte bedrijfsvoertuigen is in 2019 het aandeel emissieloos van 10% naar 19%gestegen. Dit is exclusief 30 voertuigen rijdend op waterstof, een pilot die gesubsidieerd is door het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Deze voertuigen waren verwacht in 2019, maar zijn uiteindelijk in januari 2020 geleverd. Bij het zwaardere segment zijn in 2019 pilots uitgevoerd zoals de eerste volledig emissieloze vuilniswagen. Tot slot was van de kleinere machines en gereedschappen eind 2019 ook ruim 25% emissieloos.
Effectindicatoren | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Relatieve aandeel schone verplaatsingen van en naar de binnenstad* | Streefwaarde | 61,7% | 62,4% | 63% | 63,7% | 64,3% | |
Realisatie | 61,3% | 61,7 % | 63,4 % | ||||
* Weergegeven is het aandeel verplaatsingen per fiets, openbaar vervoer, lopend en met schone motorvoertuigen, afgezet tegen het totaal aantal verplaatsingen inclusief vuile motorvoertuigen en brommers en scooters. Het aandeel schone verplaatsingen neemt al jaren langzaam maar gestaag toe. De streefwaarden tot en met 2022 bevatten een ambitie van 50% ten opzichte van de verschoningstrend in de afgelopen collegeperiode. |
Prestatie-indicatoren* | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Extra capaciteit fietsparkeren in de binnenstad | Streefwaarde | 1.000 | 2.000 | 3.000 | 4.000 | ||
Realisatie | 1.298 | ||||||
Aantal gerealiseerde fietsvriendelijker verkeersregelinstallaties | Streefwaarde | 25 | 50 | 75 | 100 | ||
Realisatie | 35 | ||||||
Realisatie 3 ecologische verbindingen | Streefwaarde | 1 | 1 | 1 | |||
Realisatie | |||||||
* In de begroting 2019 werd uitgezocht of een indicator verschoning gemeentelijk wagenpark wenselijk was. Er is gekozen om de verantwoording over de verschoning van het gemeentelijk wagenpark op te nemen in de beleidsinhoudelijke toelichting van het programma Beheer van de Stad en taakveld Overige Baten en Lasten- Vervoer en Materieel en in de oplegger van deze jaarrekening. |
Overzicht van baten en lasten Verkeer en vervoer - Ontwikkeling | Oorspr. Begroting 2019 | Bijgestelde Begroting 2019 | Realisatie 2019 | Afwijking | |
---|---|---|---|---|---|
Baten exclusief reserves | 2.854 | 3.786 | 2.923 | -863 |
|
Bijdragen rijk en medeoverheden | 113 | 614 | 729 | 115 | |
Overige opbrengsten derden | 2.741 | 3.295 | 2.319 | -976 | |
Overige baten | 0 | -123 | -124 | -1 | |
Lasten exclusief reserves | 24.102 | 33.714 | 27.435 | -6.279 |
|
Apparaatslasten | 8.377 | 9.331 | 8.562 | -769 | |
Inhuur | 347 | 572 | 496 | -76 | |
Overige apparaatslasten | 111 | 176 | 226 | 51 | |
Personeel | 7.919 | 8.584 | 7.839 | -744 | |
Interne resultaat | -3.276 | -1.270 | -642 | 629 | |
Interne resultaat | -3.276 | -1.270 | -642 | 629 | |
Programmalasten | 19.001 | 25.653 | 19.515 | -6.138 | |
Inkopen en uitbestede werkzaamheden | 9.518 | 16.945 | 10.756 | -6.189 | |
Kapitaallasten | 9.483 | 8.697 | 8.697 | 1 | |
Overige programmalasten | 0 | 0 | 56 | 56 | |
Salariskosten WSW en WIW | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Subsidies en inkomensoverdrachten | 0 | 11 | 5 | -6 | |
Saldo voor vpb en reserveringen | -21.248 | -29.928 | -24.512 | 5.416 | |
Saldo voor reserveringen | -21.248 | -29.928 | -24.512 | 5.416 | |
Reserves | 7.435 | 14.904 | 10.529 | -4.375 |
|
Onttrekking reserves | 7.435 | 15.701 | 11.326 | -4.375 | |
Toevoeging reserves | 0 | 797 | 797 | 0 | |
Saldo | -13.814 | -15.023 | -13.983 | 1.040 |
Overzicht afwijkingen | Afwijking baten | Afwijking lasten | Afwijking reserves | Afwijking saldo |
---|---|---|---|---|
1. Rijgedrag en Doorstroming | -1.100 | -1.100 | 0 | 0 |
2. Bestemmingsreserve Stedelijke Bereikbaarheid | 0 | -3.639 | -3.639 | 0 |
3. Bestemmingsreserve Actieplan Luchtkwaliteit | 0 | -615 | -615 | 0 |
4. Bestemmingsreserve Gebiedsontwikkeling | 0 | -116 | -116 | 0 |
5. Bestemmingsreserve Kansrijke Wijken | 0 | -5 | -5 | 0 |
6. Overhead | 0 | -177 | 0 | 177 |
7. Diverse Afwijkingen | 237 | -626 | 0 | 863 |
Totaal afwijkingen | -863 | -6.279 | -4.375 | 1.040 |
1. Rijgedrag en Doorstroming
Vanwege technische problemen is de uitrol van de hardware voor een periode bevroren. Hierdoor zijn minder verkeerslichten omgebouwd en opgeleverd dan voorzien was in de uitvoeringsplanning van 2019. Deze zijn in overleg met leverancier in de planning doorgeschoven naar 2020. Na oplevering in 2020 wordt pas financieel afgerekend.
2. Bestemmingsreserve Stedelijke Bereikbaarheid
De exploitatie van de veerpont is later gestart dan voorzien. Hierdoor schuift het grootste deel van de lasten voor de veerpont naar 2020. Daarnaast bleken de geraamde lasten op basis van het opgestelde pakket aan eisen betreffende het Verkeersregiemodel veel hoger uit te vallen dan het beschikbare budget. Hierdoor is er geen aanbesteding opgestart maar wordt het pakket aan eisen herzien om binnen het beschikbare budget te blijven.
3. Bestemmingsreserve Actieplan Luchtkwaliteit
De werkzaamheden met betrekking tot de aanleg van een fietsparkeervoorziening aan de Provenierssingel zijn door organisatorische oorzaken uitgesteld naar 2020. Hierdoor zijn er minder lasten gerealiseerd en heeft dit geleid tot een lagere onttrekking van € 615 uit de hiervoor beschikbare bestemmingsreserve.
4. Bestemmingsreserve Gebiedsontwikkeling
Voor de intensivering van de aanpak parkeerproblematiek en vergroening Noord zijn een aantal werkzaamheden verschoven naar het jaar 2020. Hierdoor zijn de lasten lager uitgevallen en heeft dit geleid tot een lagere onttrekking van € 116 uit de hiervoor beschikbare bestemmingsreserve.
5. Bestemmingsreserve Kansrijke Wijken
Op de bestemmingsreserve Kansrijke Wijken is er € 5 minder onttrokken uit de beschikbare reserve omdat er minder lasten zijn gerealiseerd dan begroot.
6. BBV-aanpassing overhead
Voor € 177 wordt de afwijking veroorzaakt door een correctie op grond van verslaggevingsvoorschriften. Deze correctie betreft aan projecten toegerekende apparaatslasten.
7. Diverse Afwijkingen
Het resterende verschil van € 863 positief wordt veroorzaakt door diverse kleine afwijkingen op de overige lasten en baten.
Rotterdam werkt aan verkeer ten dienste van een gezonde, economisch sterke en aantrekkelijke stad. De veranderingen in het totale mobiliteitsnetwerk van Rotterdam staan in het teken van klimaatdoelstellingen, schonere lucht, groei van de stad, ondernemen, meer ruimte voor prettig ontmoeten. Met als doel dat elke bewoner of bezoeker zich in Rotterdam emissieloos, snel, veilig, prettig en betaalbaar kan verplaatsen.
Rotterdam is een stad op twee oevers. De verbindingen daartussen zijn cruciaal. Het vernieuwen en uitbreiden van deze verbindingen, voor fietsers, voetgangers, openbaar vervoer en andere mobiliteitsdiensten en het optimaliseren van de verbindingen voor de auto, vormen een speerpunt in deze bestuursperiode.
De komende vier jaar werken we daarnaar toe door:
Een optimaal, schoon en veilig mobiliteitsnetwerk is een randvoorwaarde voor een economische succesvolle stad met een prettig woon- en leefklimaat. De energietransitie, de sprong naar de nieuwe economie en het faciliteren van de groei en verdichting van de stad met 18.000 woningen en het tegengaan van mobiliteitsarmoede bij Rotterdammers, kan alleen lukken als de mobiliteitsnetwerken van Rotterdam daarin een leidende rol spelen. Rotterdam speelt in op de wereldwijde beweging naar emissieloos vervoer, te beginnen met het OV en al snel ook andere modaliteiten. Het herzien van de energieinfrastructuur (zowel elektra als waterstof) is hierin op den duur cruciaal. De mobiliteitssector zal ook een stevige bijdrage moeten leveren in het bereiken van de doelstellingen van Parijs.
Het duurzaam verbinden van noord en zuid in Rotterdam is tevens een prioriteit om daarmee het volle potentieel van de stad tot zijn recht te laten komen.