* In 2018 is geen nieuwe meting verricht. In 2019 wordt een nieuwe meting gedaan, waarvan de cijfers in het najaar beschikbaar komen.
Het gemeentebestuur werkt aan een stad met een sterk cultureel klimaat. Onder kunst en cultuur vallen niet alleen beeldende kunst, theater, dans, muziek, musea en film. Ook de bibliotheek, culturele evenementen en de creatieve industrie zijn vormen van cultuur. Om de doelen op het terrein van kunst en cultuur te bereiken, maakt de gemeente beleid en verleent zij (financiële) ondersteuning aan kunstenaars, creatieve makers en culturele organisaties.
De gemeente stimuleert het sportieve klimaat in de stad. Doel is de sportparticipatie van Rotterdammers te vergroten door een uitgebreid aanbod aan voorzieningen en activiteiten. Talentontwikkeling, activering en verbinding zijn kernbegrippen. Natuur- en milieulessen, bewegingslessen en schooltuinieren dragen bij aan een gezond en duurzaam Rotterdam.
1. Verhogen van het aantal Rotterdammers dat deelneemt aan activiteiten op het terrein van cultuur, sport en beweging.
2. Uitvoering van de Sportnota 2017-2020.
3. Sportvoorzieningen krijgen een betere kwaliteit en uitbreiding van capaciteit.
4. Uitvoering verzelfstandiging sport en overgang natuur- en milieueducatie.
5. Uitvoering van het Cultuurplan 2017-2020, inclusief de daarin opgenomen speerpunten: (aantoonbare) vergroting en verbreding van het publieksbereik, vernieuwing en innovatie, cultuureducatie en talentontwikkeling, internationale profilering en samenwerking.
6. Met incidentele subsidies initiatieven mogelijk maken die bijdragen aan een breed publieksbereik, talenontwikkeling en innovatie.
7. Ontwikkeling en uitvoering van strategische beleidsdossiers op het gebied van cultuur, waaronder creatieve industrie, alternatieve financieringsvormen en collectiebeleid.
8. Realisatie van (her)huisvesting van een aantal culturele voorzieningen, zoals het Collectiegebouw Boijmans Van Beuningen en Kunstenpand Hart van Zuid.
1. Verhogen van de cultuur- , sport- en beweegdeelname door Rotterdammers
Het college heeft het culturele en sportieve klimaat ondersteund en deelname aan culturele en sportieve activiteiten gestimuleerd. In 2018 nam 66% van de Rotterdammers van 6 tot 80 jaar deel aan sportactiviteiten. De werkgroep Publieksbereik, bestaande uit gemeente, culturele instellingen en Rotterdam Festivals, is in 2018 gestart met een meerjarig onderzoek naar publieksbereik en -vergroting. Doel van de culturele instellingen is zo veel mogelijk Rotterdammers bij cultuur te betrekken. Uit de eerste resultaten van dit meerjarige onderzoek blijkt:
2. Uitvoering Sportnota 2017-2020
In oktober 2016 stelde de gemeenteraad de Sportnota 2017-2020 ’Sport beweegt Rotterdam’ vast en in 2017 het Implementatieplan Sportnota 2017 +. In deze nota zijn vier ambities vastgesteld:
In 2018 heeft het college verder gewerkt aan de uitvoering van deze ambities. Een toelichting op de in 2018 gerealiseerde activiteiten staat beschreven bij het product Sport en recreatie in dit jaarverslag.
3. Betere kwaliteit en uitbreiden van capaciteit van sportvoorzieningen
Het college heeft in 2018 verder gewerkt aan de verhoging van de kwaliteit van sportvoorzieningen en aan uitbreiding van de capaciteit. In 2018 zijn het nieuwe Zwemcentrum en het sportcomplex Olympia geopend, waarmee de sportcapaciteit is uitgebreid. Verder heeft het college zes hybride velden omgezet in kunstgrasvelden, subsidies toegekend voor het wegwerken van achterstallig onderhoud van de kantines en kleedkamers van sportclubs en is een verdere slag gemaakt met de aanpak van een aantal sportcomplexen. Zie voor een uitgebreidere beschrijving bij het product Sport en recreatie in dit jaarverslag.
4. Verzelfstandigingen: zelfstandig sportbedrijf en overgang NME
Per 1 januari 2018 is het Sportbedrijf Rotterdam van start gegaan en is de verzelfstandiging van de uitvoering van taken rond sportvoorzieningen en sportprogrammering daarmee voltooid. De gemeente heeft de afspraken met het Sportbedrijf vastgelegd in een jaarovereenkomst, waarvan de voortgang periodiek gemonitord en besproken is. Het college heeft in 2018 de verzelfstandiging van de kinderboerderijen en natuur- en milieueducatie afgerond. In september is de stichting Natuurstad Rotterdam opgericht en is een directeur en een raad van toezicht aangesteld. In november heeft het college de documenten over de ontvlechting en de inbreng vastgesteld. Natuurstad Rotterdam neemt het beheer van 8 kinderboerderijen, 11 schooltuinen, 3 bijzondere tuinen en natuur- en milieulessen aan alle basisscholen in Rotterdam over van de gemeente. De prestaties en randvoorwaarden zijn vastgelegd in een prestatiedocument en een subsidiebeschikking.
5. Uitvoering van het Cultuurplan 2017-2020
Speerpunten in het cultuurbeleid 2017-2020 zijn: aantoonbare vergroting en verbreding van het publieksbereik, innovatie, cultuureducatie en talentontwikkeling, internationale profilering en samenwerking. Sinds begin 2018 stellen cultuurplaninstellingen hun gegevens over het publiek ter beschikking aan Rotterdam Festivals. Dit heeft geleid tot een goed inzicht in het publieksbereik van de sector; Rotterdam is daarmee uniek in Nederland. In gezamenlijkheid en onderbouwd door gedegen onderzoek is de sector aan de hand van deze resultaten hard bezig om nog meer Rotterdammers te bereiken. Uit de voorlopige resultaten blijkt onder meer dat:
Uit het onderzoek blijkt echter ook dat cultuurparticipatie in sommige wijken nog beter kan omdat mensen daar drempels in aanbod, geld en tijd ervaren. De cultuurplaninstellingen gaan gezamenlijk aan de slag om ook in die wijken de cultuurdeelname te vergroten.
Cultuureducatie en talentontwikkeling zijn instrumenten die worden ingezet om de cultuurdeelname te vergroten. Besloten is cultuureducatie op te nemen in de dagprogrammering van scholen. Culturele instellingen werken gezamenlijk aan de doorstroming van talentvolle makers vanuit de gebieden naar kunstvakonderwijs of plaatsen waar zij dit talent kunnen laten zien en verder ontwikkelen. Het atelier- en broedplaatsenbeleid moet ervoor zorgen dat deze talenten ook kunnen beschikken over goede werkruimte.
De gemeente ziet in al deze ontwikkelingen een groeiende samenwerking binnen de culturele sector maar ook van culturele instellingen met andere domeinen van het gemeentelijk beleid, zoals welzijn, onderwijs, zorg, het programma Resilience en de economische sector.
6. Incidentele subsidies
Om beter tegemoet te kunnen komen aan de behoeften van kunstenaars, creatieven en culturele organisaties heeft de gemeente in 2018 nieuwe ondersteuningsvormen ontwikkeld en ingevoerd naast de reguliere incidentele subsidies:
7. Ontwikkeling en uitvoering van strategische beleidsdossiers op het gebied van cultuur
In 2018 zijn enkele beleidsdossiers vastgesteld, in uitvoering genomen en herijkt, zoals de Visie Collectie Rotterdam, het Atelier- en Broedplaatsenbeleid en het Evenementenbeleid. Op verzoek van de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen heeft het college samen met de gemeente Dordrecht een regioprofiel opgesteld. Het regioprofiel is een van de documenten dat de minister ondersteunt bij de ontwikkeling van een nieuw stelsel voor landelijke cultuursubsidiëring.
8. Realisatie van (her)huisvesting van een aantal culturele voorzieningen
In 2018 is gestart met de bouwkundige renovatie en aanpassing van het Wereldmuseum. Daarnaast zijn de bouw van het collectiegebouw Museum Boijmans Van Beuningen, Kunstenpand Zuid (Theater Zuidplein, Bibliotheek Rotterdam) en Feniks1 (Conny Janssen Danst, Circus Rotjeknor, Codarts) voortgezet. Eind 2018 heeft de gemeenteraad besloten tot een grootschalige renovatie en verbouwing van Museum Boijmans Van Beuningen. Tijdens de verbouwing kan het publiek op andere locaties in de stad genieten van de exposities van Boijmans.
* In 2018 is geen nieuwe meting verricht. In 2019 wordt een nieuwe meting gedaan, waarvan de cijfers in het najaar beschikbaar komen.
Overzicht baten en lasten Cultuur, sport en recreatie | Rekening 2017 | Oorspr. Begroting 2018 | Bijgestelde Begroting 2018 | Realisatie 2018 | Afwijking | |
---|---|---|---|---|---|---|
Baten exclusief reserves | 12.801 | 5.364 | 5.472 | 11.676 | 6.205 |
|
Totaal baten | 12.801 | 5.364 | 5.472 | 11.676 | 6.205 | |
Bijdragen rijk en mede-overheden | 104 | 0 | 0 | 77 | 77 | |
Opbrengsten derden | 12.667 | 5.364 | 5.472 | 10.687 | 5.215 | |
Overige baten | 30 | 0 | 0 | 912 | 912 | |
Lasten exclusief reserves | 208.814 | 212.993 | 208.947 | 212.623 | 3.677 |
|
Apparaatslasten | 27.055 | 12.547 | 13.281 | 13.161 | -119 | |
Inhuur | 1.283 | 222 | 506 | 539 | 34 | |
Overige apparaatslasten | 703 | 294 | 297 | 396 | 99 | |
Personeel | 25.069 | 12.030 | 12.478 | 12.227 | -251 | |
Interne Lasten | 10.180 | 8.440 | -5.108 | -4.566 | 543 | |
Beleidspecifiek vastgoed | 22.303 | 20.957 | 7.882 | 7.699 | -182 | |
Overige doorbelastingen | -12.123 | -12.517 | -12.990 | -12.265 | 725 | |
Programmalasten | 171.578 | 192.006 | 200.774 | 204.027 | 3.253 | |
Financieringslasten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Inkopen en uitbestede werkzaamheden | 27.557 | 43.428 | 53.071 | 56.363 | 3.292 | |
Kapitaallasten | 1.597 | 1.485 | 1.497 | 1.940 | 443 | |
Overige programmalasten | 1.203 | 1.132 | 1.325 | 1.189 | -136 | |
Sociale uitkeringen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Subsidies en inkomensoverdrachten | 141.222 | 145.962 | 144.881 | 144.536 | -345 | |
Saldo voor vpb en reserveringen | -196.013 | -207.629 | -203.475 | -200.947 | 2.528 | |
Vennootschapsbelasting | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Saldo voor reserveringen | -196.013 | -207.629 | -203.475 | -200.947 | 2.528 | |
Mutaties reserves | 2.638 | 1.655 | 3.531 | 2.927 | -604 | |
Toevoeging aan reserves | 2.600 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Onttrekking aan reserves | 4.972 | 1.655 | 3.531 | 2.677 | -854 | |
Vrijval reserves | 267 | 0 | 0 | 250 | 250 | |
Saldo voor overhead | -193.374 | -205.974 | -199.944 | -198.020 | 1.924 |
Toerekening overhead aan Cultuur, sport en recreatie | Rekening 2017 | Oorspr. begroting 2018 | Bijgestelde Begroting 2018 | Realisatie 2018 | Afwijking | |
---|---|---|---|---|---|---|
Overhead concernondersteuning en concernhuisvesting | 8.807 | 6.278 | 6.278 | 6.278 | 0 | |
Overhead clustermanagement en ondersteuning | 7.330 | 2.961 | 2.849 | 2.914 | 66 | |
Saldo na overhead | -209.511 | -215.212 | -209.071 | -207.213 | 1.858 |
Op het programma Cultuur, sport en recreatie is sprake van een voordeel van € 1,9 mln. Er is sprake van een voordeel van € 0.8 mln op het product Cultuur en € 1.1 mln op het product Sport en Recreatie. De belangrijkste oorzaken zijn de volgende.
Incidentele verkoopopbrengst
De baten komen ruimschoots hoger uit dan begroot, in verband met een incidentele verkoopopbrengst vanuit de verkoop van inventaris aan het Sportbedrijf. Deze opbrengst was oorspronkelijk begroot onder de programmalasten.
Onderbesteding subsidiebudget
De onderbesteding op het subsidiebudget wordt veroorzaakt door lagere subsidietoekenningen, overlopende subsidieverplichtingen naar 2019 en positieve resultaten uit vaststellingen subsidies voorgaande jaren.
Onderbesteding programmalasten
De onderbesteding op de programmalasten wordt veroorzaakt door nog niet afgeronde projecten ten behoeve van de kwaliteitsslag sportcomplexen en de vrijval van kapitaallasten.
Hogere frictiekosten
Daarentegen is sprake van hogere frictiekosten bij de verzelfstandiging van Natuur en Milieueducatie en het Sportbedrijf, evenals hogere frictiekosten in verband met vertraging in het op afstand zetten van Lokale Culturele Centra.
De mate waarin Rotterdammers deelnemen aan sport wordt iedere twee jaar onderzocht met het Vrijetijdsonderzoek (VTO), uitgevoerd door de afdeling Onderzoek en Business Intelligence (OBI) van de gemeente. Uit het VTO 2015 bleek dat reeds aan de doelstelling was voldaan (62%). Uit de meting eind 2017 lijkt dat de stijgende lijn is doorgezet; in 2018 nam 66% van de Rotterdammers van 6 tot 80 jaar deel aan sportactiviteiten.
Het verhogen van sport- en beweegdeelname onder Rotterdammers is een van de speerpunten van het gemeentelijk beleid op gebied van sport. Ook in de gemeentelijke plannen op gebied gezondheid, buitenruimte en welzijn heeft sport en bewegen een plek. In 2017 is het implementatieplan Sportnota 2017+ vastgesteld en daarmee een heel divers palet aan maatregelen om het sporten- en bewegen te
faciliteren en stimuleren. O.a. door laagdrempelige, betaalbare sportvoorzieningen aan te bieden en met subsidieregelingen activiteiten en
investeringen in accommodaties te stimuleren. Om nog beter aan te kunnen sluiten bij de behoefte van Rotterdammers is in ieder gebied een sportregisseur werkzaam, die faciliteert dat het aanbod en de behoefte van diverse doelgroepen beter op elkaar aansluit.
Vanaf 2019 zal de sportparticipatie gemeten worden door de reeds in Rotterdam bestaande Wijkprofielen. Aanvullende beleidsmatige informatie wordt vanaf 2019 verkregen middels een nieuwe onderzoeksmethode: de Rotterdamse Sportdeelname Index (panelonderzoek).