Bevorderen van kansengelijkheid in het onderwijs.
Het stimuleren van een passend, toegankelijk, gedifferentieerd en kwalitatief hoogwaardig onderwijsaanbod in de hele stad.
Voldoende goede leraren, pedagogisch medewerkers, schoolleiders en instructeurs.
Het verminderen van schooluitval.
Beschrijving BBV-indicator | Eenheid | Bron | ||
---|---|---|---|---|
Absoluut verzuim | Aantal per 1.000 leerlingen | Streefwaarde | In 2022 hetzelfde lage niveau (0,43) | DUO |
Realisatie | 2,4 | |||
Relatief verzuim | Aantal per 1.000 leerlingen | Streefwaarde | 55 in 2022 | DUO |
Realisatie | 58 | |||
Vroegtijdig schoolverlaters zonder startkwalificatie (vsv-ers) | % deelnemers aan het VO en MBO onderwijs | Streefwaarde | 2,82% in schooljaar 19-20 (cijfers beschikbaar eind 2021) | DUO |
Realisatie | 2,5% | |||
Meer informatie over de BBV-indicatoren is te vinden op www.waarstaatjegemeente.nl. |
Absoluut verzuim
Jongeren tussen de 5 en 18 jaar moeten onderwijs volgen (leerplicht). De gemeente heeft de wettelijke taak om in de gaten te houden of kinderen ook echt naar school gaan. Bij absoluut verzuim is een leerling niet ingeschreven op school. Het cijfer geeft het aantal leerplichtigen weer, dat niet staat ingeschreven op een school per duizend inwoners in de leerplichtige leeftijd van 5-18 jaar. De doelstelling was het behouden van de kleine aantallen (0,43) ten opzichte van het G4 gemiddelde. Binnen de G4 werden echter verschillende telmethodes gehanteerd. Hiervoor is nu dezelfde telmethode afgesproken en het percentage van de G4 is daarmee vergelijkbaar geworden. Door de wijziging in de telmethodiek is de realisatie (2,4) niet meer in lijn met de oorspronkelijke streefwaarde (0,43). Ondanks deze correctie doet Rotterdam het nog steeds goed op het gebied van absoluut verzuim in vergelijking met het landelijk (2,7) en G4 gemiddelde (3,7). De gemeente zet fors in op absoluut verzuim. Hiervoor worden de leerplichtambtenaren ingezet. Deze zorgen ervoor dat alle kinderen gebruik kunnen maken van hun recht op onderwijs. Dat betekent dat hulp wordt ingezet zodra blijkt dat een jongere geen onderwijs meer krijgt. Ook bemiddelt de leerplichtambtenaar bij de scholen en denkt mee met de jongere en diens ouders/verzorgers over welke school het beste is.
Relatief verzuim
Er is sprake van relatief verzuim als een leerplichtige jongere wel op een school staat ingeschreven, maar zonder geldige reden les- of praktijktijd verzuimt. Het cijfer geeft het aantal leerplichtigen weer dat wel staat ingeschreven op een school, maar ongeoorloofd afwezig is per duizend inwoners in de leerplichtige leeftijd van 5-18 jaar. Op dit moment is het relatief verzuim in Rotterdam hoger dan het gemiddelde in Nederland. Het hogere cijfer van Rotterdam is mede te verklaren door een lager opgeleide bevolking. Een effectieve aanpak is afhankelijk van een goede samenwerking tussen verschillende partijen (scholen, gemeente, hulpverlening, zorg e.a.). Om dit te bewerkstelligen zullen we de inzet samen met de scholen verder blijven verbeteren.
Vroegtijdig schoolverlaters zonder startkwalificatie
Jongeren die met een diploma van school gaan, hebben meer kans op een baan en op succesvol deelnemen aan de maatschappij. Daarom willen wij dat zoveel mogelijk jongeren een startkwalificatie halen. Dit is een diploma havo, vwo of mbo (niveau 2) of hoger. Het vsv-cijfer geeft het percentage weer van het totaal aantal leerlingen voortgezet onderwijs en mbo (12-23 jaar) dat voortijdig, dus zonder startkwalificatie, het onderwijs verlaat. We zien dat het meest recente vsv-cijfer van het rijk, dat van schooljaar 2019-2020, de gewenste daling laat zien ten opzichte van eerdere jaren. Hiermee volgt Rotterdam de landelijke trend, die grotendeels veroorzaakt wordt door de corona crisis. Meer jongeren dan anders haalden een diploma. Daarnaast kozen meer jongeren ervoor om langer op school te blijven vanwege de (tijdelijk) afgenomen vraag naar jonge arbeidskrachten door de effecten van de lockdown. Ondanks het lagere vsv-cijfer maken we ons zorgen om het welzijn van de jongeren. Sommige jongeren ervaren door de corona crisis o.a. meer psychosociale- en geldproblemen. Met diverse interventies en met onze (preventieve) inzet op de scholen spelen we daarop in en kunnen we (kwetsbare) jongeren in een eerder stadium benaderen. Zo voorkomen we waar mogelijk uitval.
Overzicht van baten en lasten Onderwijs | Realisatie 2021 | Begroting 2022 | Raming 2023 | Raming 2024 | Raming 2025 | Raming 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Baten exclusief reserves | 65.771 | 76.924 | 68.246 | 59.243 | 57.270 | 57.270 |
|
Bijdragen rijk en medeoverheden | 65.347 | 74.694 | 67.273 | 58.270 | 56.371 | 56.371 | |
Overige opbrengsten derden | 424 | 2.231 | 972 | 972 | 899 | 899 | |
Lasten exclusief reserves | 199.564 | 215.521 | 202.859 | 193.496 | 191.149 | 191.138 |
|
Apparaatslasten | 15.084 | 15.913 | 16.037 | 15.260 | 15.262 | 15.262 | |
Inhuur | 239 | 438 | 438 | 438 | 438 | 438 | |
Overige apparaatslasten | 204 | 334 | 363 | 350 | 352 | 352 | |
Personeel | 14.641 | 15.141 | 15.236 | 14.472 | 14.472 | 14.472 | |
Intern resultaat | 58.703 | 57.209 | 58.977 | 62.341 | 66.797 | 72.663 | |
Intern resultaat | 58.703 | 57.209 | 58.977 | 62.341 | 66.797 | 72.663 | |
Programmalasten | 125.777 | 142.399 | 127.845 | 115.895 | 109.090 | 103.213 | |
Inkopen en uitbestede werkzaamheden | 8.650 | 23.877 | 23.326 | 11.912 | 7.069 | 1.203 | |
Kapitaallasten | 0 | 0 | 0 | 839 | 828 | 816 | |
Overige programmalasten | 34 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Sociale uitkeringen | 13.818 | 14.673 | 11.105 | 11.105 | 11.105 | 11.105 | |
Subsidies en inkomensoverdrachten | 103.276 | 103.849 | 93.414 | 92.038 | 90.089 | 90.089 | |
Saldo voor vpb en reserveringen | -133.793 | -138.596 | -134.613 | -134.254 | -133.879 | -133.868 | |
Saldo voor reserveringen | -133.793 | -138.596 | -134.613 | -134.254 | -133.879 | -133.868 | |
Reserves | 139 | 500 | 312 | 289 | 219 | 219 |
|
Onttrekking reserves | 200 | 435 | 312 | 289 | 219 | 219 | |
Toevoeging reserves | 126 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Vrijval reserves | 65 | 65 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Saldo | -133.655 | -138.097 | -134.301 | -133.965 | -133.660 | -133.648 |
Baten
De totale baten bestaan met name uit bijdragen van het Rijk. Structurele middelen voor Onderwijsachterstandenbeleid (OAB). Middelen tot en met 2023 voor de Regiodeal Rotterdam Zuid (NPRZ) en Nationaal Programma Onderwijs (NPO).
Lasten
Onderwijsbeleid en leerlingzaken
De middelen dienen ter uitvoering van het Rotterdams Onderwijsbeleid. Uit deze middelen worden met name subsidies verstrekt voor vroeg- en voorschoolse educatie, schoolontwikkeling, burgerschap en leraren. Ook worden middelen besteed aan ouderbetrokkenheid, overgangsmomenten in het onderwijs, loopbaanoriëntatie en leerlingenvervoer. Tevens wordt de inzet van medewerkers van het Jongerenloket en Leerplicht, die werkzaamheden uitvoeren gericht op het voorkomen van verzuim, hieruit bekostigd.
Om de onderwijsvertragingen bij kinderen als gevolg van COVID-19 in te lopen zijn er tijdelijke middelen beschikbaar vanuit het NPO.
Onderwijshuisvesting
De lasten voor onderwijshuisvesting bestaan voornamelijk uit huurlast voor schoolgebouwen en de uitvoering van het Integraal Huisvestingsplan Onderwijs. Ook het bewegingsonderwijs wordt hieruit betaald.
Reserves
De lasten voor het Convenant ID-banen worden gedekt vanuit de daarvoor gevormde bestemmingsreserve.
Meerjarig verloop
Door de tijdelijke extra rijksmiddelen voor NPO en NPRZ zijn de baten en lasten hoger in 2022 en 2023.
Programma / Taakveld | Mutatie 2022 (€) | Mutatie 2022 (%) | Mutatie 2023 (€) | Mutatie 2023 (%) | Mutatie 2024 (€) | Mutatie 2024 (%) | Mutatie 2025 (€) | Mutatie 2025 (%) | Mutatie 2026 (€) | Mutatie 2026 (%) | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Onderwijs | 832 | 1% | 1.278 | 1% | 282 | 0% | 280 | 0% | 292 | 0% |
|
Onderwijsbeleid en leerlingzaken | 999 | 1% | 1.234 | 2% | 43 | 0% | 41 | 0% | 53 | 0% | |
Onderwijshuisvesting | -167 | 0% | 45 | 0% | 239 | 0% | 239 | 0% | 239 | 0% |
Binnen het programma Onderwijs voert de gemeente wettelijke taken uit, zoals leerlingenvervoer, voor- en vroegschoolse educatie (vve), voortijdig schoolverlaten, onderwijs aan kinderen van statushouders en asielzoekers en onderwijshuisvesting. Daarnaast ontwikkelt de gemeente stedelijk onderwijsbeleid waarvoor ze zowel gemeentelijke als rijksmiddelen inzet. Ook voert de gemeente stedelijk beleid uit op schoolzwemmen.