Voortbouwend op de Rotterdamse Mobiliteitsaanpak (RMA), die in 2020 door de gemeenteraad is vastgesteld hebben we het Verkeerscirculatieplan Binnenstad opgesteld. Dit plan is op 31 maart 2021 besproken met de raadscommissie Energietransitie, Duurzaamheid, Economie en Mobiliteit. De behandeling in de voltallige raad is voorzien voor later dit jaar.
We gaan extra inzet plegen op het gebied van verkeersveiligheid. Hiermee spelen we in op de actuele maatschappelijke inzichten rondom verkeersveiligheid in de stad. De basis van de aanpak verkeersveiligheid ligt in het Rotterdam Veilig Vooruit (vastgesteld in de gemeenteraad 2018). Naast de fysieke aanpak van black spots is er steeds meer operationele inzet nodig onder andere voortvloeiend uit bestuurlijke toezeggingen die zijn gedaan. Het betrekken van de samenleving op het gebied van leefbaarheid en veiligheid is nadrukkelijker onderdeel van het werk. Daarnaast zijn er ontwikkelingen zoals toename van de aso/showrijders in de stad, waar het aspect geluid ook nadrukkelijk mee samenhangt, en het toenemende belang dat wordt gehecht aan verbeteringen van de veiligheid rond basisscholen.
Ook gaan we onverminderd door met nemen van maatregelen om fietsers en voetgangers meer ruimte te geven en zodat ondernemers meer ruimte krijgen. Bij de uitvoering van de maatregelen letten we erop dat de maatregelen zoveel als mogelijk aansluiten bij langere termijn ambities uit onder ander de RMA en de Visie Openbare Ruimte.
De coronacrisis heeft ook in 2021 nog steeds een grote invloed op het leven van de Rotterdammers. De verschillende typen maatregelen die het Rijk hanteert en gehanteerd heeft, hebben aanzienlijke effectten op het verplaatsingspatroon van de Rotterdammers en de bezoekers aan onze stad. Ook nu de maatregelen terug geschaald zijn t.o.v. eerder dit jaar, heeft dit nog steeds zijn weerslag op de grootte van de verkeersstromen in de stad en het gebruik van auto, fiets en openbaar vervoer. We blijven de ontwikkelingen op dit gebied op de voet volgen.
In het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT)-traject gericht op verbetering van de regionale OV-structuur en een nieuwe oeververbinding, wordt toegewerkt naar een voorkeursbeslissing te nemen in 2022. Op 21 april zijn in dat kader de onderzoeksresultaten ‘zeef 1’ besproken met de raadscommissie Energietransitie, Duurzaamheid, Economie en Mobiliteit.
De doelstellingen van het taakveld die staan vermeld onder 'Wat willen we bereiken' en 'Wat gaan we daarvoor doen' zijn nog actueel. Er zijn geen ontwikkelingen die hebben geleid tot afwijkingen in het beoogde effect of de inspanningen. Wel is het duidelijk dat de coronacrisis de nodige onzekerheden met zich meebrengt. Zo is nog onduidelijk wanneer het gebruik van het openbaar vervoer zich weer gaat herstellen en zal er van groei van het gebruik van het openbaar vervoer de komende tijd naar verwachting geen sprake zijn. Steun van het Rijk zal ook de komende jaren nodig zijn om het openbaar vervoer beschikbaar te houden. Ook heeft de crisis waarschijnlijk economische effecten die hun weerslag zullen hebben op het mobiliteitssysteem in zijn geheel. Ondanks deze onzekerheden blijven we vooralsnog echter onverminderd vasthouden aan de voorgestelde investeringen en de beoogde mobiliteitstransitie.
Zo hebben we het voornemen om als onderdeel van Rotterdam Sterker Door te investeren in optimalisatiemaatregelen aan de buscorridors door de Maastunnel (tussen Zuidplein en Rotterdam Centraal) en over de Van Brienenoordbrug (tussen Zuidplein, Stadionpark en Kralingse Zoom).
Een duurzame, op groei van de stad gerichte aanpassing van mobiliteitsinfrastructuur.
We faciliteren de groei en verdichting van de stad primair met slimme duurzame en integrale aanpassingen aan het infrastructurele netwerk. Dit betekent nieuwe oeververbindingen, veilige en oversteekbare stadsboulevards, ruime fietspaden, aantrekkelijke OV-knooppunten, toekomstbestendige energie-infrastructuur voor elektrisch rijden en meer stallingsruimte voor de fiets. Dit betekent:
We dragen bij aan de verduurzaming van de mobiliteitsmiddelen
We willen de mobiliteitsgroei opvangen met modaliteiten en vervoerssystemen die schoner en stiller zijn, minder ruimte claimen en voor iedereen toegankelijk zijn. Dit betekent het bevorderen van: wandelen, fietsen, openbaar vervoer en elektrificatie van motorvoertuigen en schone logistiek in de stad. Dit betekent:
Een duurzame, op groei van de stad gerichte aanpassing van mobiliteitsinfrastructuur.
We werken programmatisch aan het creëren van meer ruimte op bestaande fietspaden en het aanleggen van nieuwe metropolitane- en snelfietsroutes en weten ons hierin gesteund door de MRDH en het Rijk. We breiden stallingsmogelijkheden uit, met name bij stations en hebben oog voor deelsystemen.
We dragen bij aan de verduurzaming van de mobiliteitsmiddelen
Effectindicatoren | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Relatieve aandeel schone verplaatsingen van en naar de binnenstad* | Streefwaarde | 61,7% | 62,4% | 63% | 63,7% | 64,3% | |
Realisatie | 61,7% | 63,4% | 61,2% | ||||
De covid 19-maatregelen hebben een grote impact op mobiliteit in de stad en op de indicator “Meer schone verplaatsingen van en naar de binnenstad”. De indicator laat een flinke terugval zien. Hoewel mensen zijn blijven lopen en fietsen, is het gebruik van het openbaar vervoer dramatisch teruggelopen. Omdat ook het totaal aantal verplaatsingen is gedaald, is de mobiliteit in de stad er in 2020 toch schoner op geworden. * Bij de begroting 2021 is de reeks 'Realisatie' onjuist gepresenteerd. Realisatie 2019 is per abuis gepresenteerd onder 2020 en realisatie 2018 onder 2019. |
Tweede Herziening | Begroting 2022 | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Overzicht van baten en lasten Verkeer en vervoer - Ontwikkeling | Realisatie 2020 | Begroting 2021 | Begroting 2022 | Raming 2023 | Raming 2024 | Raming 2025 | |
Baten exclusief reserves | 4.247 | 6.149 | 2.324 | 2.324 | 2.324 | 2.324 |
|
Bijdragen rijk en medeoverheden | 1.036 | 632 | 114 | 114 | 114 | 114 | |
Overige opbrengsten derden | 3.217 | 5.517 | 2.210 | 2.210 | 2.210 | 2.210 | |
Overige baten | -7 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Lasten exclusief reserves | 30.543 | 38.597 | 27.768 | 18.384 | 20.364 | 20.530 |
|
Apparaatslasten | 10.086 | 12.138 | 12.935 | 12.792 | 12.899 | 12.899 | |
Inhuur | 1.035 | 1.433 | 1.775 | 1.629 | 1.736 | 1.736 | |
Overige apparaatslasten | 187 | 177 | 201 | 201 | 201 | 201 | |
Personeel | 8.864 | 10.528 | 10.960 | 10.962 | 10.962 | 10.962 | |
Intern resultaat | -1.308 | -2.254 | -2.699 | -2.699 | -2.699 | -2.699 | |
Intern resultaat | -1.308 | -2.254 | -2.699 | -2.699 | -2.699 | -2.699 | |
Programmalasten | 21.766 | 28.714 | 17.532 | 8.292 | 10.164 | 10.329 | |
Financieringslasten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Inkopen en uitbestede werkzaamheden | 13.480 | 20.473 | 8.910 | -1.210 | -1.075 | -339 | |
Kapitaallasten | 8.335 | 8.166 | 8.622 | 9.502 | 11.239 | 10.668 | |
Overige programmalasten | -41 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Subsidies en inkomensoverdrachten | -8 | 75 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Saldo voor vpb en reserveringen | -26.297 | -32.449 | -25.444 | -16.060 | -18.039 | -18.205 | |
Saldo voor reserveringen | -26.297 | -32.449 | -25.444 | -16.060 | -18.039 | -18.205 | |
Reserves | 12.660 | 15.814 | 8.775 | 4.119 | 5.787 | 5.629 |
|
Onttrekking reserves | 13.059 | 15.814 | 8.775 | 4.119 | 5.787 | 5.629 | |
Toevoeging reserves | 399 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Saldo | -13.637 | -16.634 | -16.669 | -11.941 | -12.253 | -12.577 |
Tweede Herziening | Begroting 2022 | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Bijstellingen Verkeer en vervoer - Ontwikkeling | Begroting 2021 | Begroting 2022 | Raming 2023 | Raming 2024 | Raming 2025 |
|||
Eerste Herziening / Voorjaarsnota 2021 | -16.869 | -17.067 | -12.592 | -12.889 | -12.901 | |||
Bijstellingen Tweede Herziening 2021 / Begroting 2022 | 235 | 398 | 651 | 636 | 325 | |||
Koers van de stad: Onderzoek innovatieve maatregelen verkeersaso's | Intensiveringen | 0 | -51 | 0 | 0 | 0 | ||
Actualisatie kapitaallasten | Ramingsbijstellingen onvermijdelijk | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Wijk aan Zet | Ramingsbijstellingen vermijdbaar | 13 | 34 | 31 | 31 | 31 | ||
Bestemmingsreserve Rotterdamse Investeringsmotor | Reserves | 0 | -3 | 1 | 5 | -270 | ||
Technische wijzigingen | Technische wijzigingen | 223 | 418 | 618 | 600 | 563 | ||
Begroting na wijzigingen | -16.634 | -16.669 | -11.941 | -12.253 | -12.577 |
Koers van de stad: Onderzoek innovatieve maatregelen verkeersaso's
Betreft de verwerking van het voorstel 'Onderzoek innovatieve maatregelen verkeersaso's' in het kader van Koers van de Stad op initiatief van de VVD fractie. Hierbij wordt € 51 beschikbaar gesteld voor een onderzoek naar alle innovatieve maatregelen (zowel fysiek als handhaving) om overlast gevende weggebruikers tegen te gaan.
Actualisatie kapitaallasten
De kapitaallasten zijn aangepast op basis van bijgestelde investeringskredieten alsmede geactualiseerde ramingen en de bouwrente van de jaarschijven 2021, 2022, 2023, 2024 en 2025. Een volledig beeld van de kredieten is opgenomen in de paragraaf Investeringen.
Wijk aan Zet
Deze budgetverschuiving naar programma Bestuur en Dienstverlening is ter dekking van kosten voor de implementatie van Wijk aan zet/Werken in stad en wijk.
Bestemmingsreserve Rotterdamse Investeringsmotor (RIM)
De lasten in de begroting 2021 en verder en de bijbehorende onttrekkingen aan de bestemmingsreserve RIM zijn in lijn gebracht met de huidige projectbegrotingen. Het betreft de onderstaande wijzigingen:
Technische wijzigingen
Op het taakveld Verkeer en Vervoer Ontwikkeling zijn de onderstaande technische wijzigingen verwerkt:
Dit taakveld betreft het opstellen en uitvoeren van verkeersbeleid, het nemen van verkeersbesluiten (waaronder vergunningverlening) ten behoeve van de inrichting van de openbare verkeersinfrastructuur, het verrichten van investeringen in de verkeersinfrastructuur, het nemen van verkeersmaatregelen ten behoeve van verkeersregulering en het beïnvloeden van verkeersgedrag met het oog op verkeersveiligheid en verduurzaming van mobiliteit.