Begroting 2022 en Tweede Herziening 2021

Met nieuwe energie bouwen aan de stad van morgen

Milieubeheer - Duurzaam, bodem, geluid en handhaving Pagina 75

Milieubeheer - Duurzaam, bodem, geluid en handhaving

Beleidskaders, -monitors en wetgeving

Het realiseren van de energietransitie (gezamenlijk met alle betrokken partijen in en rondom de stad) om te voldoen aan doelen van het Parijs akkoord en zorgen dat economische kansen worden benut.

Het realiseren van een betere luchtkwaliteit vanwege de sterke relatie tussen de luchtkwaliteit en de gezondheid en de bijdrage aan de aantrekkelijkheid van de stad.

Regisseren van het stimuleren van circulariteit in het grondstoffengebruik binnen de stad (verminderen gebruik grondstoffen, hergebruik en recyclen van afval).

Het realiseren van een klimaatadaptieve stad.

Dankzij de uitvoering van de maatregelen uit de Koersnota Schone Lucht heeft Rotterdam de afgelopen jaren al grote stappen gezet richting realisatie van de collegetarget “Een betere luchtkwaliteit met het oog op gezondheid en vanaf 2020 geen straten meer waar de Europese gezondheidsnorm voor NO2 wordt overschreden.”. Sinds 2017 is het aantal straten in Rotterdam waar de Europese gezondheidsnorm voor NO2 wordt overschreden teruggebracht van vijftien naar nul. Het is lastig te duiden in welke mate de lagere verkeersintensiteit vanwege de (lockdown)maatregelen tegen covid-19 een positieve invloed heeft gehad. Omdat de impact van de pandemie tijdelijk is, blijven de maatregelen uit de koersnota Schone Lucht noodzakelijk.

Ten aanzien van het collegetarget ‘In 2022 is de jaarlijkse Rotterdamse uitstoot van CO2 omgebogen naar een dalende trend’ zien wij een positieve (korte termijn) invloed. De economische ontwikkelingen hebben een (licht) positieve impact op de CO2 uitstoot. Daar staat tegenover dat voorgenomen investeringen door bedrijven in verduurzaming door de effecten van de crisis vertraging op kunnen lopen.

De huidige ontwikkelingen bieden zowel kansen als bedreigingen. Al zou corona op korte termijn tot minder emissies kunnen leiden, het risico bestaat dat de investeringen, die vandaag nodig zijn voor een beperking van de toekomstige emissies, onder druk komen te staan. De inzet van voor deze lange termijn doelstellingen zal niet minder worden maar eerder meer; er is immers een grote kans dat de noodzakelijke systeem- en gedragsveranderingen worden vertraagd of uitgesteld. We blijven zoeken naar alternatieve manieren om bewoners te bereiken en betrekken bij het verduurzamen van hun woningen.

De inspanningen voor de 2030-doelstellingen moeten daarom onverminderd door en betaalbaarheid wordt nog belangrijker. De energietransitie moet voor iedereen haalbaar en betaalbaar zijn. Daartoe is in 2021 een aantal regelingen gelanceerd. Bovendien is extra aandacht voor doelgroepen met een smalle beurs, onder andere door middel van samenwerking met maatschappelijke partners in specifieke wijken. In 2022 zetten we in op de ontwikkeling van nieuwe instrumenten, het vergroten van de toegankelijkheid van bestaande instrumenten, het vergroten van de maatschappelijke aandacht en het aantrekken van extra middelen en het vergroten van de kennis en inzicht in de haalbaarheid en betaalbaarheid van de energietransitie. Dit doen we door te monitoren wat het gebruik van de instrumenten door de doelgroep is en door de betaalbaarheid op huishoudniveau te monitoren.

Vanwege de gevolgen van de coronapandemie is een aantal regelingen versneld en/of opgeschaald opgezet. Naar verduurzaming hebben deze regelingen tot doel om werkgelegenheid te stimuleren, de koopkracht te vergroten en/of te zorgen voor het vergroten van de omzet van Rotterdamse bedrijven. Voor verschillende doelgroepen zijn er specifieke regelingen, zoals energietransitieleningen voor particuliere woningeigenaren en instellingen, vouchers voor verduurzamingsinterventies in huis en vouchers voor ondernemers op bedrijventerreinen. Door deelname aan het Klimaatfonds werken we aan meer zonnepanelen in de stad, ondersteund met extra faciliterende inzet. Zo helpen we Rotterdamse bewoners en bedrijven gericht vooruit richting een toekomstbestendig Rotterdam.

In Rotterdam werken we samen met Rijk, provincie, regio en de stad aan de uitvoering van de afspraken uit het landelijke klimaatakkoord (2019). De Regionale Energie Strategie (RES) 1.0 Rotterdam Den Haag is het resultaat van de samenwerking tussen 23 gemeenten, 4 waterschappen, de provincie Zuid-Holland en netbeheerders. Bestaand Rotterdams beleid voor de energietransitie is opgenomen in de RES 1.0 en in juni 2021 is de RES vastgesteld door de gemeenteraad. Op 1 juli heeft de regio Rotterdam Den Haag de RES 1.0 namens alle partners in de regio ingediend bij het Nationaal Programma RES. Nu volgt een moment voor evaluatie van de afgelopen periode en wordt toegewerkt naar de start van de monitoring en update naar de RES 2.0 (start 2e kwartaal 2022). Lokaal worden de ambities en plannen voor onder andere zon en wind verder uitgewerkt in gebiedsgerichte processen.

In 2019 stelden meer dan 100 Rotterdamse bedrijven, instellingen en overheden gezamenlijk het Rotterdams Klimaatakkoord op. Het Rotterdams Klimaatakkoord bestaat uit vijf klimaattafels die in 2019 gezamenlijk 49 klimaatdeals hebben gesloten met concrete maatregelen die bijdragen aan de klimaatdoelstellingen van Rotterdam. In 2020 zijn er zes nieuwe klimaatdeals bijgekomen. De klimaatdeals zijn projecten of programma’s die zich richten op het versnellen van de energietransitie en het realiseren van CO2-besparing. Zo is het Fieldlab Industrial Electrification geopend, een proeftuin om innovaties te testen voor het elektrificeren van industriële processen, is er een plan uitgewerkt voor de bouw van de grootste groene waterstoffabriek van Europa en zijn er 50.000 zonnepanelen op Rotterdamse daken gelegd. Verder is met de klimaatdeal ‘Rotterdam tegen voedselverspilling’ 62.000 kilo voedselafval bespaard, wat gelijk staat aan 250 ton CO2-reductie. Het onderschepte voedsel kreeg een waardevolle (her)bestemming bij sociale restaurants. 

Alle vijf de klimaattafels hebben eind 2020 een voortgangsrapportage opgeleverd die de stand van zaken van de klimaatdeals laat zien en wat er verder nog binnen de tafels is gebeurd. In 2020 hebben alle tafels goede stappen gezet. Maar, we zijn er nog niet. Daarom worden er in 2021 weer stappen gezet en willen we ook laten zien wat er vanuit de tafels nodig is vanuit onder andere het Rijk om verdere grote stappen te zetten. In de coronatijd zijn er niet veel fysieke ontmoetingen geweest met en tussen de tafels. Dit hopen we eind 2021 weer op te gaan pakken, zodat ook het netwerk van het Rotterdams Klimaatakkoord nog meer uitgebreid kan worden met nieuwe partijen.

Ontwikkelingen 2022-2025

De ambitie om in deze collegeperiode 18.000 woningen te realiseren binnen bestaand gebied leidt ertoe dat ook gebouwd moet worden op locaties nabij snel-, spoor- en vaarwegen of industrieterreinen, waar grote opgaven liggen op het gebied van luchtkwaliteit, geluid, bodem en externe veiligheid. Betrokkenheid vanuit milieu bij deze ontwikkelingen is daarom van essentieel belang. Tijdens de Covid-19-pandemie is het besef dat een gezonde leefomgeving van groot belang is alleen maar toegenomen.

Wat willen we bereiken

Wat gaan we daar voor doen

Effectindicatoren

 

2017

2018

2019

2020

2021

2022

2023

Collegetarget 1: De stijging van de CO2-uitstoot wordt
in deze collegeperiode omgebogen naar een dalende trend die leidt tot 49% CO2-reductie in 2030, gemeten t.o.v. het jaar 1990.
Streefwaarde   niet >31,9 Mton niet >31,9 Mton <31,9 Mton <31,9 Mton <31,9 Mton <31,9 Mton
  Realisatie 31,9 Mton 29,9 Mton 29,2 Mton 26,2 Mton      

Collegetarget 2: Vanaf 2020 zijn er geen straten meer waar de Europese gezondheidsnorm voor NO2 wordt overschreden. Ook na 2020 blijven we werken aan het verder verbeteren van de luchtkwaliteit.

 

 

 

 

 

 

 

 

Jaargemiddelde*

Streefwaarde

 

16

12

8

0

0

0

 

Realisatie***

 

4

0

pm***

pm

pm

pm

Uurgemiddelde**

Streefwaarde

0

0

0

0

0

0

0

 

Realisatie

0

0

0

pm

pm

pm

 

* Betreft het aantal toetspunten > NO2 40 g/m3 (jaargemiddelde gebaseerd op NSL voorgaande jaar)

** Betreft het aantal meetstations met >18 keer per jaar overschrijding NO2 200g/m3 (uurgemiddelde, gebaseerd op jaarverslag DCMR)

*** Overeenkomstig de afspraken in het definitieboekje van de collegetargets zijn de gegevens m.b.t. realisatie 2020 in Q4 van 2021 beschikbaar. Op basis van een eigen monitor is berekend dat er geen wettelijke overschrijdingen van de EU-normen voor NO2 meer zijn.

Toelichting indicatoren

Collegetarget 1: 

De daling in 2020 is groter dan verwacht. Dat is voor een groot deel het gevolg van de coronacrisis. Zo daalde de productie bij de raffinaderijen en chemie en nam het wegverkeer af. Ook zorgde een langdurige storing bij de Riverstone kolencentrale voor een afname van de CO2-uitstoot. De DCMR rapporteert naast de, grotendeels tijdelijke, daling van de CO2-uitstoot door externe factoren, ook een dalende trend in de energiesector en de gebouwde omgeving. Deze daling is mede het gevolg van de groei van hernieuwbare energie uit zon en wind en de energietransitie in de gebouwde omgeving. Dat neemt niet weg dat inspanning nodig blijft om deze daling bestendig te maken onder andere door de uitvoering te geven aan plannen van het Rotterdams Klimaat Akkoord.

 

Collegetarget 2:

Sinds 2017 is het aantal straten in Rotterdam waar de Europese gezondheidsnorm voor NO2 wordt overschreden teruggebracht van vijftien naar nul. Met (lokale) verkeersmaatregelen sturen we erop om aan deze norm te blijven voldoen. De voortgang op het halen van dit collegetarget wordt bepaald aan de hand van de monitoringsrapportage van het Nationale Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL). De definitieve cijfers over 2020 zijn, zoals is aangegeven in het definitieboekje van de collegetargets, aan het eind van Q4 van 2021 beschikbaar. Deze wordt na publicatie aan de gemeenteraad gestuurd. De verwachting is dat dit kort na de jaarwisseling is.

Wat kost het

Tweede HerzieningBegroting 2022
Overzicht van baten en lasten Milieubeheer - Duurzaam, bodem, geluid en handhavingRealisatie
2020
Begroting
2021
Begroting
2022
Raming
2023
Raming
2024
Raming
2025
Baten exclusief reserves5.8502.1583.712000

Bijdragen rijk en medeoverheden 4.099 2.158 3.712 0 0 0
Financieringsbaten 1.056 0 0 0 0 0
Overige opbrengsten derden 695 0 0 0 0 0
Overige baten 0 0 0 0 0 0
Lasten exclusief reserves41.16573.36469.09250.45532.66532.447

Apparaatslasten 4.054 7.078 7.722 6.567 6.567 6.567
Inhuur 126 235 223 13 13 13
Overige apparaatslasten 69 97 116 105 105 105
Personeel 3.859 6.746 7.382 6.449 6.449 6.449
Intern resultaat 7.248 7.551 8.722 7.669 4.713 4.713
Intern resultaat 7.248 7.551 8.722 7.669 4.713 4.713
Programmalasten 29.863 58.735 52.648 36.220 21.385 21.167
Inkopen en uitbestede werkzaamheden 8.218 20.894 25.981 14.993 334 120
Kapitaallasten 528 622 626 655 683 679
Overige programmalasten 1 0 0 0 0 0
Subsidies en inkomensoverdrachten 21.116 37.219 26.041 20.572 20.368 20.368
Saldo voor vpb en reserveringen -35.315 -71.206 -65.380 -50.455 -32.665 -32.447
Saldo voor reserveringen -35.315 -71.206 -65.380 -50.455 -32.665 -32.447
Reserves-6.28831.27628.2509.561-54-54

Onttrekking reserves 5.750 35.220 28.250 9.561 0 0
Toevoeging reserves 12.038 3.944 0 0 54 54
Vrijval reserves 0 0 0 0 0 0
Saldo -41.603 -39.930 -37.130 -40.894 -32.720 -32.501

Financiële bijstellingen

Tweede
Herziening
Begroting 2022
Bijstellingen Milieubeheer - Duurzaam, bodem, geluid en handhavingBegroting
2021
Begroting
2022
Raming
2023
Raming
2024
Raming
2025
Eerste Herziening / Voorjaarsnota 2021 -39.192 -37.877 -33.342 -25.011 -24.799
Bijstellingen Tweede Herziening 2021 / Begroting 2022 -737 747 -7.552 -7.709 -7.702
Actualisatie inkomende bijdragen Ramingsbijstellingen onvermijdelijk 0 0 0 0 0
Actualisatie kapitaallasten Ramingsbijstellingen onvermijdelijk -99 -120 -119 -117 -116
Geluidsanering Ramingsbijstellingen onvermijdelijk 0 0 0 0 0
Ontvangsten dwangsommen Ramingsbijstellingen onvermijdelijk 0 0 0 0 0
Rijksbijdragen Klimaatakkoord vanuit Bestuursopdracht SO Ramingsbijstellingen onvermijdelijk 0 0 -6.760 -7.500 -7.500
Wijk aan Zet Ramingsbijstellingen vermijdbaar 7 19 18 18 18
Bestemmingsreserve Bodem Reserves 0 0 0 0 0
Bestemmingsreserve Energietransitie Reserves 0 0 0 0 0
Bestemmingsreserve RCP Groene Daken Reserves 0 0 0 0 0
Bestemmingsreserve Rotterdamse Investeringsmotor Reserves 0 0 0 0 0
Bestemmingsreserve Taakmutaties Gemeentefonds Reserves 0 0 0 0 0
Bestemmingsreserve Bodem Taakmutaties -1.240 0 0 0 0
Technische wijzigingen Technische wijzigingen 595 848 -691 -109 -104
Begroting na wijzigingen -39.930 -37.130 -40.894 -32.720 -32.501

Toelichting financiële bijstellingen

Actualisatie inkomende bijdragen

De lasten voor de Regeling Reductie Energiegebruik (RRE) bedragen € 495 en voor de Proeftuin Aardgasvrije wijken Bospolder Tussendijken (BoTu) € 300. Deze lasten worden gedekt vanuit een specifieke uitkering uit rijksmiddelen. Het totaal lasten- en batenbudget wordt met € 795 opgehoogd in 2021.

 

Actualisatie kapitaallasten

De kapitaallasten zijn aangepast op basis van bijgestelde investeringskredieten alsmede geactualiseerde ramingen en de bouwrente van de jaarschijven 2021, 2022, 2023, 2024 en 2025. Een volledig beeld van de kredieten is opgenomen in de paragraaf Investeringen.

 

Geluidsanering

Het Rijk draagt bij aan de uitvoering van geluidsanering. In 2021 worden er minder lasten verwacht ten aanzien van de voorbereidings- en uitvoeringswerkzaamheden voor geluidsanering. Dit is een gevolg van een langere voorbereiding dan gepland en het naleven van de voorschriften met betrekking tot de covid-19 maatregelen. De begroting wordt hierop bijgesteld. Het lastenbudget en de subsidiebijdrage vanuit het Rijk worden in 2021 met € 5,2 mln naar beneden bijgesteld.

 

Ontvangsten dwangsommen

In 2021 lopen er diverse handhavingstrajecten die betrekking hebben op het niet voldoen aan de milieuvoorschriften. Naar verwachting leidt dit in totaal tot € 700 hogere ontvangsten uit dwangsommen. Dit budget wordt ingezet voor extra werkzaamheden die worden uitgevoerd door de Dienst Centraal Milieubeheer Rijnmond (DCMR). De begroting wordt hierop bijgesteld. Het baten- en lastenbudget wordt in 2021 met € 700 naar boven bijgesteld.

 

Rijksbijdragen Klimaatakkoord vanuit Bestuursopdracht SO

Binnen de Bestuursopdracht Financiële sturing Stadsontwikkeling wordt gezocht naar een structurele oplossing voor de dekking van de Duurzaamheidsopgave. Vanuit het Rijk wordt er op dit moment nog geen volledige duidelijkheid verschaft ten aanzien van hun bijdrage aan de gedecentraliseerde taken van de Duurzaamheidsopgave en voor de extra werkzaamheden die voortvloeien uit het nationale Klimaatakkoord. Rotterdam heeft met har programma's wel ingezet op activiteiten die onderdeel uitmaken van het Rijksbeleid. Op basis van gemaakte afspraken in het huidige coalitieakkoord worden deze activiteiten tot op dit moment gedekt uit de algemene middelen. Een voor Rotterdam reële Rijksbijdrage wordt op basis van het advies van de Raad van Openbaar bestuur op concernniveau ingeschat op maximaal € 24,7 mln tot maximaal € 33,9 mln. Het college schat in dat 25% van dit totale bedrag vanaf 2023 ter dekking van het huidige beslag op de algemene middelen reëel is om op te nemen. Om die reden wordt in de meerjarenraming een Rijksbijdragen van € 6,76 mln in 2023 en € 7,5 mln ingaande 2024 opgenomen waarmee de lasten evenredig kunnen worden opgehoogd. In lijn met de concernbrede methodologie wordt deze raming periodiek, voor het eerst bij de begroting 2023, naar nieuwe inzichten geactualiseerd om zodoende een reëlere raming voor 2023 en verder op te leveren.

 

Wijk aan Zet

Deze budgetverschuiving naar programma Bestuur en Dienstverlening is ter dekking van kosten voor de implementatie van Wijk aan zet/Werken in stad en wijk.

 

Bestemmingsreserve Bodem

Gasfabrieken

In de begroting worden het lastenbudget en de dekking uit de bestemmingsreserve Bodem in 2021 met € 1,8 mIn verlaagd. Dit wordt verklaard doordat saneringswerkzaamheden later worden uitgevoerd dan gepland. Dit wordt als volgt toegelicht:

  • In 2021 vindt er onderzoek plaats om te komen tot een algehele saneringsaanpak voor de gasfabriek Keilehaven. Er worden nog geen verdere saneringswerkzaamheden voor deze gasfabriek in 2021 verwacht.

  • Bij de gasfabriek Kralingen wordt de vervolgaanpak van de grondwatersanering in 2021 onderzocht. Er worden nog geen verdere saneringswerkzaamheden voor deze gasfabriek in 2021 verwacht.

  • Eerder werd verwacht dat de sanering bij gasfabriek Feijenoord in 2021 van start zou gaan ter plaatse lvan het voormalig gasverdeelstation. Dit station en de bijbehorende hogedrukleiding worden verwijderd en verplaatst in het kader van de herontwikkelingen rondom Feijenoord City. De voorbereidingen voor dit project worden in 2021 voortgezet, maar de uitvoering van dit project wordt na 2021 verwacht. Hierdoor vallen de verwachte materiële lasten voor de gasfabrieken lager uit dan begroot.

Spoedlocaties

In 2022 worden nieuwe afspraken gemaakt over de aanpak van lood in de bodem en over de wijze van voortzetting van het programma lood. De uitgaven voor dit onderdeel worden deels verschoven naar 2022. De overige spoedlocaties worden actief opgepakt en hier worden iets meer uitgaven verwacht vanaf medio 2020 doorlopend naar 2022. De begroting wordt hierop bijgesteld. Het lastenbudget en de dekking uit de bestemmingsreserve Bodem worden in 2021 met € 2,1 mIn verlaagd.

Daarnaast is vanuit de Meicirculaire € 1,2 mln beschikbaar gesteld voor de afronding van de bodemspoedsaneringen. De begroting wordt hierop bijgesteld. Er wordt € 1,2 mln toegevoegd aan de bestemmingsreserve Bodem.

 

Bestemmingsreserve Energietransitie

Het uitvoeringsplan Energietransitie is geactualiseerd en in de begroting 2021 en verder opgenomen. Een aantal wijzigingen betreft het doorschuiven van onder delen van project Programmatische aanpak Smart Energy Systems, project Verduurzamingspakketten en diverse projecten Energievouchers van 2021 naar 2022, hogere lasten voor project Gebiedsaanpakken aardgasvrij en lagere lasten voor project Gebiedsaanpak Pendrecht: Energiecoaches. De lasten en de onttrekking aan de bestemmingsreserve worden met € 2 mln verlaagd in 2021 en met € 2 mln verhoogd in 2022.

Samenwerkingsprogramma luchtkwaliteit

In de koersnota schone lucht zijn drie maatregelen benoemd:

  1. Aanpak Maastunnelcorridor

Om de lucht in de stad schoner te maken, is het noodzakelijk dat er minder (gemotoriseerd) verkeer dwars door de stad rijdt. Sinds 25 mei 2021 is één rijstrook afgesloten voor auto’s en vrachtwagens op het traject Bentinckplein-Pleinweg. Vanwege de covid-19 maatregelen is het tweede deel van de aanpak later uitgevoerd dan gepland. Met deze aanpak testen we of het mogelijk is de wegcapaciteit te verminderen. Eind 2021 wordt besloten of deze aanpak werkt en of de huidige situatie met één rijstrook definitief gemaakt kan worden. De begroting wordt hierop bijgesteld. Het lastenbudget en de dekking uit de bestemmingsreserve worden in 2021 met € 754 verhoogd en in 2022 met € 2,0 mln verlaagd.

  1. Bouwlogistiek

De lasten lopen achter bij de begroting, omdat er minder gebruikt is gemaakt van de subsidieregeling Bouwlogistiek. Begin 2021 is de regeling gewijzigd, waarmee tegemoet wordt gekomen aan de wensen uit de markt. De inzet is dat in de periode 2021 t/m 2023 meer gebruik gemaakt van de regeling. De begroting wordt hierop bijgesteld. Het lastenbudget en de dekking uit de bestemmingsreserve worden in 2021 met € 105 verhoogd, in 2022 met € 185 verhoogd en in 2023 met € 305 verhoogd.

  1. Pilotprogramma Walstroom

Met het pilotprogramma wordt kennis en ervaring opgedaan voor de realisatie van walstroom voor de zeescheepvaart. Fase A betreft een pilot aan de Parkkade en is uitgevoerd. De vaststelling van de subsidie vindt plaats in het 3e kwartaal 2021. Fase B wordt gestart in het 3e kwartaal 2021. Vanwege de doorlooptijd van fase B en de uiteindelijke vaststelling vindt een deel van de realisatie van walstroom in 2023 plaats. De begroting wordt hierop bijgesteld. Het lastenbudget en de dekking uit de bestemmingsreserve worden in 2022 met € 412 verlaagd.

 

Bestemmingsreserve RCP Groene Daken

In 2021 worden geen lasten verwacht voor RCP Groene Daken. Het lastenbudget en de onttrekking aan de bestemmingsreserve worden met € 192 verlaagd in 2021.

 

Bestemmingsreserve Rotterdamse Investeringsmotor

In 2021 wordt een aanbod aan Pendrecht Zuid gedaan als onderdeel van de Proeftuin Aardgasvrije wijken (PAW) Pendrecht. Inmiddels zijn de werkzaamheden hiervoor gestart en zijn de werkzaamheden van Vattenfall begonnen. Deze lasten worden deels gedekt uit de Bestemmingsreserve Rotterdamse Investeringsmotor (RIM) en deels vanuit de bestemmingsreserve Taakmutaties Gemeentefonds - Aardgasvrije wijken. De lasten en de onttrekking aan de bestemmingsreserve RIM worden met € 5,9 mln opgehoogd in 2021.

 

Bestemmingreserve Taakmutaties Gemeentefonds

- TG - Aardgasvrije wijken

In 2021 wordt een aanbod aan Pendrecht Zuid gedaan als onderdeel van de Proeftuin Aardgasvrije wijken (PAW) Pendrecht. Inmiddels zijn de werkzaamheden hiervoor gestart en zijn de werkzaamheden van Vattenfall begonnen. Deze lasten worden deels gedekt uit de Bestemmingsreserve RIM en deels vanuit de Bestemmingsreserve Taakmutaties Gemeentefonds, waarvan € 3,2 mln uit Aardgasvrije wijken Pendrecht Zuid. De lasten en de onttrekking aan de bestemmingsreserve worden met € 3,2 mln opgehoogd in 2021.

- Klimaatmiddelen Transitievisie warmte

De Rotterdamse Transitievisie Warmte is afgerond. Daarvoor zullen de lasten en de onttrekking aan de bestemmingsreserve Taakmutaties Gemeentefonds met € 200 worden verhoogd in 2021.

- TG - Klimaatmiddelen - wijkaanpak

In 2021 wordt een aanbod aan Pendrecht Zuid gedaan als onderdeel van de Proeftuin Aardgasvrije wijken (PAW) Pendrecht. Inmiddels zijn de werkzaamheden hiervoor gestart en zijn de werkzaamheden van Vattenfall begonnen. Deze lasten worden deels gedekt uit de Bestemmingsreserve Taakmutaties Gemeentefonds, waarvan € 410 uit de klimaatmiddelen voor de wijkaanpak. De lasten en de onttrekking aan de bestemmingsreserve worden met € 410 opgehoogd in 2021.

 

Technische wijzigingen

Op het taakveld Milieubeheer - Duurzaam, bodem, geluid en handhaving zijn er diverse technische wijzigingen geweest (van € 595 in 2021 tot en met - € 104 in 2025). 

De grootste wijzigingen zijn een actualisatie op het personele budget (van € 828 in 2021 tot - € 130 in 2025), twee budgetoverhevelingen binnen het programma Stedelijke inrichting en ontwikkeling vanuit het taakveld Milieubeheer - Duurzaam, bodem, geluid en handhaving naar het taakveld Wonen en bouwen voor de Floating Office Rotterdam (€ 325 in 2024 en 2025) en een bijdrage aan trainees (€ 120 structureel) en een indexering (van - € 285 in 2021 tot - € 578 in 2025),

Beleidskaders, beleidsmonitoren en wet- en regelgeving

Omschrijving taakveld en vervolg taakvelddoelstellingen

Vervolg taakvelddoelstellingen

  • verminderen van geluidsoverlast
  • een betere regie op het gebruik van de ondergrond
  • een adequaat extern veiligheidsniveau voor alle inwoners
  • verduurzaming van de gemeentelijke bedrijfsvoering en verduurzaming gemeentelijk vastgoed

Omschrijving taakveld

Nederland moet in 2050 een land zijn zonder CO2 uitstoot en met een volledig circulaire economie. Daar moet nu mee begonnen worden. Ook Rotterdam heeft hierin een belangrijke opgave. Prioriteit ligt daarom bij de uitvoering en ondersteuning van activiteiten voor het realiseren van de energietransitie in gebouwde omgeving en mobiliteit, de omslag naar een circulaire economie, het verbeteren van de luchtkwaliteit, vergroting van de veerkracht van de stad, in combinatie met de vergroening, waterveiligheid en transformatie naar een nieuwe duurzame economie.

We zetten in op een fijne woon- en leefomgeving voor alle Rotterdammers: schoner, groener en gezonder. In het taakveld Milieubeheer wordt ingezet op maatregelen die de energietransitie, klimaatadaptatie, circulaire economie, schone lucht, minder geluidsoverlast en schonere en veiliger bodems bevorderen en zo een bijdrage leveren aan een rijke en stabiele biosfeer en daarmee aan een aantrekkelijke leefomgeving. Dit vergt vooral focus op anders werken: die keuzes krijgen waarde als we ze omzetten in kansen door integraler en slimmer te weken. Dus zetten we de energietransitie in als vliegwiel voor duurzame bedrijvigheid, voor nieuwe werkgelegenheid en het aantrekkelijker maken van woningen en wijken.