Toelichting effect indicatoren
Van 2019 naar 2021 wordt ingezet op een daling van 10% jeugdigen in instellingen
Te veel kinderen worden geholpen in een instelling. Door beter en eerder aan te sluiten op de leefsituatie van de jeugdige kunnen meer kinderen in de thuissituatie geholpen worden. Of, wanneer dit niet mogelijk is, in een situatie die de thuissituatie zoveel mogelijk benaderd, zoals een kamertraining of pleegzorg. Dit is beter voor het kind omdat hij daardoor zo gewoon mogelijk opgroeit, in een leefomgeving met ouders/verzorgers, vrienden, onderwijs en verenigingsleven. Ook wordt daardoor voorkomen dat een kind (soms verschillende keren) van de ene naar de andere instelling wordt verhuisd. Dit vraagt om een transformatie van het aanbod van jeugdhulp en is de kern van het plan dat eind september zal worden ingediend bij het ministerie van VWS. Om deze belangrijke omslag bij de jeugdhulp goed te kunnen volgen is de volgende target vastgesteld:
De jeugdhulp moet zoveel mogelijk gaan aansluiten op de leefsituatie van de jeugdigen. Daarom wordt gewerkt aan een verschuiving van jeugdhulp in instellingen naar jeugdhulp in de thuissituatie. Van 2019 naar 2021 wordt ingezet op een daling van 10% jeugdigen (ten opzichte van 2018*) in instellingen, door meer kinderen op te vangen in een thuissituatie.
Toelichting realisatie 2018
De werkelijke nulmeting van 2018 bedraagt 225. In eerste instantie was een schatting (365) gemaakt op basis van cijfers die half 2018 beschikbaar waren. Voor extrapolatie naar eind 2018 zijn verschillende aannames gedaan. Deze aannames zijn gemaakt in een situatie waarover geen ervaringscijfers bekend waren, doordat we te maken hebben met omzetting van de oude inkoopsystematiek naar een nieuwe. De gemaakte aannames bleken onjuist te zijn. Voor de toekomst leidt dit niet tot problemen, omdat de betreffende cijfers over elk peilmoment beschikbaar komen, zonder aannames te doen.
Daling aantal jongeren met jeugdbescherming
Het aantal jongeren met een jeugdbeschermingsmaatregel ‘ondertoezichtstelling’ (OTS), afgegeven door een kinderrechter. Het betreft een maatregel die de rechter dwingend oplegt als een gezonde en veilige ontwikkeling van een kind of jeugdige wordt bedreigd en vrijwillige hulp niet of niet voldoende helpt. Een kind of jongere wordt dan ‘onder toezicht gesteld’. Streven is een daling van het aantal jongeren waarvoor een OTS nodig is, waarbij dit streven uiteraard niet ten koste mag gaan van de gezonde en veilige ontwikkeling van jeugdigen.
Daling verblijfsduur jeugdigen in gesloten jeugdzorg
Het uitgangspunt “open, tenzij” moet continu toetsbaar zijn. De ambitie van zowel Haaglanden als Rijnmond is dat jeugdigen zo min mogelijk en zo kort mogelijk in een gesloten setting verblijven. Hiervoor zijn nieuwe behandel- en begeleidingsstrategieën nodig.
Voor 2018 en verder wordt toegewerkt naar kleinschalige voorzieningen met een differentiatie in de mate van (mogelijkheden tot) geslotenheid en het inzetten van intensieve ambulante trajecten (al startend voorafgaand aan - of in aansluiting op geslotenheid).
Daling aantal delicten gepleegd door R’damse jeugdigen per 1.000 inwoners
Streven is een daling van het aantal delicten dat gepleegd wordt door Rotterdamse jeugdigen. Dit draagt bij aan de doelstelling van het beleidskader Rotterdam Groeit om het aantal jeugdigen dat zich schuldig maakt aan criminaliteit te verminderen.
Streefwaarden volgen nog, hierover vindt nog overleg plaats met oa. Directie Veilig.