Binnen het taakveld Openbaar groen en (openlucht) recreatie – beheer zijn verschillende factoren; de coronacrisis, weersomstandigheden, aanbestedingstrajecten en poly- en perfluoralkylstoffen (PFAS) , die invloed hebben op de ontwikkelingen en de voortgang van de benoemde doelstellingen.
COVID-19
Diverse maatregelen die voortvloeien uit de noodverordening zijn van invloed op diverse doelstellingen. Door de COVID-19 maatregelen wordt op een andere manier gebruik gemaakt van de buitenruimte. Er vinden geen evenementen plaats, maar de parken worden bijvoorbeeld wel druk bezocht voor onder andere het dagelijkse wandel- en sportmoment.
Doordat er geen evenementen plaats vinden is er minder slijtage of schade aan evenementenvelden en dat geeft ruimte voor natuurlijk herstel van het groen. Echter worden hier geen financiële voordelen binnen het reguliere onderhoudsprogramma verwacht. Als er sprake is van aan een evenement toerekenbare schade dan wordt die altijd op de organisator verhaald.
Verder stagneert de voortgang van sommige doelstellingen zoals: ‘Meer Rotterdammers in beweging: spelen, sporten, ontmoeten en recreëren’ en ‘Samenwerking met betrokken bewoners versterken in het groen en gedeeld eigenaarschap stimuleren’ als gevolg van de coronacrisis. Samenwerkingen en participatiemomenten hebben afgelopen periode minder plaatsgevonden. Hierdoor lopen speelprojecten het risico op vertraging. Wel wordt er gekeken vanuit het programma WeerWoord en speelprojecten naar alternatieve vormen, waaronder digitale vormen om wel met de Rotterdammers samen te werken en te participeren, zodat projecten kunnen doorgaan.
Het uitvoeren van het regulier onderhoud aan het groen, spelen en watergangen gaat in de corona periode door zoals gepland, waarbij rekening gehouden wordt met de coronamaatregelen, zoals bijvoorbeeld het houden van minimaal 1,5 meter afstand tussen medewerkers.
Weersomstandigheden
De warme zomerse dagen zorgden voor meer rondes water geven. Daarentegen zijn er in deze periode ook minder maaibeurten uitgevoerd door de beperkte groei tijdens de hitte periode. Verder hebben aan het begin van het jaar de hevige stormen in combinatie met natte periodes hebben voor meer calamiteiten binnen het onderhoudsprogramma gezorgd. De doelstelling ‘Een onderhoudbare stad die veilig en beschikbaar is voor gebruik’ krijgt meer aandacht binnen het programma. De droogte in dit voorjaar heeft niet geleid tot wijzigingen van het geplande onderhoud van groenvoorzieningen. Omdat de droge periode aan het begin van het groeiseizoen (de bladloze periode) viel was de behoefte aan extra water voor bestaand groen beperkt. Jonge aanplant (inboet) heeft wel extra aandacht gekregen om de groei te bevorderen.
Aanbestedingen
Dit jaar is per 1 maart het nieuwe groen bestek succesvol van start gegaan met verschillende groen aannemers die aan de slag gaan in de stad.
De aanbesteding voor maai- en krooswerkzaamheden is dit jaar opnieuw aanbesteed, omdat de eerste keer anders uitpakte dan verwacht. De ontvangen inschrijvingen van de aanbesteding vielen namelijk hoger uit dan voorgaande jaren en daarmee ook hoger dan in de begroting was opgenomen. Dit heeft te maken met de overgang van een frequentiebestek (afrekening op basis van hoeveelheden) naar een beeldbestek (afrekening op basis van beoogd
wensbeeld) en de onvoorziene marktwerking1. De consequenties van deze nieuwe aanbesteding is een verhoging van het budget voor het maaien en kroozen. Doordat dit jaar naar verwachting minder wordt gebaggerd en gestuurd
wordt op minder stortkosten voor baggeren, is het streven om de extra kosten voor het maaien en kroozen hiermee te compenseren.
Gezien het wettelijke kader van de werkzaamheden, zoals de keur en legger (keur zijn de regels en een legger is een kaart met wateren waar de regels van de keur gelden) van de waterschappen, dienen de afwijkingen eind van dit jaar minimaal te zijn en de prestaties vergelijkbaar zijn met afgelopen jaren. Reden is de onderhoudsverplichting voor maai- en krooswerkzaamheden voortkomend uit de legger van de waterschappen. Het niet voldoen aan gestelde eisen in de legger kan resulteren in aanschrijvingen en/of dwangsommen. De waterschappen zijn als partner betrokken bij dit proces.
Een legger is een kaart met wateren of waterkeringen die wij in beheer hebben, en waar de regels van de keur voor gelden
Baggerwerkzaamheden
Door de landelijke PFAS problematiek wordt het baggerproces (het baggeren van de watergangen) geraakt. Bij de verwerking van bagger in de zogenoemde categorie "schoon' met een hoge PFAS-waarde, is een minder circulaire vorm mogelijk dan vooraf gewenst toegestaan. Er wordt landelijk en regionaal gesproken hoe om te gaan met deze baggerpartijen. Voor 2020 heeft dit gevolgen voor het uitvoeringsprogramma en zijn er financiële gevolgen in de vorm van hogere verwerkings- en transportkosten, omdat deze bagger op andere (verder gelegen) locaties dan voorheen moet worden verwerkt. De verwachting is dat er dit jaar hierdoor minder kan worden gebaggerd.
De uitwerking van het Rotterdams WeerWoord wordt beschreven binnen het taakveld riolering.
1 Marktwerking heeft betrekking op het tot stand komen van een evenwichtsprijs voor de te leveren dienst maaien en krozen, wanneer er een gegeven verhouding bestaat tussen vraag en aanbod. De evenwichtsprijs is de prijs waarvoor geldt dat het aanbod gelijk is aan de vraag (naar diensten).
Bestuursopdracht vervangingsinvestering kapitaalgoederen openbare ruimte
Bij het vaststellen van de laatste Nota Onderhoud Kapitaalgoederen is de bestuursopdracht Vervangingsinvesteringen gegeven om het financiële perspectief voor investeringen voor de langere termijn (50 jaar) inzichtelijk te maken.
Deze bestuursopdracht is op 7 juli 2020 vastgesteld en aan de Raad verzonden. In vervolg op deze bestuursopdracht wordt een vier jaarlijkse ‘Nota Vervangingsinvesteringen Kapitaalgoederen’ opgesteld voor alle assetgroepen in de openbare ruimte.
De eerste nota is eind 2020 gereed t.b.v. de Voorjaarsnota 2021 en t.b.v. opname van de uitkomsten in de Nota Onderhoud kapitaalgoederen 2023-2026.
Financiële consequenties
De kapitaalslasten voor de vervangingsinvesteringen openbare ruimte stijgen volgens deze berekeningen in de periode 2020-2025 met ca. € 3,3 mln oplopend per jaar. In de vervolgopdracht voor de Nota Vervangingsinvesteringen zullen deze berekeningen worden aangescherpt voor alle assetgroepen en (nogmaals) gevalideerd om tot een onderbouwde structurele stijging van lasten te komen voor de Voorjaarsnota 2021.
Urgente vervangingsinvesteringen buitenruimte
Vooruitlopend op de vaststelling van de 1e Nota Vervangingsinvesteringen Kapitaalgoederen in het voorjaar van 2021, zijn in 2020 al vervangingsinvesteringen noodzakelijk. Binnen dit taakveld zijn de ambities voor de asset groen en bomen aangedragen. De behoefte is om extra groenprojecten en een stedelijk bomenvervangingsprogramma uit te voeren in de stad. Op deze manier kunnen singuliere groenprojecten gerealiseerd worden en een kwaliteitsimpuls aan het bomenbestand gegeven worden door extra activiteiten uit te voeren aan groeiplaats verbetering, boomvervangingen in de stad en binnen projecten, en aan de stedelijke boomstructuren.
Kleinschalige Buitenruimteprojecten
Bij de 1e herziening 2020 heeft de gemeente een aantal projecten aangewezen om de buitenruimte een kwaliteitsimpuls te geven, zoals het project de Bomen aan de Bentincklaan. Voor deze buitenruimteprojecten zijn extra middelen beschikbaar gesteld.
Leges vergunningen
Stadsbeheer verleent verschillende vergunningen op grond van de APV, waarvoor tot op heden geen kosten worden doorgerekend. Het
uitgangspunt is dat de gebruiker betaalt. Momenteel wordt onderzoek gedaan naar het heffen van leges bij het verstrekken van vergunningen.
Een aantrekkelijke, veilige, duurzame en prettig leefbare stad voor iedereen.
Door groen, parken, singels en verblijfs-en speelplekken beschikbaar en veilig te houden dragen we bij een prettige leefbare stad voor iedereen. Ook met aandacht en zorg voor biodiversiteit willen we bij dragen aan een prettige leefomgeving voor mens en dier.
Ook willen we met ons aanbod aansluiten bij de behoefte van de Rotterdammers, om zo een aantrekkelijk en gezonde stad te zijn. Waarmee we het gebruik en de tevredenheid willen vergroten.
Een onderhoudbare stad die veilig en beschikbaar is voor gebruik.
Door het ontwerp af te stemmen op het beheer en het beheer af te stemmen op het ontwerp. Ook willen we de materiaal- en ontwerpkeuzes afstemmen op het beoogde gebruik, zodat het langer veilig en beschikbaar blijft. Daarnaast om robuust groen te creëren, zodat we om kunnen gaan met bedreigingen, zoals ziekte, plagen en klimaatverandering.
Door divers aanbod en voldoende aantrekkelijke plekken die aansluiten bij de behoefte van de Rotterdammers, conform de Integrale visie Kom op naar buiten!, bevorderen we het gebruik van de plekken. Om zo de gezondheid en vitaliteit te stimuleren van de Rotterdammers.
Een robuuste en aaneengesloten groenvoorziening zorgt in samenhang met de oppervlaktewatersystemen mede voor klimaatadaptatie. Ze helpen de hittestress te verminderen en de sponswerking van de bodem te vergroten om zo overtollig regenval te verwerken. Bij de inrichting, het onderhoud en de soortkeuze van bomen en plantsoenen is de beoogde biodiversiteit richtinggevend. Op deze manier worden ziekten en plagen zoveel mogelijk beheerst en de biodiversiteit versterkt in de stad. Ook zorgt aaneengesloten groen en waterbergingen voor opvang van extreme regenval. Parken, bomen en plantsoenen worden steeds duurzamer onderhouden door het voorkomen of hergebruiken van ‘organisch afval’ en het werken met uitstoot- en geluidsarme machines.
Bewoners werken steeds vaker met de gemeente samen. Dit wordt gestimuleerd door zelfbeheer in het groen te bevorderen en bewoners gedeeld “eigenaarschap” te geven. Met het programma Rotterdams WeerWoord worden bewoners gemotiveerd om hun eigen woning, tuin en straat groen en klimaatbestendig in te richten en daarbij aandacht te hebben voor de biodiversiteit. Op deze manier willen we bijdragen aan de medeverantwoordelijkheid, betrokkenheid en de gezondheid van de Rotterdammers. Hierbij werken we samen met de woningcorporaties en waterschappen.
Een aantrekkelijke, veilige, duurzame en prettig leefbare stad voor iedereen.
Uitvoeren risicogestuurd beheer en onderhoud
Inspecteren en schouwen
Verder worden ieder jaar de bomen en plantsoenelementen geschouwd op veiligheid en onderhoudsbehoefte door uitval. Wat kan leiden tot een noodzakelijke (gedeeltelijke) vervangingsbehoefte. Met de ambitie om een toekomstbestendig groen- en bomenbestand te houden, passend bij de functie.
Uitvoeren periodiek onderhoud
Uitvoeren projectmatig onderhoud
Als assets technisch einde-levensduur zijn, vervangen we deze afgestemd op de behoefte en de opgave van het gebied.
Bij speelprojecten hebben we oog voor gebruikers met een beperking. We richten de speel- en sportplekken bewust in op toegankelijkheid en samenspelen.
Bij (her)inrichtingsprojecten komen er waar mogelijk meer groenvoorzieningen en bomen bij, met extra aandacht voor biodiversiteit, functionaliteit, toekomstbestendigheid, variatie en spreiding in de wijk en stad. Om hiermee ook bij te dragen aan de opgave voor de 20ha extra groen in de stad.
Bij (her)inrichtingsprojecten benutten we voor extra klimaatadaptieve maatregelen, zoals waterbergingen. Dit doen we met name op plekken waar veel panden met slecht BlueLabel aanwezig zijn, hiermee dragen we bij aan collegetarget 10. We verbinden groen en water waar dit mogelijk is.
Calamiteiten; ziekten, plagen en invasieve exoten
Met de Integrale visie Kom op naar buiten! staat het spel, sport, bewegen en ontmoeten in de openbare ruimte centraal. Hierin zijn meerdere ambities benoemd, waaronder:
Meer variatie, verblijf en vrije ruimte in de wijk
Behoeftegericht werken
Monitoren van gebruiker
Ontwikkelen innovatieve klimaatadaptieve concepten
Gebruiken speel- en boomdepot
Bewuste keuze ondergronden
Samenwerkingen met betrokken bewoners
Organiseren (kinder)participatiesessies bij projecten
Overzicht van baten en lasten Openbaar groen en (openlucht) recreatie - Beheer | Realisatie 2019 | Begroting 2020 | Begroting 2021 | Raming 2022 | Raming 2023 | Raming 2024 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Baten exclusief reserves | 1.502 | 121 | 75 | 197 | 198 | 198 |
|
Bijdragen rijk en medeoverheden | 159 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Overige opbrengsten derden | 1.343 | 71 | 0 | 97 | 73 | 73 | |
Overige baten | 0 | 50 | 75 | 100 | 125 | 125 | |
Lasten exclusief reserves | 47.521 | 46.019 | 46.413 | 44.643 | 44.487 | 44.927 |
|
Apparaatslasten | 5.758 | 5.565 | 5.785 | 5.781 | 5.786 | 5.786 | |
Inhuur | 14 | 10 | 10 | 10 | 10 | 10 | |
Overige apparaatslasten | 143 | 204 | 155 | 154 | 158 | 158 | |
Personeel | 5.602 | 5.351 | 5.620 | 5.618 | 5.618 | 5.618 | |
Intern resultaat | 6.229 | 7.130 | 7.650 | 7.650 | 7.650 | 7.650 | |
Intern resultaat | 6.229 | 7.130 | 7.650 | 7.650 | 7.650 | 7.650 | |
Programmalasten | 35.533 | 33.324 | 32.979 | 31.212 | 31.052 | 31.491 | |
Inkopen en uitbestede werkzaamheden | 33.331 | 30.930 | 30.014 | 27.447 | 26.507 | 27.009 | |
Kapitaallasten | 1.617 | 1.885 | 2.447 | 3.247 | 4.027 | 3.965 | |
Overige programmalasten | 546 | 509 | 518 | 518 | 518 | 518 | |
Sociale uitkeringen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Subsidies en inkomensoverdrachten | 40 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Saldo voor vpb en reserveringen | -46.019 | -45.899 | -46.338 | -44.446 | -44.290 | -44.729 | |
Saldo voor reserveringen | -46.019 | -45.899 | -46.338 | -44.446 | -44.290 | -44.729 | |
Reserves | -1.904 | 370 | 2.019 | 269 | 118 | 67 |
|
Onttrekking reserves | 546 | 1.420 | 2.019 | 269 | 118 | 67 | |
Toevoeging reserves | 2.450 | 1.050 | 600 | 0 | 0 | 0 | |
Vrijval reserves | 0 | 0 | 600 | 0 | 0 | 0 | |
Saldo | -47.923 | -45.529 | -44.319 | -44.178 | -44.172 | -44.662 |
Tot dit Rotterdamse taakveld behoren: